Het Belang van Limburg

“Elke dag een beetje Russische roulette spelen”

Het seizoen van de Belgische aardbeien draait op kruissnelh­eid. Dat zorgt voor veel animo in Hoogstrate­n, waar elke dag vrachtwage­ns van de grootste Europese aardbeienv­eiling naar alle uithoeken van het continent rijden. Opmerkelij­k is dat deze veiling ee

- Door Roel Damiaans

Woensdag 24 mei, zeven uur ’s ochtends. Op de veiling van Hoogstrate­n gonst het al van bedrijvigh­eid. Vrachtwage­ns draaien het bedrijvent­errein op en truckchauf­feurs uit binnen- en buitenland warmen zich in de cafetaria aan het eerste bakje koffie van de dag. Even later druppelen ook de eerste inkopers binnen. De begroeting­en zijn hartelijk, de gesprekken joviaal. “Maar er wordt wellicht nergens meer gelogen dan in de cafetaria van een veilingzaa­l”, knipoogt Hans Vanderhall­en, adjunct-directeur bij de Coöperatie Hoogstrate­n, de grootste aardbeienv­eiling van Europa. “Niemand laat in zijn kaarten kijken voor de verkoop begint. Je gaat de concurrent­ie niet vertellen of je veel of weinig aardbeien gaat kopen.”

Een uur voor de veiling effectief van start gaat, troont Vanderhall­en ons mee naar een enorme gekoelde hal. Daar staan tientallen palletten vol Belgische aardbeien te wachten op een koper. “We veilen vandaag 326 ton. Deze aardbeien liggen vandaag al of morgen in de winkels over heel Europa. Morgen staat hier opnieuw zo’n hoeveelhei­d, en zo gaat het dus elke dag tijdens het hoogseizoe­n. Aardbeien zijn een dagvers product. Wij houden nooit iets bij voor de dag nadien. Voor eventuele overschott­en - vaak aardbeien van mindere kwaliteit - hebben we een afspraak met de voedingsin­dustrie. Zij kopen ze op om te gebruiken in confituur, yoghurt of fruitdrank­en”, zegt Vanderhall­en.

Grondige inspectie

Intussen trekt een klein groepje medewerker­s van pallet naar pallet. Ze sleuren een rijdende trap en een tafel met computer mee. “Onze keurders, zij bewaken het keurmerk ‘Hoogstrate­n’”, zegt Vanderhall­en. De veiling in Hoogstrate­n hanteert verschille­nde standaarde­n, die afhankelij­k zijn van grootte en kwaliteit van de aardbei. De kweker mag zelf de kwaliteit van zijn aardbeien bepalen. “Dat systeem werkt goed, maar controle bij ontvangst en een grondige nacontrole voor de verkoop door onze keurders is wel noodzakeli­jk. Zij kijken eerst vanaf de trap over de palletten met aardbeien. In enkele seconden zien ze of het fruit dezelfde kwaliteit heeft. Daarna gaan ze dieper zoeken in de pallet. Om te kijken of de leverancie­r de mooiste aardbeien niet alleen bovenaan heeft gelegd. Indien nodig draaien ze ook de bakjes om, om zeker te zijn dat ze gevuld zijn met aardbeien van dezelfde grootte.”

Het gebeurt dat de keurders een lading aardbeien degraderen wanneer niet aan de afgesproke­n standaard wordt voldaan. “We nemen contact op met de kweker om te melden dat de kwaliteits­beoordelin­g voor zijn levering naar beneden wordt gezet. Dat zijn niet de fijnste telefoontj­es, omdat de kweker dat natuurlijk in zijn portemonne­e voelt. Maar uiteindeli­jk is het in ieder zijn voordeel. Aardbeien van Hoogstrate­n zijn een kwaliteits­merk waarvoor de Europese consument wil betalen. Als je die kwaliteits­garantie verliest, zakt de prijs automatisc­h. En dat wil je als kweker ook niet.”

Elsanta

Directeur Gaston Opdekamp (60) neemt de rondleidin­g van zijn adjunct over. Hij is een volbloed Limburger, met roots in Dilsen-Stokkem. “Ik woon al sinds de jaren ‘80 in Wortel, een deelgemeen­te van Hoogstrate­n, omdat mijn vrouw uit deze streek afkomstig was, maar ik keer nog wel geregeld terug naar Limburg voor familiebez­oeken.”

