Alleen strijders schrijven geschiedenis
Het was genieten, precies een week geleden in Estadio Balaidos. Zowel voor de neutrale voetbalfan als voor de meest fervente Genksupporter. Twee ploegen met lef en een flinke dosis individueel talent maakten er in Vigo een spektakelstuk van met vijf goals en minstens evenveel gemiste kansen. Het resultaat (3-2) houdt voor beide clubs de droom op een historische halve finale levend en vormt bijna de garantie voor een nieuw spektakelstuk.
Daar kan ook een kolkende Luminus Arena toe bijdragen. “Er hing magie in de lucht, hopelijk is dat donderdag ook het geval”, haalden gisteren Pier en Roland Janssen in deze krant herinneringen op aan Waterschei-PSG. 34 jaar geleden daverde voetbalgek Genk al eens op zijn grondvesten en realiseerde de Limburgse underdog de grootste stunt in de geschiedenis van het Belgisch clubvoetbal. Ook in 2017 is de thuisploeg de underdog, maar is de puur kwalitatieve kloof tussen de twee clubs kleiner. De linker van Malinovskyi is net nog iets dodelijker dan die van Roland Janssen en Pozuelo strooit zijn assists op een andere, iets subtielere manier dan de onverwoestbare Pier Janssen. Maar de elf spelers van KRC Genk zullen vooral moeten tonen dat hun strijdershart dat van de elf leeuwen van Waterschei kan evenaren. Colley zal even onverzettelijk moeten verdedigen als Lei Clijsters, de handen van Matt Ryan zullen even bedrijfszeker moeten blijken als de kolenschoppen van Klaus Pudelko op die legendarische woensdagavond.
Het is wat technisch directeur Dimitri de Condé bedoelt met het laatste onontbeerlijke stukje van de nieuwe clubcultuur. Een stukje dat de club de jongste jaren is kwijtgespeeld. Wie graag wint, moet vooral willen winnen. Ten koste van alles. Die onverzettelijkheid moet het Spaanse surplus aan ervaring en leepheid uitvegen. Daar kan, nee moet, de twaalfde man het laatste zetje geven. Voor één keer mag de tophit van boven de Moerdijk komen. Blauw, blauw, blauw. De Luminus Arena als Scene van een onvergetelijke voetbalavond: het zien duurt 90 - desnoods 120 - minuten, de gedachte blijft voor altijd. Want daar heeft de Condé een punt: nog belangrijker dan deze afspraak met de voetbalhistorie, is de impact ervan op korte en lange termijn. Genk is de voorbije weken weer Racing, de beleving moet weer worden zoals in de hoogdagen van de club. Blauw bloed als levenswijze, niet als holle slogan. Daarvoor zal de club ambitie moeten tonen tijdens de volgende mercato. Niet door zwaar in te kopen, maar wel door de huidige kern samen te houden. Een bod dat niet te weigeren valt, bestaat niet voor een gezonde club. Ook dàt is oogsten na enkele jaren van hard werk.
Maar eerst het Iberische varkentje wassen. De clash tussen een team dat dit seizoen zeven van zijn acht Europese thuiswedstrijden won, tegen het team dat zijn laatste drie uitmatchen met een 0-2-zege afsloot.
Komt dat zien! Het ticket had je al wel vooraf moeten gekocht hebben.
Voor één keer mag de tophit van boven de Moerdijk komen. Blauw, blauw, blauw. De Luminus Arena als Scene van een onvergetelijke voetbalavond: het zien duurt 90 - desnoods 120 - minuten, de gedachte blijft voor altijd