DEWITTE & DONCKIER
woordelijk is voor het netwerk en dat vervolgens al dan niet met privé-exploitanten uitbaat. Ofwel organiseert men de concurrentie per verbinding of een cluster van verbindingen. Wie de operator ook wordt, De Lijn dan wel een privémaatschappij, ze zullen allemaal subsidies krijgen omdat niet alle verbindingen even rendabel zijn en er altijd een minimale dienstverlening zal moeten zijn. Voor goed te doen moeten wij de concurrentie aankunnen. We hebben terreinkennis. We weten ook van de privatisering in de Scandinavische landen dat in het begin de kosten dalen, maar dat ze na verloop van tijd opnieuw stijgen. En dat omwille van de heel eenvoudige reden dat er in het begin heel veel privémaatschappijen meedingen, maar dat die na verloop van tijd worden opgekocht door de grotere spelers. Er is minder concurrentie en de kosten gaan opnieuw omhoog.”
Een belangrijk Limburgs dossier is het Spartacusdossier. Er wordt al 12 jaar over gepraat. Het begint op een processie van Echternach te gelijken.
“Ik ben blij dat minister van Mobiliteit Ben Weyts erin is geslaagd om een nieuw akkoord te sluiten met Maastricht en Nederlands-Limburg. De sneltram zal tussen het station van Hasselt en Mosae Forum in Maastricht rijden. Op termijn blijft het de bedoeling dat de verbinding wordt doorgetrokken tot het station van Maastricht, ook in Nederland willen ze dat, eens de Wilhelminabrug daar is vernieuwd. Minister Weyts mikt op 2021, dan zou de eerste sneltram moeten rijden. Ik denk dat dit haalbaar is, ook al moeten we nog een paar problemen oplossen. Zo moet er in Nederland eerst nog een nieuw bestemmingsplan komen nu de sneltram niet doorrijdt tot het station van Maastricht. We moeten ook nog nagaan hoe we de aanbesteding van de werken in de markt zetten. En we moeten nog een akkoord sluiten met Infrabel over de opheffing van een reeks overwegen. De Lijn en Infrabel hadden een akkoord over de verdeling van de kosten. Bij Infrabel zeggen ze nu dat ze andere prioriteiten hebben en ook nog eens minder geld. Minister Weyts is nu in overleg met Infrabel. Een zaak moet nu al duidelijk zijn, wij gaan als De Lijn niet het deel van Infrabel voor onze rekening nemen. Ik weet dat het allemaal lang duurt. Maar procedures vragen veel tijd. Wanneer men dan ook nog eens moet overleggen met het federale niveau en met het Nederlandse niveau, die elk op hun beurt gebonden zijn door procedures, dan duurt het veel langer.”
Hoever staan we met Lijn 2 Hasselt-Maasmechelen?
“We hebben de communicatie met de gemeenten weer opgestart. We bekijken nu hoe we voor een tussenoplossing kunnen zorgen. Er wordt gedacht aan een verbinding met trambussen. Maar trambussen kunnen maximaal 70 km/uur aan en zijn te traag om de snelweg te mogen gebruiken. Trambussen zijn in feite vooral bedoeld voor voorstadnetverbindingen in eigen bedding.”
Dan worden het bussen en durven we nu al voorspellen dat er nooit iets in huis komt van een sneltram tussen Hasselt en Maastricht.
“Het Spartacusplan is één en ondeelbaar. Het is een netwerk met knooppunten en met drie snelle verbindingen als ruggengraat. Dat willen we absoluut realiseren, zonder dat we ons blind staren op welk vervoersmiddel we inzetten. Hoe dan ook hebben sneltrams en light rail een groot capaciteitsvoordeel en het zorgt voor snellere en regelmatigere verbindingen.”
En dan is er nog Lijn 3 HasseltNeerpelt. Dat zou een treinverbinding moeten worden. Maar Infrabel heeft al geen geld om spoorwegovergangen af te sluiten, laat staan om een volledig nieuwe verbinding aan te leggen.
“Net zoals jullie kijk ik uit naar het investeringsplan van Infrabel. Er is hoop. Infrabel mag 1 miljard euro extra lenen voor o.a. de verdere uitbouw van het gewestelijk expresnet rond Brussel. Daarnaast is er ook extra geld voor Vlaamse investeringen. De Vlaamse regering heeft in dat verband eerder een prioriteitenlijst opgesteld en op die lijst staan 11 punten met de Lijn 18 Hasselt-Neerpelt bovenaan. De regering moet nu uitmaken waarvoor ze het extra geld wil inzetten.”
Zou het niet beter zijn mochten de spoorwegen geregionaliseerd worden zodat het hele openbaar vervoer in één hand komt.
“Daar ga ik met niet over uitspreken, dat is een politieke beslissing. De samenwerking met de NMBS is al beter en van mij mag het nog beter worden, zodat de verschillende vervoersmodi goed op elkaar aansluiten. Dat is in het belang van de reizigers.”
Hoe kijkt u naar het mobiliteitsbudget?
Samen met jullie kijk ik met spanning uit naar het investeringsplan van Infrabel
“Hoopvol en verlangend. Het is een belangrijk element om te komen tot meer duurzame mobiliteit, in het bijzonder in onze steden. Het mobiliteitsbudget geeft de mensen de mogelijkheid om doordacht om te gaan met hun mobiliteit. We moeten wel voorkomen dat hier twee debatten worden vermengd. Het debat om te komen tot een betere mobiliteit. En het debat om te komen tot meer nettoloon. Het zijn twee waardevolle debatten die afzonderlijk moeten worden gevoerd.”