Nederland met de handen in het haar na mislukte formatie
DEN HAAG - In Nederland vragen politieke partijen en kranten zich af hoe het nu verder moet na de mislukking van de formatiepoging van formateur Edith Schippers (VVD) maandagavond. Na twee maanden onderhandelen is het terug naar af in Den Haag. Schippers bezorgde de voorzitter van de Tweede Kamer gisteren een kort verslagje waarin ze aanbeveelt een nieuwe informateur aan te wijzen voor een tweede verkenningsronde. Ze geeft niet aan in welke richting daarbij moet gekeken worden, en laat ook in het midden of ze het misschien zelf nog eens opnieuw wil proberen.
Migratie
Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de mislukte formatie. Daarbij zal formateur Schippers wellicht lastige vragen te beantwoorden krijgen. Schippers had immers tijdens het weekend de onderhandelaars van de vier betrokken partijen – de rechts-liberale VVD, het christendemocratische CDA, het links-liberale D66 en GroenLinks – opgedragen om maandag knopen door te hakken, en toen liep het al fout bij het eerste punt dat op tafel kwam: migratie. De standpunten van met name GroenLinks waren niet verzoenbaar met die van de drie andere partners. De andere zware brokken, het klimaat en de inkomensherverdeling, kwamen niet eens aan bod. Sommigen vragen zich dan ook af wat de onderhandelaars twee maanden lang hebben uitgevoerd, om dan maandag vast te stellen dat ze het niet eens konden worden.
ChristenUnie
Hoe het nu verder moet, is niet meteen duidelijk. De sociaaldemocraten van de PvdA, die bij de verkiezingen bijna van de kaart werden geveegd, sloten meteen regeringsdeelname uit. De linksere SP wil wel in een regering, maar niet met de VVD van Mark Rutte. Geert Wilders van de PVV wil graag mee regeren, maar is voor alle anderen onaanvaardbaar. De enige partij die dan nog in aanmerking komt om GroenLinks te vervangen als regeringspartner is de conservatieve ChristenUnie, maar dat ligt moeilijk bij het progressieve D66. Bovendien zou die coalitie met 76 op 150 zetels maar één zetel op overschot hebben in zowel de Tweede als de Eerste Kamer, een situatie die niet werkbaar geacht wordt.