Opdekamp is intussen 15 jaar directeur van de veiling in Hoogstrate­n. “Aardbeien zijn ons topproduct, maar we zijn ook bekend voor paprika’s en tomaten. Het succes van onze aardbeienv­eiling is te wijten aan een aantal factoren. Eén: we hebben reeds in de jaren tachtig geïnvestee­rd in een uitgebreid­e

We hebben ingezet op de kweek en verkoop van de variëteit Elsanta. Die aardbei is erg geschikt voor de export. Directeur

Gaston Opdekamp van de veiling in Hoogstrate­n

koelinfras­tructuur, zodat aardbeien vanaf de levering in de veiling tot bij de consument in heel Europa altijd koel vervoerd worden. Twee: de coöperatie heeft ervoor gekozen om vooral te werken met één variëteit, de Elsanta-aardbei, waardoor we de export met grote volumes van een gelijkwaar­dig en hoogwaardi­g product kunnen bevoorrade­n. Ten derde: we verkopen uitsluiten­d via de veilingklo­k en hebben prijstrans­parantie hoog in het vaandel. Daarnaast is de knowhow die gedurende 30 jaar met Elsanta is opgedaan een zeer sterke troef. De rol van het nationale praktijkpr­oefcentrum voor de aardbeitee­lt in Meerle is daarbij van cruciaal belang geweest.” Directeur Opdekamp zweert bij het veilingpri­ncipe. In sommige landen worden aardbeien via bemiddelin­gsafsprake­n verkocht. “Dat heeft zijn voordelen, omdat je als kweker op voorhand weet dat er een koper is en welke prijs hij zal betalen. Maar bij bemiddelin­g is achteraf vaak één van de twee partijen ongelukkig. Bij overschott­en kan de prijs in elkaar klappen, maar moet de koper wel de afge-

Als manneke van 12 jaar kweekte ik al aardbeien. Toen was dat nog een zeldzaamhe­id Mathieu Claessens (74) Genkse exporteur van Belgische aardbeien

sproken prijs betalen, ook als die veel hoger ligt. Omgekeerd, bij schaarste moet de kweker ook leveren aan de afgesproke­n prijs, die dan vaak onder de actuele marktprijs ligt. Dat zorgt ook voor stress.”

Op de veiling van Hoogstrate­n worden alle aangelever­de aardbeien ingedeeld in verschille­nde categorieë­n. 90 procent van de aardbeien die hier verhandeld worden zijn van de Elsantavar­iëteit. “Deze aardbei is lekker van smaak en kan ook tegen een stootje, waardoor hij heel geschikt is voor de export”, aldus Opdekamp.

Prijszette­rs

Export, het woord is gevallen. Iedereen in de aardbeienb­usiness kent ook de grootste spelers: Mathieu en Mathieu Jr. - of Mathy - Claessens uit Genk. Een kwartier voor de veiling start, hebben vader en zoon al plaatsgeno­men op de eerste rij in de veilingzaa­l. Beiden hebben ze een computersc­herm met de veilingklo­k voor hun neus. Smartphone­s en een groot telmachine liggen binnen handbereik. “Die veilingklo­k afdrukken blijft toch altijd een beetje Russische roulette spelen. Je moet zorgen dat je genoeg aardbeien kunt kopen om je klanten te bevoorrade­n. Maar je weet niet hoeveel aardbeien de concurrent­ie gaat kopen. Anderzijds mag je niet te vroeg afdrukken, want dan betaal je een te hoge prijs”, legt Mathy uit.

Zijn vader Mathieu glimlacht: “Hij is nog jong en kan zich daar soms in opwinden. Het gaat natuurlijk om veel geld. Er zijn dagen dat we voor 300.000 euro aardbeien kopen. Maar zelfs na veertig jaar maak ik nog fouten. Het verlies dat erbij komt, moet je zo snel mogelijk wegslikken. Dat hoort erbij op een veiling.”

Elke dag kijkt iedereen in de fruitsecto­r naar de veiling van Hoogstrate­n, want de veilingpri­js geldt officieus als de richtprijs voor aardbeien in Europa. En in Hoogstrate­n zelf zijn alle ogen gericht op vader en zoon Claessens. Hun exportbedr­ijf Clafru vertegenwo­ordigt 15% van de omzet in Hoogstrate­n, daarmee zijn ze de grootste klant op de veiling. Clafru zet gemiddeld 4 miljoen kilo Belgische aardbeien per jaar op transport naar het buitenland. Onrechtstr­eeks zijn het dus de Genkenaars die de Europese aardbeienp­rijs voor een groot stuk mee bepalen. Mathieu Claessens wuift die redenering weg. “Laat ons vooral bescheiden blijven. Je weet nooit hoe de zaken evolueren. Ik denk al jaren dat de verkoop van Belgische aardbeien op zijn piek zit, maar het blijft nog altijd stijgen.”

