“Ik wil het beste van de twee werelden”
Even is Josiane Picard op bezoek bij haar moeder. Een bezoek aan hun favoriete café op de Tongerse Markt mag dan niet ontbreken. “Al dat groen, zeker nu met de lente, al die mooie hoekjes in onze steden, die terrasjes, die gezelligheid, daar kan ik ongelooflijk van genieten”, zegt ze bij haar kop koffie. De noodtoestand die de Egyptische president deze maand heeft afgeroepen na twee terreuraanslagen op Koptische christenen in haar land baart haar geen zorgen. “Dat was onder Moebarak voor de revolutie ook al zo. De meesten in Egypte vinden dat goed. Oké, het idee dat de politie je zonder bewijs kan arresteren, heeft iets angstaanjagend. Maar misschien houdt net dat de echte slechteriken ook wat tegen.” “Als ze het in haar hoofd heeft, heeft ze het nergens anders”, zegt haar moeder. Al liet Josiane Picard - ginder Josy - haar leven én zaak op haar 40ste hier achter en trok naar Egypte. Voor de liefde en dromend van een luilekker, romantisch bestaan onder de Egyptische zon. De liefde bleef, het luilekkere was niets voor deze no-nonsensevrouw. “Het weer, het relaxte, hetlaat-de-boel-maar-waaien in die landen trok me aan. En ik had gezworen dat ik nooit meer een workaholic wilde zijn. Maar ik moet het nu toegeven, in feite ben ik iemand die moét werken. Mijn zoon Nour zegt het ook: Mama? Die is verslaafd aan haar werk.” Zo gebeurt het ook. “In januari 2002 kwam ik toe. In maart had ik al een job in een schoonheidssalon. In mei heb ik daar mijn ontslag gegeven om een eigen zaak te beginnen in de El Maadi-wijk van Caïro, de wijk van de expats. Nu heb ik mijn derde schoonheidssalon opgestart, deze keer in de wijk New Cairo.”
Waarom ging u weg?
“Voor Tarek, mijn man nu. In 2000 had ik voor de eerste keer sinds jaren vakantie genomen. Voor een tour in Egypte. Daar was Tarek onze gids aan de piramiden. Een hele aangename ontmoeting, al was er op dat moment niets tussen ons. Twee maanden later ben ik wel teruggegaan. Voor hem, ja. Dat jaar heb ik ook beslist mijn toenmalige zaak in Borgloon stop te zetten en in Egypte aan mijn tweede leven te beginnen.”
Wat zeiden ze thuis?
“Dat was een bom natuurlijk. Maar als je 40 bent, weet je wat je wil. Ik besefte heel goed dat ik mijn familie er pijn mee deed, maar het is uiteindelijk mijn leven. Kort nadien zijn mijn ouders en mijn zus me komen bezoeken. Dat heeft hen gerustgesteld. Ze zagen dat ik niet in een kelder moest slapen en ook niet op een dromedaris moest zitten.” ( lacht)
Is er een markt voor schoonheidssalons in Egypte?
“Zeker wel. De behoefte aan schoonheidszorg is van alle tijden. Al heb je nauwelijks een middenklasse in Egypte en kunnen de arme mensen het zich niet veroorloven. Maar de rijken, en zeker de nouveaux riches, vinden hun uiterlijk superbelangrijk. Ik heb klanten die nooit zelf hun haar wassen en drie tot vier keer per week naar de kapper gaan. Die zelfs een auto thuis hebben staan om met de hond weg te kunnen rijden. Want anders heeft de andere wagen een geur. Egypte is confronterend. Na vijftien jaar snap ik al die contrasten en tegenstellingen soms nog niet. Hier een kameel en vlak ernaast het nieuwste model Mercedes.”
“Mijn eerste zaak ben ik in een expatwijk begonnen. Buitenlanders in een derdewereldland gaan graag naar andere expats. Dat is nu eenmaal zo. Dat is zo voor een coiffeur en ook zo voor een schoonheidssalon. Het werd mond-tot-mondreclame: ’t Is een Belgische. Dat is een van de redenen waarom ik zo snel ben kunnen groeien. Nu is de helft van mijn cliënteel Egyptisch. Hoofdzakelijk vrouwen, ja. De crisis heeft dat doen veranderen.”
