Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Onze tegenstanders worden gesubsidieerd om de cross kapot te maken”
Everts:
Metdegroteprijsvanpatagoniëinhetargentijnsevillalaangosturaschietditweekenddeeerstevantwintigracesinhetwkmotorcrossuitdestartblokken.stefan Everts (51) en Joël Smets (54) – samen goed voor vijftien wereldtitels – verwachten veel Belgisch vuurwerk, maar zijn tegelijkertijd pessimistisch over de toekomst van hun sport.
De motoren brullen op het circuit van Lommel. Het kruim van de internationale motorcross-wereld klieft door het kempische zand op vrijdagnamiddag, een week voor de Wk-start. Naast alle Belgische toppers banen ook de Spaanse wereldkampioen MXGP Jorge Prado, de Italiaanse wereldkampioen MX2 Andrea Adamo en de Nederlandse vijfvoudig wereld-kampioen Jeffrey Herlings zich een weg over de lastige omloop. Aan de zijkant kijken hun legendarische voorgangers Stefan Everts en Joël Smets nauwlettend toe. Wanneer we opmerken dat het wel erg druk is op het circuit, reageert Everts gelaten. “Hoe kan het ook anders? Er zijn nog vier circuits over in Vlaanderen: Genk, Lommel, Lille en eentje in Olmen. En die laatste twee zijn momenteel ook dicht.”
Jullie lijken somber over de toekomst van de motorcross in België?
Everts: “Ik ben altijd positief geweest, maar nu ben ik héél negatief. Het is een kwestie van tijd vooraleer er geen enkel circuit meer overblijft.”
Smets: “Ik sta mezelf niet toe om zo pessimistisch te zijn, maar ik kan niet zeggen dat ik veel optimistischer ben. Ik blijf geloven in gerechtigheid en een beetje gezond verstand. Zolang de boeken niet helemaal toe zijn, blijf ik vechten. Ik sneuvel liever rechtstaand op het slagveld, dan dat ik mezelf overgeef.”
In het begin van de jaren ’90 waren er nog meer dan honderd officiële motorcrossterreinen in Vlaanderen. Nu nog vier, waarvan twee met sluiting bedreigd zijn. Hoe komt dat?
Everts: “Omdat er geen draagvlak is in de politiek. En als er toch een politicus zijn nek uitsteekt, wordt hij meteen afgeschoten. In België is het makkelijker om iets tegen te houden, dan iets te realiseren. Onze tegenstanders worden met belastinggeld gesubsidieerd om de cross kapot te maken.
“Sommige mensen zouden nog liever hebben dat Marc Dutroux in hun straat kwam wonen dan dat wij er kwamen crossen” Joël Smets
vijfvoudig wereldkampioen Zij krijgen subsidies om dure onderzoeken en advocaten te betalen, terwijl de motorclubs hun eigen schaarse middelen moeten aanwenden om zich daartegen te verweren. Het circuit van Lille had alle nodige vergunningen, maar toch laat een rechter het van de ene op de andere dag sluiten. Waar zijn we toch mee bezig?”
Smets: “Ik ben eind jaren ’90 in Egem-pittem naar een overleg met de gemeente gegaan en in de straten hingen overal zwarte vlaggen. Bleek te gaan om een protestactie tegen motorcross. Ik heb er nog nachtmerries over. Fuck jongen, hoe kunnen mensen zo haatdragend zijn? Ze zouden nog liever hebben dat Marc Dutroux in hun straat kwam wonen, dan dat wij er kwamen crossen. Ik heb dat nooit kunnen kaderen.”
Waarom lukt het in onze buurlanden dan wel om nog tientallen circuits open te houden?
Everts: “In Frankrijk koopt de federatie zelf een groot deel van de circuits op. Ze zijn beter georganiseerd en financieel sterker om klachten tegen te gaan. In België is alles in privébezit. Omdat er in Frankrijk en Nederland veel meer circuits zijn, kan de overlast veel meer gespreid worden.”
Jullie trekken noodgedwongen veel meer naar het buitenland. Jouw zoon Liam zei me dat hij de hele winter in Portugal getraind heeft.
Everts: “We hebben daar een huis gekocht. Dat is ondertussen onze tweede thuis geworden, ook al heb ik het er moeilijk mee om zo weinig in België te zijn. Daar hebben we letterlijk een circuit bij ons huis.”
Jij werd voor het eerst wereldkampioen op je 18de, Liam spreekt op zijn 19de luidop uit dat hij zijn eerste wereldtitel in de MX2 najaagt.
Everts: “Dat is de ultieme droom, maar thuis wordt daar niet over gesproken. Liam weet goed genoeg dat hij elk weekend voor het podium kan rijden. Dan gaat hij in het eindklassement niet ver van de top drie zijn. Ook al mist hij nu de eerste race met een gebroken duim. Liam heeft een héél goede winter gehad. Hij heeft vooral op mentaal vlak extra stappen gezet.”
Smets: “Liam kan gewoon de wereldtitel pakken. De MX2 wordt een héél open kampioenschap. Hij zal in sommige races meedoen voor de zege, maar in andere zal hij zelfs op een goede dag tevreden moeten zijn met een vijfde plaats.”
