Ook de koers heeft zijn G5
Quick Step, Movistar, BMC, Sky en Orica winnen drie keer zo veel WorldTourkoersen als 13 ‘kleintjes’
Wielrennen is net als voetbal: de grote ploegen met de grote budgetten laten alleen kruimels over voor de rest. Quick Step Floors, Movistar, BMC, Orica-Scott en Team Sky hebben onder elkaar nu 41 WorldTour-koersen gewonnen. Bijna drie keer zoveel als de dertien andere teams samen.
Budgetten zijn niet openbaar in het wielrennen, maar ga er gerust van uit dat de bovengenoemde ‘G5’ ook in de financiële ranking bovenaan staat. De Franse krant L’Equipe schatte het budget van Sky vorig jaar op 35 miljoen euro, daarachter volgden BMC (28 miljoen), Etixx Quick Step (18 miljoen) en Movistar (15 miljoen euro). “Sky en Movistar zijn de grootste merken binnen de wielersponsoring”, zegt Wim Lagae, docent sportmarketing aan de KU Leuven. “Tegenover die grote sponsors staan Quick Step, BMC en Orica-Scott, de drie teams die met Zdenek Bakala, Andy Rihs en Gerry Ryan een suikeroom met wielerhart hebben. Wie het enkel met klassieke sponsors moet doen heeft het moeilijk.”
Twee snelheden
Resultaat is dat het wielrennen een sport op twee snelheden is geworden. Manager Richard Plugge van Lotto NL-Jumbo schetst de verhoudingen met de G5 zo: “Alle renners in de voorjaarsploeg van Quick Step Floors zouden bij ons kopman zijn. Hetzelfde geldt voor de Tour-ploeg van Team Sky. De voorbije jaren is die kloof steeds groter geworden.”
Na het opwindende voorjaar is competitief evenwicht in het wielrennen niet echt een thema, maar dat wordt het wel als Team Sky straks andermaal de Tour versmacht. “In het voetbal spelen steeds dezelfde acht ploegen de kwartfinales van de Champions League. In de Formule 1 kan je op basis van budgetten aardig voorspellen wie het kampioenschap zal binnenhalen. Daar moet het wielrennen echt niet naar toe”, aldus Plugge.
In de koers bestaan momenteel geen mechanismen die de competitie in balans houden. Er zijn geen tv-gelden die ook de kleintjes wat slagkracht geven, geen draftingsysteem zoals in de NBA dat de mindere teams toegang geeft tot de beste talenten in de sport. Econoom Lagae: “Er bestaat geen centrale pot in het wielrennen waaruit de kleintjes kunnen meedelen. Al wordt met een sector-initiatief als Velon wel een stap in die richting gezet. De Hammer Series doorbreekt de heersende logica van eigen team eerst. Teams zetten zelf een competitie op waarvan de inkomsten worden verdeeld.”