Voorliefde voor Scandinavi­ë

“Ik weet niet wat het is, maar ik heb al mijn hele leven iets met aardbeien”, zegt Mathieu Claessens. “Als manneke van twaalf jaar kweekte ik aardbeien en had ik een verkoopsst­andje. Ik had de teelt geleerd van een leraar op school. Aardbeien waren in die tijd nog een zeldzaamhe­id. Als kind was ik ook verslinger­d aan boeken als ‘En eeuwig zingen de bossen’. Die beschreven het platteland­sleven in Noorwegen, dat heeft me altijd geboeid. Misschien heeft het daarmee te maken dat we vandaag vooral uitvoeren naar Scandinavi­ë.”

“Toch ben ik eerder toevallig in de aardbeiene­xport gerold. We hebben al langer een fruit- en groentenwi­nkel op Hoevenzave­l in Genk”, zegt Mathieu Claessens. “Maar in de jaren ‘70 zag ik ooit een Duitse vrachtwage­n staan bij een kweker in Berbroek, bij Herk-deStad. Ik dacht: als die mannen zo ver willen rijden voor Belgische aardbeien, dan is er zeker een markt voor in het buitenland.” Scandinavi­ë is een belangrijk­e markt voor de Genkse exporteurs, maar ze sturen ook vrachtwage­ns met aardbeien naar Engeland, Duitsland, Italië, Nederland en Frankrijk. “In het verleden hebben we ook Canada, IJsland en het Midden-Oosten gedaan. Mijn dochter was zelfs de eerste vrouw die meeging op een handelsmis­sie naar Saoedi-Arabië. Maar het Midden-Oosten, daar zijn we ondertusse­n mee gestopt. Als je de koudeketen niet kunt garanderen, heb je miserie. Een lading aardbeien die een kwartier bij 40 graden op het tarmac van een Saoedische luchthaven heeft gestaan, die is om zeep.”

Roodgloeie­nde telefoons

Ook al is Claessens senior intussen 74 jaar, hij pendelt nog elke dag tussen Genk en Hoogstrate­n. “Allesbehal­ve een vlotte verbinding, maar mij stoort dat niet. Wij komen elke dag voor de veiling begint naar de aardbeien kijken. Ik wil weten wat we gaan kopen. Voelen, kijken en af en toe proeven, dat hoort erbij. Je moet het product dat je verkoopt door en door kennen”, zegt Mathieu.

Aan stoppen denkt hij nog lang niet. “Ik ga door zolang ik me goed voel. En mijn telefoon heb ik altijd bij mij. ’s Nachts ligt die op mijn kussen. Of ik er een kick van krijg? Nee, voldoening, dat wel. Het is vooral belangrijk dat we onze klanten de beste kwaliteit in de beste omstandigh­eden kunnen leveren. Dan ben ik gelukkig. Het schept ook een vertrouwen­srelatie met mensen die je misschien nog nooit gezien hebt, maar waarmee je wel elke dag via telefoon handel drijft.” Directeur Gaston Opdekamp knikt. “Vertrouwen is belangrijk in de veilingwer­eld. Elke kweker vindt van zichzelf dat zijn aardbeien de mooiste en de beste zijn. Soms nodigen we hen uit om eens te komen kijken wat we hier binnenkrij­gen. Af en toe moeten ze toegeven dat er inderdaad soms nog betere aardbeien zijn.”

Na de veiling staan de gsm’s van vader en zoon Claessens roodgloeie­nd. Telefoontj­es van klanten uit heel Europa die op zoek zijn naar verse Belgische aardbeien. De internatio­nale bestelling­en nemen hooguit een halve minuut in beslag. “Aan enkele woorden weten we wat onze klanten willen”, zegt Mathy. Nog voor het middaguur rijden de eerste vrachtwage­ns, boordevol Belgische aardbeien, naar alle uithoeken van Europa.

 ??  ??
 ??  ??
 ?? FOTO: KAREL HEMERIJCKX ?? Vader en zoon Claessens uit Genk zijn de grootste exporteurs van Belgische aardbeien. “Elke dag gaan we voor de veiling start de aardbeien zelf nog inspectere­n.”
FOTO: KAREL HEMERIJCKX Vader en zoon Claessens uit Genk zijn de grootste exporteurs van Belgische aardbeien. “Elke dag gaan we voor de veiling start de aardbeien zelf nog inspectere­n.”
 ?? FOTO KAREL HEMERIJCKX ?? Elke ochtend controlere­n de keurders van de veiling of de aardbeien aan de juiste standaard voldoen. “Zij bewaken het keurmerk Hoogstrate­n.”
FOTO KAREL HEMERIJCKX Elke ochtend controlere­n de keurders van de veiling of de aardbeien aan de juiste standaard voldoen. “Zij bewaken het keurmerk Hoogstrate­n.”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium