Omstreden Trump-adviseur Bannon weg uit nationale veiligheidsraad
Hij werd en wordt omschreven als kwade geest in het Witte Huis, influisteraar van extreme plannen. Sinds gisteren zetelt president Trumps topstrateeg Steve Bannon niet langer in de Nationale Veiligheidsraad. Een degradatie? Steve Bannon zetelt niet langer in de Nationale Veiligheidsraad, het orgaan dat de Amerikaanse president adviseert bij de belangrijkste beslissingen inzake defensie en buitenlands beleid. Dat zal in menige Westerse hoofdstad een zucht van opluchting doen klinken. Bannons benoeming in de Veiligheidsraad vloekte met de Washingtonse regel dat politieke adviseurs geen plaats krijgen in beslissende beleidsorganen. Daarbij kwam nog de door hemzelf gecultiveerde reputatie van Bannon, gewezen chef van de ultrarechtse nieuwssite Breitbart. Ook in het Witte Huis ging Bannon verder met zijn provocerende verklaringen - met name tegen hem onwelgevallige media. Bronnen in datzelfde Witte Huis ontkenden gisteren dat Bannon een stap terug moest doen. Zijn vertrek uit de Veiligheidsraad was van het begin gepland, zo klonk het. Hij zat er om de aangewezen nationale veiligheidsadviseur Michael Flynn in de gaten te houden. Maar Flynn moest al in februari ophoepelen na zijn leugens tegen de vicepresident en dus was het toezicht niet meer nodig. Flynn werd als veiligheidsadviseur opgevolgd door de gerespecteerde generaal Herbert Raymond McMaster. Witte-Huis-watchers noemen de verwijdering van Bannon een overwinning van McMaster, die niet opgezet was met diens ideologische inbreng. Bannon zou ook weinig hebben bijgebracht aan het essentiële debat in de Nationale Veiligheidsraad. Maar afgeschreven of uitgespeeld is Trumps hoofdstrateeg daarmee niet, aldus dezelfde bronnen.