Stefan, je hebt vorig jaar een stapje achteruit gezet en een deel van de coaching van Liam uit handen gegeven aan Axel Roelants. Een moeilijke beslissing?
“Ik heb dikwijls op mijn tong moeten bijten en dingen doorslikken. Zwijgen en loslaten. Dat is voor mij heel moeilijk. Ik ben nog altijd een slechte verliezer. De ambitie is nog steeds enorm. Niet voor mezelf, maar voor mijn zoon. Omdat ik de naam Everts hoog wil houden. Daardoor heb ik misschien te veel druk op hem gezet. Nu moet ik er gewoon voor hem zijn als papa. Dat werkt veel beter. De nieuwe structuur met Axel brengt meer rust en stabiliteit.”
Joël, jij werkt als teammanager van Red Bull KTM Factory Racing van onder anderen Liam ook samen met jouw vroegere grote concurrent Stefan. Hoe verloopt dat?
Smets: “Het spreekt voor zich dat ik niet in de weg ga lopen van Stefan Everts. Er is veel wederzijds respect. Ik heb tegen Liam gezegd: ‘het is niet omdat ik en uw vader een geschiedenis hebben, dat ik niet paraat zou staan als ik iets voor jou kan betekenen.’”
Tot slot, wat mogen we verwachten van Jago Geerts die als viervoudig vicewereldkampioen overstapt van de MX2 naar de MXGP?
Smets: “Met Jago zullen we geduld moeten hebben. Zo’n overstap kost tijd. Hij zal het nog moeten afleggen tegen Jorge Prado, Jeffrey Herlings en Tim Gajser. Allemaal straffe mannen met drie tot vijf wereldtitels. Gaat hij hen af en toe kloppen? Dat verwacht ik wel. Maar gaat Geerts meedoen voor de wereldtitel? Dat mogen we niet verwachten.”
“In België is het makkelijker om iets tegen te houden dan iets te realiseren” Stefan Everts
Tienvoudig wereldkampioen
RC Mechelen gaat zaterdag op bezoek bij Sporting Hasselt. Groen-wit wil op het veld van de leider komaf maken met een mindere periode. Racing Mechelen-middenvelder Jens Heyvaert en Sporting Hasselt-baas Sam Kerkhofs zijn boezemvrienden en dat geeft de wedstrijd extra pigment.
Jens Heyvaert (30) is al enkele jaren een certitude op het middenveld van Racing Mechelen. Zaterdag gaat hij de strijd aan met Sporting Hasselt, de club waar Sam Kerkhofs (36) samen met Rik Verheye sinds vorig jaar de plak zwaait. In aanloop naar de wedstrijd brachten wij de twee boezemvrienden samen.
Hoe zijn jullie bevriend geraakt?
Sam Kerkhofs: “Via Dennis Praet (Rode Duivel en momenteel actief bij Leicester City, red.). Ik leerde Dennis kennen toen ik de socials van Anderlecht deed. Dennis was bevriend met Jens en zo kwamen we mekaar geregeld tegen.”
Jens Heyvaert: “Later zijn we buren geworden in Leuven, al woonden we eigenlijk praktisch samen. We liepen de deur plat bij elkaar. Daar is onze band enorm gegroeid.”
In die mate zelfs dat jullie al samen op meerdaagse retraite trokken.
Kerkhofs: “Al twee keer zelfs, in Maredsous en Orval. Kaas eten en bier proeven hoort daar zeker bij, maar we maakten er ook lange wandelingen. Tijdens het eten mag je daar ook niet praten met elkaar, je komt er echt tot rust.”
En ’s morgens vroeg mee naar het gebed?
Heyvaert: “Sam niet, maar ik ben er wel voor opgestaan. Ik ben niet gelovig, maar deed het gewoon om tot rust te komen. Je belandt in een soort van trance.”
Voor rust is er zaterdagavond geen plaats. Hebben jullie de ploeg extra gemotiveerd?
Kerkhofs: “Net als in de heenwedstrijd heb ik ook nu weer etentje beloofd als we winnen.”
Heyvaert: “Ik ook. Ik wist niet dat jij het ook had voorzien.”
Kerkhofs: “Laten we dan afspreken dat we bij een gelijkspel met ons tweeën iets gaan eten. (lacht)”
In de heenwedstrijd won Hasselt met het kleinste verschil op het veld van RC Mechelen, ondanks sabotage van Jens.
Kerkhofs: “In aanloop naar die match zei hij dat Dries Ventôse geblesseerd was en niet zou spelen. Het eerste wat ik deed was Benny (Lunenburg, inmiddels ex-coach van Hasselt, red.) briefen. Ik weet nog dat ik in Mechelen op
“Sam heeft gepolst en het zou leuk zijn om samen in dit verhaal te stappen. In Hasselt zou ik ‘de vriend van’ zijn. Als alles goed gaat, is er niets aan de hand. Als het even minder loopt, is dat het eerste wat aangehaald wordt” Jens Heyvaert
Racing Mechelen
“Tijdens de wintermercato liet ik Racing-voorzitter François De Keersmaecker weten dat we zelfs bereid waren om een transfersom te betalen, maar RC Mechelen wilde Jens niet laten gaan” Sam Kerckhofs
Sporting Hasselt
het veld kwam en Benny me bij de arm nam. ‘Sam, Ventôse speelt wél.’ Toen besefte ik meteen dat Jens me voor de gek had gehouden. (hilariteit)”
Heyvaert: “Ik dacht wel dat hij erin zou trappen. En ik was er zeker van dat hij het zou doorvertellen aan de trainer.”