Ik bid niet, ik vast niet. Dat was onze afspraak van in het begin. Mijn man begrijpt dat ik ook mijn achtergrond heb, mijn cultuur. En dat hij die moet respecteren.
Josiane Picard
Hoezo?
“Enkele jaren geleden zakten de olieprijzen enorm. Heel veel expats bij grote oliebedrijven zijn toen vertrokken. De economie draait nog altijd niet goed. Veel toeristen blijven ook weg uit Egypte. Dat is niet goed voor bijvoorbeeld Tarek die zijn brood verdient met toeristen. Daarom heeft hij me nu ook heel erg geholpen bij het opstarten van mijn derde zaak.”
Draagt u een hoofddoek in Egypte?
“Neen. Ik loop daar rond zoals ik nu rondloop. Met blote armen. Maar dat kan omdat het in onze wijk ook zo kan. Tussen westerse mensen. Als ik naar het centrum van Caïro ga, dan zal ik een lange broek aandoen. En iets met lange mouwen. Om me niet bekeken te voelen, om op mijn gemak te zijn. Maar een sjaal? Neen.”
Bent u ooit lastig gevallen als vrouw?
“Neen. Al ben ik geen type dat veel rondloopt. Maar ik ken wel verhalen. Al moet je in Egypte niet zozeer vrezen voor aanrandingen of zo. Het is wel zo dat sommige mannen helemaal coucou gaan bij het zien van een blote arm. Daar leer je als vrouw mee omgaan. Er gebeurt daarom niets slechts, het is meer
een soort spel. Vanuit een soort frustratie bij hen.”
Leg dat eens uit.
“Toen ik toekwam in Egypte, zag je op tv nooit een blote arm. Vijf jaar later was er CNN, samen met al die internationale tv-zenders die ook wel eens westerse films uitzenden. Daar heb je altijd wel eens iets bloots in. Maar de mensen in Egypte hebben geen tijd gekregen om hun ideeën aan te passen, om te evolueren. Als kind op de boerenbuiten in Koninksem kwam een buurvrouw, die geen tv had, thuis wel eens tv kijken. Als er iets naakt op tv te zien was, sprong ze op en spreidde haar armen voor de tv: Jeanne, je laat de kinderen zoiets toch niet zien.”
“Begrijp je? Zo is het bij ons ook ooit geweest. Maar wij hebben daar jaren over gedaan. Bij hen is er een sprong geweest. Er ontbreekt een schakel. Als ze buitenlanders zien, denken ze dat ze wat meer mogen. Omdat ze film en realiteit niet kunnen scheiden.” “
Is uw man een moslim?
“Ja.”
Praktizerend?
“Ja. Maar Tarek aanvaardt dat ik geen moslima ben. Ik bid niet, ik vast niet. Dat was onze afspraak van in het begin. Tarek begrijpt dat een mens niet zomaar kan omschakelen. Dat ik ook mijn achtergrond heb, mijn cultuur. En dat hij die moet respecteren. Net zoals ik de zijne. Hij gaf het voorbeeld van een Hollandse die met een Egyptenaar getrouwd was.
Nu is ze bedekt. Binnen vijf jaar zijn ze gescheiden.” “Als Tarek en Nour op vrijdag naar de moskee gaan, zal ik wel genieten van een lekkere koffie op een terrasje. En als het ramadan is, zal ik niet mee vasten overdag. Ik werk overdag. Dan heb ik wel eens honger. Mijn schoonmoeder, die in Aswan woont, helemaal in het zuiden van Egypte, komt af en toe logeren. Als ze bijvoorbeeld tijdens de ramadan het eten voor ’s avonds voorbereidt, zal ze mij spontaan een hapje aanbieden. Geen probleem. Met de glimlach.”
Spreekt u Arabisch met haar?
“Neen. Ik spreek nauwelijks Arabisch. En zij geen Engels. Maar onze gebarentaal is rijk.” ( lacht)
Blijft u?
“Ik wil het beste van de twee werelden. Mijn inkomen, mijn zaak, ligt ginder. Maar op termijn willen wij ook regelmatiger naar België kunnen komen. Voor de familie, voor mijn moeder. Maar ook voor de latere studies van onze zoon die nu al naar een hele degelijke privéschool gaat waarmee hij later alle richtingen uit kan. Ook in het buitenland.”