Een ziekenhuis op vier kan zonder problemen dicht
Luc Van Gorp (CM): “Zorg en toegankelijkheid blijven overeind”
“We kunnen gemakkelijk een ziekenhuis op vier sluiten zonder dat dit enige afbreuk doet aan de zorgverlening en de toegankelijkheid.” Dat zegt voorzitter Luc Van Gorp van de CM in een gesprek met Het Belang van Limburg. Daarin schuift hij nog meer voorstellen naar voren om de betaalbaarheid van onze gezondheidszorg overeind te houden. Zo stelt hij ook voor dat er gesnoeid wordt in het aantal spoeddiensten, hartcentra en materniteiten. Hij pleit ook voor een herziening van het financieringssysteem. Nu gebeurt dat op basis van prestaties, een pervers systeem dat overconsumptie in de hand werkt. En geneesmiddelen moeten op stofnaam worden voorgeschreven en patiënten moeten een juist aantal geneesmiddelen meekrijgen. Want nu wordt niet minder dan 40 procent van de geneesmiddelen gewoon niet gebruikt. In het interview waarschuwt hij ook voor de toename aan supplementen. Daardoor dreigen hospitalisatieverzekeringen voor de meeste mensen onbetaalbaar te worden. Dat kan leiden tot een duaal systeem met enkel nog goede zorgen voor wie geld heeft.
“Indien we gezondheidszorgen betaalbaar willen houden, dan moeten we het aandurven om iets te doen aan het overaanbod. We hebben te veel spoeddiensten, te veel hartcentra, te veel zware apparatuur. We kunnen gemakkelijk één ziekenhuis op vier sluiten zonder dat we inboeten aan zorgverlening en toegankelijkheid.” Dat zegt CM-voorzitter Luc Van Gorp, die zich bewust is dat hij daarmee vloekt in de kerk. Maar het is nodig, ook om te voorkomen dat we evolueren naar een dualisering van de gezondheidszorgen met enkel nog goede zorgen voor wie het kan betalen. Onze sociale zekerheid is in afgeronde cijfers goed voor zo’n 75 miljard euro. Hiervan gaat bijna 25 miljard euro naar de gezondheidszorg en meer in het bijzonder naar:
- artsen: 8,1 miljard euro - tandheelkundigen: 0,95 miljard - farma: 4,4 miljard - verpleegkundigen: 1,5 miljard - kinesitherapeuten: 0,76 miljard - bandagisten en orthopedisten: 0,24 miljard
- implantaten: 0,74 miljard - verpleegdagprijs: 5,3 miljard De 25 miljard euro loopt vervolgens op tot bijna 33 miljard euro wanneer men daar de uitkeringen voor langdurig zieken en arbeidsongeschiktheid bijtelt. Dat is behoorlijk veel geld. Toch staat de gezondheidszorg financieel onder druk.
Daar zijn twee verklaringen voor. De eerste kennen we allemaal, de veroudering van onze bevolking. Er zijn meer oudere mensen en oudere mensen hebben over het algemeen meer medische zorgen nodig. De tweede zijn de technologische evoluties zoals medicatie op maat en steeds meer gesofistikeerde en gelukkig ook performante apparatuur.
Verzekeringssysteem
Uiteraard zijn dit positieve evoluties. Het blijft wel de vraag hoe we dat allemaal betaald gaan krijgen. Ook de voorzitter van de CM vraagt zich dat wel eens af.
Luc Van Gorp: “Belangrijk om weten is dat we met een sociaal verzekeringssysteem zitten, totaal niet vergelijkbaar met bijvoorbeeld dat van de autoverzekeringen. Daarom spreken we ook over een solidaire ziekteverzekering. Werkgevers en werknemers betalen premies om verzekerd te zijn tegen risico’s die men niet kan betalen wanneer men pech heeft. We verheidszorg zekeren risico’s van anderen. Het probleem is dat de groep die premies betaalt, in verhouding kleiner wordt. Nu draagt een grote groep van de gerechtigden niet bij. Binnen 20 jaar zal die groep mogelijk dubbel zo groot zijn. We moeten er dus goed voor opletten dat het een heel evenwichtig systeem blijft en dat iedereen die bijdraagt er ook van kan genieten. Anders riskeren we dat mensen niet langer solidair willen zijn en dan komt het hele systeem in het gedrang We spreken vandaag over het gevaar van de-solidarisering.”
Leven we te lang?
