Proefproject ZOL moet onnodige operaties vermijden
“Dokters moeten levenseinde eerder bespreken”
Ziekenhuis Oost-Limburg heeft samen met de Genkse rusthuizen en huisartsen een proefproject lopen waarbij er vroegtijdig met patiënten wordt gepraat over de zorg in een later, finaal stadium van hun ziekte. Doel is te vermijden dat mensen ongewild toch nog dure operaties of testen ondergaan.
Met dit proefproject wil dokter Patrick Noyens, de voorzitter van de ethische commissie van het Ziekenhuis Oost-Limburg, de patiënten bewust maken van alternatieven voor dure operaties en onderzoeken die hun levenskwaliteit niet noodzakelijk verbeteren. Hij moedigt de huisartsen en de dokters in zijn eigen ziekenhuis en de rusthuizen aan om al veel vroeger te praten over het levenseinde. Hierdoor zullen patiënten niet plots met deze moeilijke keuzes worden geconfronteerd op het moment dat ze heel ernstig ziek zijn. “Want op dat moment is de keuze voor behandeling meestal vanzelfsprekend”, zegt professor medische ethiek Wim Pinxten (UHasselt). Op een document wordt aangegeven welke operaties of testen de zieke patiënt zeker niet meer wil ondergaan.
Wie als kerngezond mens nadenkt over zijn levenseinde, kan als het later nodig is een beter doordachte beslissing nemen. Dat is de overtuiging van dokter Patrick Noyens, de voorzitter van de ethische commissie van het Ziekenhuis Oost-Limburg in Genk. Samen met Genkse rusthuizen en huisartsen werkt hij aan een traject van vroegtijdige zorgplanning. Het doel: vermijden dat mensen die dat zelf niet willen toch dure operaties of testen moeten ondergaan, zonder dat hun levenskwaliteit daarmee merkbaar wordt verbeterd. De open brief van een rusthuisverpleegster in De Standaard heeft de discussie over de ouderenzorg in ons land fors doen oplaaien. De getuigenissen die daarop volgen waren veelzeggend: het personeel in rusthuizen heeft geen tijd meer voor een praatje, geen tijd meer voor hulp bij het eten, zelfs geen tijd meer voor goede verzorging. In een van de rusthuizen moet de poetsvrouw de nachtshift doen omdat dat het minste kost. En wie een vloer kan schrobben, kan toch ook de rug van een bejaarde wassen? Schrijnende toestanden die voor een deel opgelost zouden kunnen worden door minder geld te steken in dure behandelingen op het einde van het leven en net meer geld te investeren in waardevolle ouderenzorg, zo bepleitte rouwexpert en psycholoog Manu Keirse gisteren nog in De Standaard. Hij werd daarin bijgestaan door professor Wim Distelmans, die gespecialiseerd is in palliatieve geneeskunde. “Als de overheid resoluut zou investeren in palliatieve zorg, waardoor die voor iedereen beschikbaar is, zouden er minder mensen blootgesteld worden aan therapeutische hardnekkigheid. En dan zouden er middelen vrijkomen. Patiënten houden vast aan die dure, zware behandelingen, omdat ze bang zijn in een zwart gat te vallen, zonder arts, zonder hulp.”
Levenskwaliteit
Het is net dat wat dokter Noyens van het Ziekenhuis Oost-Limburg met een nieuw proefproject wil doen: de therapeutische hardnekkigheid bestrijden en patiënten bewust maken van alternatieven voor dure operaties. Hij moedigt huisartsen, rusthuizen en de dokters in zijn eigen ziekenhuis aan om al veel vroeger te praten over het levenseinde, zodat patiënten niet plots met deze moeilijke keuzes worden geconfronteerd op het moment dat ze te maken krijgen met een ernstige ziekte. “Want op dat moment is de keuze voor behandeling meestal vanzelfsprekend”, zegt professor medische ethiek Wim Pinxten (UHasselt). “Ook al is die hoogtechnologische geneeskunde vaak belastend en draagt het niet noodzakelijk bij tot een betere levenskwaliteit.”
Ongemakkelijkheid
Net daarom laten ze in Genk en omgeving patiënten nu al veel vroeger nadenken over wat ze willen op het einde van hun leven. Samen met het document waar op staat of ze bijvoorbeeld nog gereanimeerd willen worden, wordt ook aangegeven welke operaties of testen ze zeker niet meer willen ondergaan. “Het grootste deel van de Genkse rusthuizen doet intussen mee aan deze vroegtijdige zorgplanning”, zegt Noyens. “Ook op de hart- en longafdelingen van het ziekenhuis zijn we er al mee bezig. Dat was niet vanzelfsprekend, omdat je een zekere vorm van ongemakkelijkheid moet overwinnen. Je moet praten over het einde van het leven met mensen die daar op dat moment nog niet aan toe zijn. Maar intussen heeft al 20 procent van de patienten op de cardio-afdeling zijn wensen op papier gezet.” “Uiteindelijk moet dat leiden tot een gezondheidszorg die beter is afgestemd op wat de patiënt wil”, zegt Jacques Germeaux van de huisartsenkring Prometheus, die de 85 huisartsen in Genk, Zutendaal, Opglabbeek en As overkoepelt. “Want als je als patiënt geen beperking oplegt, zullen er dure testjes en operaties worden uitgevoerd, ook al dragen die niet bij tot de levenskwaliteit. Gezondheidszorg heeft immers zijn prijs.”
Je moet een zekere vorm van ongemakkelijkheid overwinnen. Je moet praten over het einde van het leven met iemand die daar op dat moment nog niet aan toe is.
Patrick NOYENS Ziekenhuis Oost-Limburg