De kip en het ei
Pluimvee tussen kunst en wetenschap
Koen Vanmechelen maakt kunst met, rond, over en via kippen. Die kippen legden meer dan eieren. Ze hebben geleid tot vruchtbare projecten in wetenschap en economie, onderwijs en ontwikkeling. Twintig jaar na zijn eerste kippenkruising zijn Koens kippen de rode draad door een verhaal van mensen, cultuur en kennis.
HASSELT -
Koen Vanmechelen was van jongs af aan gebiologeerd door eieren en vogels. Toen hij vijf was, kreeg hij thuis een broedmachine waarmee hij zijn eerste kippeneieren uitbroedde. Hij vond het fascinerend hoe een ei na 21 dagen op 37,6 graden een kleine kip oplevert. Hij vroeg zich met kinderlijke verwondering ook af waarom je een levend wezen waarvan je houdt, opsluit in een kooi. Hij ging zich in de loop van de jaren ook vragen stellen over de domesticatie van de kip. We maakten van de kip een huisdier en kneedden haar naar onze verlangens. We fokten kippen in verschillende types en die weerspiegelen de menselijke verbeelding. De Franse Bresse-kip heeft een rode kam, witte veders en blauwe poten, net als de Franse driekleur. De Amerikaanse kip is de grootste. De Chinese kip heeft zijdeachtige pluimen. We gebruiken de kip niet alleen om mee te pronken, maar ook voor vlees en eieren. De kip is een van de belangrijkste bronnen van eiwitten voor de mensheid. Er zijn op ieder moment, 19 miljard kippen op aarde, waarvan 6,4 miljard legkippen en die leggen 60 miljoen ton eieren. Voor driekwart van de wereldbevolking vormen die een onmisbare bron van eiwitten. Die productiekippen zijn vele duizenden jaren lang gefokt en geselecteerd op eigenschappen die zo veel mogelijk vlees of ei opleverden. De kip zoals we die nu kennen is het resultaat van eeuwen fokkunde.
Diversiteit van het leven
Dat al die kippen op elkaar gelijken maar toch zoveel verschillen vertonen was Charles Darwin in de negentiende eeuw ook al opgevallen. Hij was een geduldig observator en had zelf kippen rondscharrelen in zijn tuin ten zuiden van Londen. Hij verzamelde beschrijvingen en observaties van biologen en fokkers van over de hele wereld. Die onderbouwde zijn hypothese dat de veelheid aan soorten planten en dieren op aarde zo zou kunnen ontstaan zijn: door toeval verschijnen varianten en de natuur laat alleen die overleven en voortplanten die het best aangepast zijn aan de omstandigheden.
Darwin zag dat fokkers in wezen hetzelfde doen. Ze selecteren het individu dat zij verkiezen en fokken daarmee verder. Zo zijn alle types van gedomesticeerde dieren ontstaan. Diversiteit groeide uit eenheid. Van één type wilde junglehoen in Zuid-Oost-Azië ontstonden alle kippensoorten die we nu kennen. De kip is gemakkelijk te fokken en mee te nemen. Haar stamboom laat zien hoe ze zich verspreidde over de wereld en vertakte in kippentypes. Hetzelfde was met de mens als soort gebeurd. Binnen het ene menselijke ras ontstonden verschillende etnische types, elk aangepast aan de verschillende levensomstandigheden op aarde. Dat inzicht van Darwin werd het belangrijkste idee in de biologie: de evolutietheorie die hij in 1859 beschreef in zijn beroemde boek ‘Over Het Ontstaan Van Soorten’. Dat werd aan het einde van de twintigste eeuw de basis van de conceptuele droom van de kunstenaar Vanmechelen.
De eerste kip en haar ei
Vanmechelen wilde de kip dedomesticeren, weg van de specialisatie. Hij ging een Mechelse koekoek van hier kruisen met een poulet de Bresse uit Frankrijk. Zijn eerste kunstige kip werd een ‘Mechelse Bresse’. Die kruising zou de eerste zijn in een lange reeks van kruisingen waarbij de nieuwe generatie telkens opnieuw gekruist werd met een andere type kip uit een ander land. Vanmechelens idee was dat je zo stap voor stap, generatie na generatie, de variatie die in het kippenrijk bestaat, maar die door selectieve inteelt steeds verder uit elkaar gespeeld was, opnieuw bij elkaar kon brengen. Door eeuwen selectief kruisen en selecteren op eigenschappen zoals grootte of productiviteit, was elke kippensoort een genetische superspecialist geworden. Door die verspreid geraakte genetische variatie bij elkaar te brengen, werkte Vanmechelen aan een kosmopolitische kip, een kip van deze wereld die steeds globaler en diverser wordt. Hij kruiste steeds weer nieuwe kippensoorten van over de hele wereld in. In zijn atelier liepen weliswaar altijd wel ergens kippen te pikken maar Vanmechelen bouwde er een hele wereld rond met beelden, foto’s, video en diverse gemengde media. In het Cosmopolitan Chicken Project hield hij de mensheid een spiegel voor: willen wij onze diversiteit koesteren en creatief aanwenden, of gaan we ons opsluiten in kleine clubjes en trots kleine verschillen tot onze identiteit uitroepen?
Levend concept
Gaandeweg constateerde Vanmechelen dat zijn kosmopolitische kippen sterker werden, zich beter voorplantten, minder ziek werden en langer in leven bleven. Zouden zijn levende kunstwerken iets te betekenen hebben buiten de kunstgalerij? Zou de diversiteit die hij probeerde te creëren ook nuttig kunnen zijn in de echte wereld? Hij ging aankloppen bij wetenschappers en bedrijven die met genetica en pluimvee bezig zijn. Niet alleen zijn enthousiasme en bevlogenheid, maar vooral de technische en wetenschappelijk waarde van zijn gekruiste kippen bleek aan te spreken. Nergens anders waren twintig generaties genetisch ‘verwilderde’ kippen beschikbaar. Vanmechelen had zonder dat te beseffen een unieke biologische verzameling in het leven geroepen. Genetische analyses lieten zien dat zich in de kosmokip steeds meer genetische diversiteit verzamelde,vergelijkbaar met de genenpool van de ‘straathond’ die diverser is dan die van rashonden. Zo rees de vraag: zou deze superdiverse kip kunnen helpen om, gekruist met de superproductieve kip van de veeteelt, een duurzame kip te maken waarmee de armen van deze wereld hun voordeel kunnen doen? Uit deze overweging geënt op Vanmechelens solidariteit ontstonden vijf stichtingen die ieder op hun manier, geïnspireerd door zijn kunst, iets proberen te betekenen voor een duurzamere toekomst van de wereld.
Wat begon als een conceptueel, filosofisch idee over een huisdier is uitgegroeid tot een wetenschappelijk en sociaal-economisch project. Vanmechelen legt ondertussen in Genk de laatste hand aan de nieuwe thuisbasis voor zijn werk. Op de campus van La Biomista komt het hoofdkwartier van de Open University of Diversity. Daar zullen onderwijs en experiment, kunst en wetenschap, mens en dier, rijk en arm, natuur en cultuur elkaar vinden. De kip heeft haar ei gelegd.