Om dat te voorkomen is een gedeelde visie op onze gezondheidszorg nodig. Die is er vandaag nog niet. Er zijn wel heel veel visies. Die van de artsen, die van de kinesisten, die van de verpleegkundigen… Daarom hebben alle mutualiteiten samen een nota neergelegd bij het RIZIV met hun visie op de gezondheidszorg om zo te komen tot een correcte verdeling van de 24,6 miljard euro die we nu hieraan besteden.
Luc Van Gorp: “Onder vorige regeringen werd voor de gezond- een groeinorm van 4,5 procent afgesproken. Dat is onder deze regering teruggebracht tot 1,5 procent en in de feiten is het zelfs nog maar 0,5 procent omwille van de opgelegde besparingen. Die zijn nodig om de overheidsfinanciën onder controle te houden. Er is dus nog groei, maar die groei is niet in verhouding tot de toename van de vraag.”
Er zit dus spanning op het systeem en volgens de CM-voorzitter is het zelfs de vraag of er ooit voldoende geld zal zijn indien we blijven voortdoen zoals we nu bezig zijn. Luc Van Gorp: “Dat komt omdat we nog altijd op een heel klassieke manier onze gezondheidszorg blijven organiseren. We leggen nog altijd heel fel de nadruk op de kwantiteit van het leven. Mensen leven alsmaar langer. De gemiddelde leeftijd is nu al 84 jaar en 100-jarigen zijn al lang geen uitzondering meer. Moeten we echt proberen om de gemiddelde leeftijd verder op te krikken tot bijvoorbeeld 90 jaar? Of moeten we meer aandacht hebben voor de kwaliteit van het leven? Ik stel vast dat veel oudere mensen geen vragende partij zijn om alsmaar ouder te worden, omdat er geen kwaliteit en zingeving meer is. Zorgverleners moeten alerter worden voor de grens van de humaniteit.”
De totale mens
Dit is geen vrijblijvende uitspraak van Luc Van Gorp, die hierbij een belangrijke rol ziet weggelegd voor de ziekenfondsen.
Luc Van Gorp: “De ziekenfondsen worden door verschillende partijen in vraag gesteld, ook door sommige politieke partijen. Toch blijf ik er bij dat ziekenfondsen broodnodig zijn als verdedigers van de patiënten. Als we ze vandaag zouden afschaffen, zullen we ze morgen opnieuw moeten oprichten. Niet voor onszelf, maar voor onze miljoenen leden. We moeten wel onze rol anders invullen en daarom evolueren van een klassiek ziekenfonds naar een gezondheidsfonds dat zijn leden begeleidt vanuit meerdere invalshoeken. We laten ons hierbij inspireren door een in Nederland ontwikkeld model dat stelt dat gezondheid meer is dan alleen maar niet ziek zijn. Er is ook een belangrijke existentiële component. Het houdt in dat we niet alleen moeten kijken naar de lichaamsfuncties, maar ook naar het mentaal welbevinden, zingeving, kwaliteit van het leven, sociaal maatschappelijk participeren
Er moet een debat komen over de honorering van onze artsen. De verschillen tussen artsen onderling zijn veel te groot
Luc Van Gorp
en het dagelijks functioneren. Hoe beter men scoort op elk van deze zes componenten, hoe gezonder men is.”
De logische consequentie hiervan is dat we ook middelen inzetten op deze meer existentiële componenten. Die zijn er niet. Ze zullen eerst moeten verdiend worden. Dat betekent besparen in de meer klassieke gezondheidszorg die massief inzet op lichamelijke componenten, vertaald in een zeer complex geheel van nomenclatuur. Luc Van Gorp heeft verdragende voorstellen. We zetten ze op een rij.
Financieringsmodel
Luc Van Gorp: “In feite zitten we met een pervers financieringsmodel waarbij we werken aan de hand van prestaties. Artsen kunnen die opdrijven zonder dat men daar enige impact op heeft. Er moet een debat komen over de honorering van onze artsen. Blijven we dat doen op basis van prestaties? Opteren we voor forfaitaire vergoedingen? Moeten we evolueren naar artsen in loondienst? Laat hier geen misverstand over bestaan, ik vind dat artsen behoorlijk moeten verloond worden. Maar nu zijn de verschillen tussen de artsen onderling veel te groot. We zou moeten kunnen evolueren naar een norminkomen met een vork waarbij men meer of minder verdient volgens specialiteit, of men voltijds dan wel deeltijds werkt en of men bepaalde verantwoordelijkheden zoals diensthoofd opneemt. We zouden daar graag samen met de artsen afspraken over willen maken en ik heb de indruk dat de zaken in beweging zijn.”
