De leraar met een hart voor Haspengouw
Geen streek zo mooi als die rond Borgloon, vond oud-leraar Theo Lemmens. Voor een man die graag reisde en die Ierland, Engeland en Schotland als zijn tweede thuis beschouwde, bleef zijn hart opvallend trouw kloppen voor het glooiende landschap rond zijn g
Ere-voorzitter van de Gilde der Loonse Wynluyden, vermeldt zijn overlijdensbericht. En dat hij stadsgids was in Borgloon. Theo Lemmens stak zijn liefde voor Borgloon niet onder stoelen of banken. Maar hij woonde wel in Tongeren - zij het net over de gemeentegrens, dichtbij het college waar hij altijd had lesgegeven.
“Dat deerde hem niet”, zegt zijn dochter Monique Lemmens. “Papa had sowieso een band met beide steden. In zijn professionele leven is hij leraar Engels geweest in het tweede en derde middelbaar van het college in Tongeren. Hij was streng maar rechtvaardig: hij hechtte belang aan waarden en respect, maar zijn leerlingen wisten wat ze aan hem hadden.”
Dat Theo Lemmens leraar werd, is geen toeval: zijn vader was hoofdonderwijzer geweest van de dorpsschool in Bommershoven. Hij overleed toen Theo twaalf jaar was. Nadat Theo’s drie oudere zussen voor het onderwijs hadden gekozen, besloot ook hij in de voetsporen van zijn vader te treden.
Naar de hak van de laars
Monique houdt goede herinneringen over aan haar periode op de middelbare school, die mee door haar vader werd vormgegeven. “Mijn twee zussen en ik gingen naar de Onbevlekte Ontvangenis, de meisjeshumaniora en tegenhanger van het college in Tongeren. ‘s Morgens zette papa ons met de auto af aan school. ‘s Middags gingen wij te voet naar het college, van waar we samen met papa naar huis vertrokken. Daar wachtte mama ons met warm eten op. Wij vonden het pure luxe dat wij ‘s middags naar huis konden, maar ook papa genoot daarvan. Hij was een echte familieman.”
In het weekend zocht Theo Lemmens graag zijn familie op. Monique herinnert zich de wekelijkse bezoeken aan haar oma, tantes, ooms, neefjes en nichtjes en de vele uitstappen. “De klassiekers van die tijd: Banneux, de Ardennen, Scherpenheuvel. Papa reed graag met de auto. Wij gingen ook altijd met de auto op vakantie. In de zomer een maand naar Spanje, naar een familiehuisje in Benidorm. Met enkele vrienden heeft papa eens heel Italië doorkruist met de auto, tot helemaal in de hak van de laars.” Reizen zat Theo in het bloed. Op school begeleidde hij reizen naar Engeland en Ierland, later bezocht hij New York, Cyprus, Israël en Marokko. “Waar we ook naartoe gingen”, zegt Monique, “papa wist er altijd een verhaal over te vertellen. Hij was erg belezen - over alles kon hij een mondje meepraten: politiek, economie, geschiedenis, landbouw: het interesseerde hem allemaal.”
Loonse wijn
Als leraar had Theo Lemmens veel vrije tijd, maar luieren lag niet in zijn aard. Hij had een moestuin waar hij groenten kweekte. Zijn siertuin was tot in de puntjes verzorgd, de haag tot op de millimeter getrimd. “Achter ons huis lag een grote tuin waar hij kersenbomen had geplant”, zegt Monique. “In de zomer plukte hij zelf kersen, met een lange ladder verdween hij dan in de bomen. Met een deel van de kersen maakten we zelf confituur, de rest verkocht papa aan de fruitveiling in Borgloon.”
De tuin was verplichte corvee voor de zusjes Lemmens. Het gras maaien, onkruid wieden, kersen ontpitten, groenten schoonmaken: iedereen moest zijn steentje bijdragen, ook in het huishouden, vond Theo Lemmens. Na het gedane werk nam hij de fiets om een toertje te maken. “Papa was sportief. Hij ging elke dag met de hond wandelen en één keer per week ging hij zwemmen.” Theo Lemmens was ere-voorzitter van de wijngilde van Borgloon, officieel de Gilde der Loonse Wuynluyden. Die beheert twee wijngaarden in Borgloon, waar vrijwilligers druiven kweken en wijn produceren. “Planten, snoeien, plukken, wijn persen: wij doen alles zelf”, zegt huidig voorzitter Rudy Miguet.
De Loonse wijngilde verbouwt Chardonnay, Pinot Gris, Pinot Blanc, Rivaner en Auxerrois, jaarlijks goed voor zo’n 2.000 à 3.000 flessen witte, fruitige wijn, gerijpt op de flanken van de Loonse heuvels. De flessen zijn niet in de handel verkrijgbaar, wel in de plaatselijke horeca of via de website.
“Theo was er fier op dat we in Borgloon wijn verbouwen”, zegt Rudy Miguet. “Voor de wijngilde was hij een geweldige lobbyist, een netwerker met veel connecties. Als geen ander slaagde hij erin om sponsorgeld en subsidies los te weken. De laatste tien jaren was hij niet meer actief bij ons, maar hij bleef elke zaterdag trouw langskomen in onze wijnkelder om een glas te drinken. En o wee wie dan een pintje durfde te bestellen - die kreeg naar zijn voeten van Theo.”
Uitgedoofd
Op een ochtend werd Theo wakker en voelde zich niet lekker. Hij was grieperig en slap. Een verkoudheid, dacht zijn familie. De dokter liet een ambulance komen die hem naar het ziekenhuis van Tongeren bracht. Daar stelden dokters vast dat hij een zware longontsteking had. Hij werd overgebracht naar de afdeling intensieve zorgen van het Jessaziekenhuis in Hasselt. “Niets wees erop dat papa ernstig ziek was. De dag voordien was hij nog boodschappen gaan doen”, zegt zijn dochter Monique. “Maar in het ziekenhuis kregen de dokters zijn longen niet meer op gang. Zijn bloeddruk bleef dalen, zijn hartslag vertraagde. Papa is uitgedoofd als een kaars.”
Als hij zou sterven, zei Theo, dan wilde hij begraven worden in Borgloon. In dezelfde grond die Loonse wijn voortbrengt, de heuvels doet glooien en het landschap laat schitteren.