“Hier had meer ingezeten”
Het was D-day voor Ben Hermans. Hij had de ploeg duidelijk gemaakt dat hij de rit van Firenze naar Bagno di Romagna met stip had aangeduid. En hij hield woord... “Ploegmaat“Ploeg Manuel Senn kent de streek streek goed en wist dat het parcoursparcou me als gegoten zou liggen. liggen. Ik trok dus met flink wat ambitieambiti naar de start, in de hoop dat dat ik ik de ontsnapping van de dag zou zou halen.ha Achteraan in het peloton is is het het evene lastig als vooraan in de koers. koers. Het lukte net. Op een paar kilometerkilome van de top van de eerste beklimmingbeklim reed een grote groep weg. weg. Ik zag het gebeuren en was op op datd moment de enige BMC’er die die nog in het peloton zat. Ik sprongsp als een van de laatsten mee,m samen met Kangert. Dat bleekbl de goede move.” “Jammer“J genoeg zaten er wat veelvee mannen uit de top 15 van hethet kla klassement in de kopgroep. Cataldo,Catald Amador en ook Kangert zorgdenzorgde ervoor dat het peloton ons niet heel ver liet lopen. Bovendien strooide een lekke band op de laatste beklimming roet in het eten. Ik wachtte op een minder steil stuk om te wisselen, maar net toen begonnen ze vooraan door te trekken. Eenmaal terug aangesloten, bleef ik bewust ver achteraan in het groepje om de kat uit de boom te kijken. Ik schoot wel naar voor toen Rolland, Costa en De Plus wegreden. Maar liefst 500 Watt had ik toen op de teller staan, om het verschil te verkleinen en tegelijkertijd iedereen achter mij dood te pitsen. Enfin, dat dacht ik toch... Even later komt daar Fraile langs me doorgeschoten, die vlot weg demarreert, de kloof dicht en later ook de sprint magistraal afwerkt. Tja, niets aan te doen. Hij is een man van rotdagen en superdagen. Nu was het dus super... ““Toch bleef ik erin geloven tot het einde. In de afdaling kwamen we opnieuw aansluiten bij de achtervolgers en vanaf toen stemde ik mijn koers af op de snelle Visconti, in de hoop om het gat met de koplopers nog te verkleinen. Het lukte ei zo na. Er zat nog wat kracht in de benen, want in de sprint reden we de rest van het achtervolgende groepje nog op drie seconden. Alleen Visconti bleef me dus voor. Ach ja, een zesde plaats... Als je kan meestrijden voor de prijzen is dat altijd goed, maar toch overheerst ontgoocheling want hier had meer ingezeten.”
Ben