Met 2 op 12 sputtert de motor bij RC Mechelen. Komt een verplaatsing naar Hasselt op het juiste moment voor jullie?
Heyvaert: “Het klopt dat we in een moeilijke periode zitten. Te veel spelers halen niet het niveau dat ze kunnen halen. Dat is zeker geen verwijt naar onze coach Kevin Van Haesendonck. Ik denk dat de wedstrijd van zaterdag bevrijdend kan werken. Voor het eerst sinds lang zullen we het spel niet zelf moeten maken. Dat moet ons liggen. Het wordt hoe dan ook een heel speciale wedstrijd. Ik denk dat er een veertigtal gemeenschappelijke vrienden van ons komen kijken. Het is een droom dat we dit mogen meemaken.”
Ondertussen verlengde je ook jouw contract bij RC Mechelen?
Heyvaert: “Absoluut. Ik ben er al sinds 2019 aan de slag, toen nog in eerste provinciale. Racing is een super mooie club, dus ik zie niet in waarom ik zou vertrekken.”
Was er geen Limburgse interesse?
Heyvaert: “Sam heeft gepolst en het zou leuk zijn om samen in dit verhaal te stappen. Ik heb alles afgewogen en heb gepast voor het voorstel. In Hasselt zou ik ‘de vriend van’ zijn. Daar had ik geen zin in. Als alles goed gaat, is er niets aan de hand. Maar als het even minder loopt, is dat het eerste wat aangehaald wordt.”
Kerkhofs: “We hebben ook tijdens de wintermercato geprobeerd om Jens los te weken. We hadden een krijger nodig op het middenveld en ik zag in Jens de geknipte persoon. Ik liet Racingvoorzitter
François De Keersmaecker weten dat we zelfs bereid waren om een transfersom te betalen, maar RC Mechelen wilde Jens niet laten gaan. En ik begrijp het trouwens ook volledig dat hij er blijft.”
“Een week voor de bekendmaking dat we Sporting Hasselt gingen overnemen, heb ik Jens gevraagd om bij ons te tekenen.” Ik zal zijn antwoord nooit vergeten. ‘Nee, want ik denk dat jullie gaan degraderen en ik heb het gevoel dat wij een kampioenenploeg hebben.’ Ik moet toegeven dat ik daar een paar nachten niet van geslapen heb. Niet veel later verloren we de openingswedstrijd tegen Lille. Toen we op de tweede speeldag een punt pakten tegen Berchem na een sterke tweede helft, kwam Jens na de match naar mij: ‘Jullie gaan niet zakken.’ Dat was een pak van mijn hart.”
Heyvaert: “Ik had dit absoluut niet verwacht van Sporting Hasselt. Na die 1 op 6 is de trein beginnen bollen, mede dankzij enkele straffe transfers. Ik zeg het niet graag, maar ik moet Sam daar een pluim voor geven. Chapeau voor wat hij in korte tijd heeft gedaan met deze club.”
Sporting Hasselt is hot. Was dit wat je in gedachten had toen je de club overnam?
Kerkhofs: “De bedoeling was om dit seizoen aan de structuur te werken en volgend jaar vol voor de titel te gaan. Nu staan we met nog acht speeldagen te gaan aan de leiding, is onze minireeks De Spor al meer dan 1,5 miljoen keer bekeken en ontvangen we elke thuiswedstrijd 1.500 tot 2000 fans. Kortom: nee, dit had ik niet durven denken.”
Toch is er ook kritiek. Zo werden de sponsordeal met een gokbedrijf en het ontslag van Benny Lunenburg negatief onthaald.
Kerkhofs: “Ik heb in heel korte tijd een dikke huid gekweekt. Weet je, iedereen kent nu Sporting Hasselt, maar slechts een deeltje daarvan ziet de ploeg ook effectief aan het werkt. De bekendheid van Sporting Hasselt is een stevige troef naar sponsors toe. De negatieve kritiek is een keerzijde van ons succes, maar dat nemen we erbij.”
Tot slot: zijn er al gemeenschappelijke plannen voor na de wedstrijd?
Heyvaert: “Misschien dat er na de match wel iets gedronken wordt. Hoewel, er loopt een weddenschap tussen ons …”
Kerkhofs: (Pikt in) “Het is de bedoeling om zo lang mogelijk geen alcohol meer te drinken. Die weddenschap loopt sinds 1 januari, maar wie weet komt er zaterdag een einde aan de weddenschap. We zien wel, maar wat zeker is: als hij niet opgeeft, ik ook niet. (lacht)”