Regeringsbeleid werpt zijn eerste vruchten af
Gouverneur Jan Smets van Nationale Bank is optimistisch gestemd
Het regeringsbeleid werpt wel degelijk zijn eerste vruchten af en heeft alles in zich om voor een verdere groei van onze economie te zorgen. Maar dan mag de regering niet versagen. Dat was in essentie de boodschap van gouverneur Jan Smets bij de voorstelling van het jaarverslag 2016 van de Nationale Bank. De Belgische economie groeide vorig jaar met 1,2 procent. Zonder aanslagen had dat 1,4 procent kunnen zijn. Hoe dan ook is het minder dan de gemiddelde 1,7 procent groei in de eurozone. Toch is gouverneur Jan Smets niet helemaal ontevreden. Omdat onze economische groei vooral gedreven wordt door investeringen en export en minder door binnenlandse consumptie. Dat is een gevolg van de regeringsmaatregelen. En dan hebben we het uiteraard over de taks shift en de indexsprong. Hierdoor hebben onze bedrijven aan concurrentiekracht gewonnen en kunnen ze zowel meer exporteren als meer investeren.
Op korte termijn gaat dat ten koste van de koopkracht van de mensen en dus van de binnenlandse consumptie. Maar op langere termijn zal dat leiden tot meer tewerkstelling en dus ook tot meer koopkracht en consumptie. Iets wat men trouwens als in 2016 voor een stuk kon vaststellen. De werkgelegenheid groeide met 59.000 banen of 1,3 procent, wat meer is dan de economische groei van 1,2 procent.
Aanbevelingen
Het ziet er dus niet slecht uit. Maar we mogen geen koord lossen, waarschuwt de gouverneur, die in dat verband een reeks aanbevelingen naar voren schuift: • We moeten het herstel van onze concurrentiekracht continueren, o.a. via een correcte toepassing van de nieuwe loonkostenwet. • We moeten de inflatie absoluut onder controle houden. Anders riskeren we een spiraal van loonsverhogingen die de herwonnen concurrentiekracht teniet doet. • We moeten onze economie verder dynamiseren door o.a. de pensioenhervormingen af te ronden, het starten van bedrijven verder te vergemakkelijken en door onze jongeren zo goed mogelijk te empoweren zodat ze altijd werk kunnen vinden in een snel wijzigend economisch landschap.
Begroting
De vierde reeks aanbevelingen slaat op de overheidsfinanciën. 2016 was een verloren jaar met een overheidstekort van 2,8 procent, een negatief primair saldo van 0,1 procent en een staatsschuld van 106,6 procent van het bruto binnenlands product. Verklaringen zijn de extra uitgaven voor migratie en veiligheid en de tegenvallende inkomsten als gevolg van de taks shift.
Dit jaar moet de regering de draad opnieuw opnemen. Volgens gouverneur Smets kan met reeds genomen maatregelen het overheidstekort verder verminderen van 2,8 naar 2 procent van het bruto binnenlands product. Maar om het finale begrotingsobjectief te halen - een evenwicht tegen 219 - zijn voor 8 à 9 miljard euro nieuwe maatregelen nodig. Dat kan enkel met een meerjarentraject.
Qua maatregelen denkt de gouverneur aan efficiëntiewinsten, afstoten van taken en zorgen dat de geraamde inkomsten wel degelijk worden gehaald. Wordt de vennootschapsbelasting verlaagd, iets waar de NBB voor is, dan moet ook dat financieel gecompenseerd worden. Tot slot pleit hij voor meer investeringen via verschuivingen in de uitgaven. De vakbonden ACV en ABVV), hebben het jaarverslag 2016 niet integraal goedgekeurd. Ze zijn het niet eens met de analyse als zou de toename van de tewerkstelling een gevolg zijn van het regeringsbeleid. Voorts betreuren ze ook dat in het jaarverslag niet wordt gesproken over werkbaar werk en een meer rechtvaardige fiscaliteit.