Toen de strip volwassen werd
Luikse must see expo over bladen Metal Hurlant en (A Suivre)
Mocht u iets met strips hebben, rep u dan naar de recent gerestaureerde Schone Kunstentempel La Boverie in hartje Luik en onderga ‘Révolution bande dessinée’. In ruim 300 originelen krijgt u het verbluffende visuele verhaal van een revolutie, die van de Europese strip in de jaren 70 en 80. Een must see. De piekfijn gerestaureerde en vergrote kunsttempel is te vinden op het meest idyllische plekje van Luik: in het gelijknamige park de la Boverie, op de punt van het langgerekte Maaseiland bij de samenvloeiing van Ourthe en Maas. Binnenin bulkt het van de grote namen. Maar ik ben hier voor grootmeesters uit een ander universum in de tijdelijke tentoonstelling Révolution bande dessinée, met originelen van beeldenstormers die een compleet medium zouden herdefiniëren. Een medium dat toen nog gezien werd als tijdverdrijf voor kinderen en jongvolwassenen.
Dat verhaal laat zich verbazend goed vertellen aan de hand van twee toonaangevende maandbladen uit die époque: Metal Hurlant, vanaf 1975 vanuit Parijs, en (Á Suivre), vanuit Doornik vanaf 1978. De vertelling loopt via twee parcours: bovenaan zien we de uitvergrote covers van weleer, op ooghoogte erg diverse originelen, afgewisseld met video-interviews van de auteurs. Dit is goed gemaakt. De originelen komen zowat allemaal uit de collectie van de Bretonse stripmecenas en kunstverzamelaar Michel-Edouard Leclerc, baas van een grote Franse supermarktketen. Nu kosten ze een fortuin, toen een prikje.
Grafische rockband
De wereld was veranderd in 1975. Parijs 68 en Woodstock waren feiten, maar in de stripuitgeverij kon jong geweld zijn ding nauwelijks kwijt. De censuur werkte nog efficiënt. “We waren een rockband, een grafische rockband”, herinnert medeoprichter Philippe Druillet (72) zich nog. “En we hadden maar één ambitie: vrijheid verwerven om te kunnen tekenen en vertellen wat we wilden.” En zo geschiedde: weg met het strookjesdenken, weg met de rechtlijnige scenario’s voor de jeugd van 7 tot 77 jaar. Daar kwamen de paginagrote tekeningen, de chaos en de erotiek. Met – zeker in het begin – wild om zich heen slaande en nu vaak onleesbare sciencefiction (Druillet), flarden van beschavingen zoals ze er millennia geleden hadden kunnen uitzien (Gal - Dionnet), politieke parabels (Bilal) en hypnotiserende parallelle universa (Moebius).
Literatuur
Een bom viel in de stripwereld, en ook Casterman in Doornik werd getroffen. De katholieke uitgever van Kuifje en Tiny wilde ook de volwassen kaart trekken, al valt het contrast met Metal Hurlant nu nog op. “Geen paginagrote tekeningen voor het plezier, neen. (A Suivre) was een wilde uitbarsting van literatuur in de strip”, vat Benoit Peeters, scenarist van De Duistere Steden juist samen. Het verklaart, zeker in de beginjaren, de keuze voor het dwingende zwart-wit. Maar ook als gaandeweg kleur opdook, telde enkel de relatie tussen beeld en tekst: Pratt, Comès, Muñoz, Auclair, Bourgeon, Boucq... Die aanpak zou het ene na het andere meesterwerk opleveren, tot de (zakelijke) klad er in 1997 aankwam. “We hebben maar van één ding spijt”, zegt scenarist-journalist Philippe Manoeuvre van Metal aan het eind: “We hadden nooit mogen stoppen. Maar rockbands splitten nu eenmaal.”