Overaanbod
Luc Van Gorp: “Dit is vloeken in de kerk. Maar het moet gezegd worden. We zitten met een overaanbod aan hartcentra, spoeddiensten, zware apparatuur en ziekenhuizen. In België zijn er 108 ziekenhuizen. Minister van Volksgezondheid Maggie De Block probeert dit nu op te lossen met netwerking, waarbij ziekenhuizen binnen een werkingsgebied van telkens zo’n 500.000 inwoners met elkaar moeten samenwerken en naar elkaar moeten doorverwijzen, waardoor niet langer in elk
ziekenhuis alle specialismen aanwezig moeten zijn. Maar we kunnen nog verder gaan. Zonder dat de zorgverlening en de toegankelijkheid in het gedrang komen, kunnen we gemakkelijk een ziekenhuis op vier sluiten. Er zijn zelfs materniteiten met een bezettingsgraad van minder dan 25 procent. Dat kan niet wanneer je weet hoeveel artsen en verzorgend personeel nodig zijn om die materniteiten toch open te houden. Hoe dan ook moet het aantal geprogrammeerde bedden naar omlaag en moet er paal en perk gesteld worden aan de productiedrang vanuit de ziekenhuizen zelf richting artsen. Het geld dat we hiermee besparen kunnen we dan gebruiken om de ziekenhuizen uit de rode cijfers te halen.”
Geneesmiddelen
Luc Van Gorp: “We zijn Europees kampioen geneesmiddelengebruik. In ons land wordt drie keer zoveel antibiotica voorgeschreven als in Nederland, zonder dat we kunnen zeggen dat onze bevolking gezonder is. Ook qua antidepressiva zijn we absolute kampioenen. Wanneer we naar de dokter gaan, vinden we dat die geneesmiddelen moet voorschrijven. Anders voelen we ons niet geholpen. Daar tegenover staat dat 40 procent van de geneesmiddelen die we allemaal thuis in onze apotheekkast hebben staan, niet worden gebruikt. Dat is een enorme verspilling die we moeten tegengaan met o.a. kleinere verpakkingen. Ik ben ook een voorstander van een voorschrijven door de artsen van geneesmiddelen op basis van stofnaam. Waarna de apotheker zelf beslist of hij eventueel ook een generisch en dus goedkoper maar even efficiënt geneesmiddel meegeeft.”
Twee snelheden
Ziekenhuizen sluiten, minder geneesmiddelen en dokters sanctioneren die patiënten nodeloos laten terugkomen, het kan allemaal helpen.
Misschien is nog iets anders nodig. En dan denken we naar analogie met de pensioenen aan de uitbouw van de derde pijler in de gezondheidszorg. Waarbij duidelijk wordt bepaald wat onder de algemene gezondheidszorg valt en wat onder de private hospitalisatieverzekeringen. De CM-voorzitter ziet dat niet zitten en waarschuwt. Luc Van Gorp: “We hebben de tweede en de derde pijler noodgedwongen moeten uitbouwen opdat de mensen hun gezondheidszorg zouden kunnen betalen. De tweede pijler, de aanvullende diensten en voordelen van de ziekenfondsen, is nu al goed voor een omzet van 600 miljoen euro. En de derde pijler, de facultatieve verzekeringen, is goed voor 1,5 miljard euro omzet. We stellen vast dat dokters en ziekenhuizen in feite misbruik maken van die derde pijler en steeds vaker supplementen aanrekenen om tekorten in de eerste pijler aan te vullen. Het is een olievlek waar we voor moeten opletten. Indien hier geen paal en perk aan wordt gesteld, door de sector zelf of door de minister, dan worden hospitalisatieverzekeringen onbetaalbaar en evolueren we naar een dualisering van de gezondheidszorg met goede zorgen voor wie het kan betalen en basiszorgen voor wie het niet kan betalen.”
Roken
Iets waar Luc Van Gorp ook tegen is, is tegen het uitsluiten van bepaalde categorieën van mensen zoals bijvoorbeeld rokers.
Luc Van Gorp: “Roken is niet goed. Eenzijdig eten is niet goed. Te veel alcohol drinken is niet goed. Iedereen weet dat. We moeten proberen om mensen te helpen om gezonder te leven. Maar ik vind niet dat we mensen moeten uitsluiten. Niemand is perfect. We zijn allemaal sterfelijk.”