Peeters wenst sociale partners loonakkoord
Aanstaande woensdag zitten de sociale partners in de groep van tien opnieuw rond de tafel. Inzet is een loonakkoord voor de komende twee jaar. Vicepremier Kris Peeters (CD&V) doet alvast een oproep om deze week tot een loonakkoord te komen.
BRUSSEL -
Ik zou graag hebben dat de sociale partners bij het begin van dit nieuwe jaar elkaar vinden”, zei Peeters gisteren in ‘De zevende dag’. “Zorg er toch voor dat het sociaal overleg effectief aantoont dat het nog kan werken”, aldus Kris Peeters. De regering kan zelf een akkoord opleggen, maar geeft de sociale partners een kans. “Als de regering dat zelf moet doen...wat komt daar uit? Daar wil ik niet op vooruitlopen”, zei Peeters nog. Woensdag zitten de sociale partners van de groep van tien opnieuw rond de tafel rond de loonontwikkeling voor de komende twee jaar. De Centrale Raad voor het Bedrijfsleven heeft de marge voorlopig vastgelegd tussen 0,9 en 1,2 procent. Dat is bovenop de baremieke loonsverhogingen in de bedrijven en sectoren en bovenop de indexering om de stijging van de levensduurte op te vangen.
Moeilijk
De onderhandelingen over de lonen beloven uiterst moeilijk te worden. Uit cijfers van het Planbureau die vorige week uitlekten, zou er slechts een loonmarge zijn van 0,9 procent omdat de inflatie hoger uitvalt. Voor de kerstvakantie gingen vakbonden en werkgevers nog uit van een loonmarge van 1,2 procent maar in werkgeverskringen is te horen dat ze bij de loononderhandelingen willen rekening houden met de nieuwe inflatievooruitzichten. Of de vakbonden daar van willen weten, valt te betwijfelen.
Als de sociale partners woensdag tot een akkoord komen, moet het nog voorgelegd worden aan de basis.
Hangijzer
De loonvorming is niet het enige hete hangijzer waar de vakbonden zich woensdag over moeten buigen. Zo moeten vakbonden en directies het eens worden over het SWT en de landingsbanen, de welvaartsenveloppe, het welvaartsvast maken van de uitkeringen en moet er een agenda worden opgesteld over uitdagingen zoals het verder wegwerken van het onderscheid tussen arbeiders en bedienden, ziekteverzuim en burnout en de mobiliteit.