“Geen recht op vrijheid van mening voor IS-aanhangers”
N-VA-voorstel meteen afgeschoten
Het voorstel van N-VA om het recht op vrije meningsuiting in te perken voor IS-aanhangers, is al meteen afgeschoten door zowel hun coalitiepartners als door de oppositie. Peter De Roover, fractieleider in de Kamer, gaf gisteren aan dat dit wel bespreekbaar moet zijn. Dinsdag tweette Vlaams parlementslid Annick De Ridder (N-VA) dat het gedaan moet zijn met het verheerlijken van IS. Ze pleit voor een uitzondering van het recht op vrije meningsuiting voor IS-aanhangers. Gisteren volgde er dan een hele uiteenzetting van Peter De Roover over waarom dit bespreekbaar moet zijn. N-VA vraagt een debat, maar dat gaan ze niet krijgen. Want CD&V wil zelfs niet reageren. Open Vld wel, maar met een zeer duidelijke boodschap. “Wie de vrijheid van meningsuiting verbiedt, doet de vrijheid verdwijnen. Niet de mening. Die blijft, je zal ze alleen nog moeilijker zien.” Ook Jan Theunis, hoofddocent grondwettelijk recht aan de Universiteit Hasselt, pleit voor voorzichtigheid. “De vrijheid van meningsuiting is de hoeksteen van de democratie, dus als je die sterk beperkt, hol je de democratie uit”, vindt Theunis. Technisch gezien is zo’n aanpassing wel mogelijk via het strafrecht. Want nu al wordt het recht op vrije meningsuiting - dat ingeschreven is in de Grondwet - ingeperkt door de anti-discriminatiewet en de wet op de ontkenning van de holocaust.
“We zijn in oorlog”, zegt N-VA-kopstuk Peter De Roover. En dan moet niet alleen de vijand zelf worden aangepakt, maar ook zijn sympathisanten. “De collaborateurs”, zoals De Roover ze noemt. “Zij moeten bestreden worden, ook al beperken zij zich tot woorden.” Anders gezegd: N-VA wil de vrije meningsuiting beperken wanneer het over terrorisme gaat. Wie juicht of openlijk steun geeft aan IS en de terreuraanslagen, is nu niet strafbaar. Dat behoort tot de vrijheid van meningsuiting. Zelfs “dansen na de aanslagen”, zoals binnenlandminister Jan Jambon (N-VA) het omschreef, is geen probleem. De Staatsveiligheid zal wel extra waakzaam zijn, maar een straf kan je daarvoor nu niet krijgen.
“Nu ingrijpen”
Daaraan wil N-VA een einde maken. Kamerfractieleider Peter De Roover heeft vanop zijn vakantieadres in Italië een essay in die zin geschreven en op zijn website gepubliceerd. Daarin vraagt hij zich af of “onze radicale keuze voor tolerantie en vrije meningsuiting” ons niet “machteloos” heeft gemaakt. Hij verwijst naar minister Jambon, die de strijd tegen het terrorisme omschrijft als een “oorlog”. “We zijn in oorlog met een politiek-religieuze beweging die ons systeem wil kraken, en er zijn collaborateurs actief in onze wijken en straten”, aldus De Roover. “Het is de normale regel dat collaborateurs worden aangepakt.” Nu is het alleen mogelijk om iemand op te pakken als hij aanzet tot geweld, terrorisme, haat en discriminatie. Met andere woorden: er moet een oproep tot actie zijn. Openlijk sympathiseren valt daar volgens N-VA niet onder, en dat moet veranderen. “We moeten ingrijpen voor het te laat is”, aldus N-VA-voorzitter Bart De Wever, die gisteravond op VTM Nieuws zijn fractieleider bijtrad. “Het is niet logisch dat nazipropaganda verbieden wel mogelijk is, maar sympathie voor IS niet. Ik zou in elk geval een pak beter slapen als ik zou weten dat de Antwerpse sympathisanten niet meer vrij zouden rondlopen.”
Kwalijke gevolgen
Vorig jaar heeft de MR al een wetsvoorstel in die zin ingediend, met een verbod om aanslagen “goed te keuren, te rechtvaardigen of te minimaliseren”. N-VA belooft na de zomer zelf ook met concrete voorstellen te komen. Vraag is of de partij daarmee enige kans maakt. Want de vrijheid van meningsuiting is een van de principiële vrijheden die we volgens verschillende politici, ook van N-VA zelf, tot elke prijs moeten verdedigen en koesteren in de strijd tegen het terrorisme. Minister-president Geert Bourgeois heeft dat verschillende keren herhaald, en staatssecretaris Theo Francken heeft het zelfs in zijn engagementsverklaring voor nieuwkomers gezet als belangrijke westerse waarde. Jogchum Vrielink, die als jurist onderzoek deed naar de vrijheid van meningsuiting, maakt zich vooral zorgen omdat hij ziet waartoe de inperking van de vrije mening in Frankrijk heeft geleid. Daar bestaat al langer een wet in die zin, en na de aanslag op Charlie Hebdo werden ongeveer 200 mensen aangeklaagd wegens apologie du terrorisme. Alleen werden zo heel wat volstrekt onschadelijke figuren vervolgd. “Vaak mensen met psychiatrische problemen of zwervers. Maar bijvoorbeeld ook een achtjarig jongetje dat urenlang werd verhoord omdat hij zei dat hij ‘aan de kant van de terroristen stond’. Of een man uit Straatsburg die zes maanden cel kreeg omdat hij op Facebook een foute grap had geplaatst”, aldus Vrielink.
Peter De Roover (N-VA)