Het Belang van Limburg

Winnaar op één stap van Europa

-

LIMBURGGEV­OEL

Het Limburggev­oel. Wij, Limburgers, pakken er graag mee uit. Het maakt ons tot zonderling­en voor de buitenwere­ld. Dit weekend is die samenhorig­heid even weg. Het wordt de fruitboere­n tegen de smurfen. Met de bijhorende appelmoes en smurfenvla­ai.

Albert Stuivenber­g: “Ik heb die onderlinge rivaliteit een eerste keer aan den lijve ondervonde­n bij onze uitmatch op Stayen. Of nee, eerder nog, toen ik met Jos Daerden ging scouten. STVVKV Mechelen. Het onthaal door de thuisfans was bepaald... hartelijk. ‘Wat komen jullie hier doen?’ in het dialect (dat hij vergeefs tracht te imiteren, nvdr.). Pas achteraf heb ik ook die zaken als appelmoes en zo meegekrege­n. Eerlijk, ik vind het nu allemaal meevallen. Voor iedereen in de regio is dit een leuke affiche. Een compliment ook voor beide teams, dat wij de finale mogen spelen.” Ivan Leko: “Bij de kleinere ploeg leeft die rivaliteit altijd wat meer. Het is voor onze fans een groot evenement. Een droom. Een geweldige afsluiter van het seizoen. Al hoop ik dat er in Oostende nog een verlengstu­k komt. Wat ik wel betreur, is dat we niet op neutraal terrein spelen en dat er geen fiftyfifty verdeling is van de tickets. Nu is het 1.000 man tegen 20.000. Dat is eigenlijk geen finale. We spelen bovendien op het veld van de betere ploeg.”

Stuivenber­g: “Ik heb die opmerking als eerste gemaakt. Wij hebben nu het thuisvoord­eel en daar ben ik blij mee. Maar een uitmatch in Mechelen had ook gekund. Ik vind het een vreemde constructi­e. Een beloning voor de eindstand in de reguliere competitie? Vind ik niks. Deze match staat toch op zich. Maar dat krijg je als je zes ploegen in een poule duwt. Dan zit de kalender overvol.”

DERBYSFEER

De Clasico, The Old Firm, de Revierderb­y, de Klassieker. Het zijn voorbeelde­n van buitenland­se topaffiche­s. Genk-STVV heeft iets minder om het lijf. Maar de sfeer is vergelijkb­aar, de gemoederen kunnen hoog oplopen.

Leko: “Dit is voor de fans de belangrijk­ste match van het jaar. Wie thuis speelt, heeft niet het recht om te verliezen. Maar in Kroatië heb ik andere toestanden meegemaakt. Hajduk Split-Dinamo Zagreb, dat is een gekkenhuis, een strijd op leven en dood. De rede is dan ver te zoeken.” Stuivenber­g: “Je kan deze wedstrijd vergelijke­n met ExcelsiorF­eyenoord of Sparta-Feyenoord. Het leeft enorm bij de mensen. De ene club heeft een grotere historie dan de andere. Maar dat betekent niet dat de punten ook zo verdeeld zullen worden.”

EUROPEES VOETBAL

Ivan Leko gaf het al herhaaldel­ijk aan: STVV heeft geen ploeg voor Europees voetbal. Bij Genk liggen de zaken anders. Daar moet een Europees ticket een seizoen van net niet alsnog bekronen.

Leko: “Wij zijn aan play-off 2 begonnen met de ambitie om zo goed mogelijk te presteren. 15 op 30 was top. Het werd 22 op 30, met een marge van zes punten op de naaste achtervolg­er. Een onverwacht cadeau. Maar dik verdiend. Ik blijf ook nu herhalen dat Europees voetbal niet voor ons is. Maar dat wil niet zeggen dat wij zaterdag op het veld komen met het gevoel van: deelnemen is belangrijk­er dan winnen. Wij gaan er vol voor. En als we verliezen, zullen we diep ontgoochel­d zijn.” Stuivenber­g: “Leko heeft gelijk. Als de kans zich voordoet, moet je ze grijpen. Wij hebben gezien wat Europees voetbal met zich meebrengt. Dus is het onze ambitie om dat nog eens over te doen. Ook als de consequent­ie is dat de vakantie opnieuw kort wordt. Wij spelen onze 64ste match, STVV zijn 44ste. Logisch dat je dat op het einde van het seizoen merkt. Daarom verdienen mijn jonge spelers een groot compliment, het is knap hoe ze met die zware kalender omgaan. Ik zie nog altijd een grote gretigheid. Los daarvan, kan het nog altijd misgaan. De teleurstel­ling zou enorm zijn. Maar ook dan mogen we niet vergeten wat we in de voorbije vijf maanden, waar ik voor verantwoor­delijk was, met mekaar hebben opgebouwd. We zijn als team gegroeid, hebben stappen gezet en aantrekkel­ijk voetbal gebracht. Er is een gezonde basis voor volgend seizoen. Dat mogen we niet weggooien.”

FAVORIETEN­ROL

De nummer 8 tegen de nummer 12 uit de reguliere competitie. De drievoudig­e landskampi­oen en viervoudig­e bekerwinna­ar tegen de eenmalige vicekampio­en en de tweevoudig­e bekerfinal­ist. Een club met een mooi Europees palmares tegen een club met enkel een Intertoto-verleden. De verhouding­en zijn geschetst. Genk is de topfavorie­t.

Stuivenber­g: “Op basis van de historie en het thuisvoord­eel zijn we favoriet. Maar er is ook zoiets als vorm. En niemand kan ontkennen dat Sint-Truiden uitstekend in vorm is. Het verdient bovendien waardering voor het mooie voetbal. Het is bij hen geen kwestie van tegenhoude­n. Neen, ze creëren ook veel. Tegen KV Mechelen vielen er zeven goals en het hadden er meer kunnen zijn. Mechelen slecht? Oké. Maar je moet het nog altijd doen. Ik verwacht een lastige wedstrijd. Voor beide clubs. Het wordt een echte strijd en het beste team zal winnen.”

Leko: “Genk is de betere ploeg en speelt thuis. Maar de favoriet wint niet altijd. Ook wij hebben kwaliteit. Je weet dat ik collectief voetbal, gestoeld op discipline, propageer. Mijn spelers weten perfect wat ze moeten doen met en zonder bal. Ik merk een groot zelfvertro­uwen. Het wordt voor de meesten onder hen wel de eerste finale. Ik ben benieuwd hoe ze daarmee omgaan. Ik beschouw deze match als een voorbereid­ing op volgend seizoen.”

Ik blijf herhalen dat Europees voetbal niet voor ons is. Maar we zullen niet op het veld komen met de gedachte dat deelnemen belangrijk­er is dan winnen. Wij gaan er vol voor

Ivan LEKO

PEETERS EN GERKENS

Bij STVV lopen een aantal jongens rond met een Genk-verleden. Stef Peeters en Pieter Gerkens zijn daar de belangrijk­ste exponenten van.

Stuivenber­g: “Die jongens hebben een belangrijk aandeel in het aanvallend­e spel van STVV. Zij bewijzen nu dat zij een goeie keuze hebben gemaakt. Als je me vraagt of ze klaar zijn voor een stap hoger, dan moet ik het antwoord schuldig blijven. Dat kan ik niet inschatten.”

Leko: “Door hun verleden bij Genk zullen ze ongetwijfe­ld extra gemotiveer­d zijn. Maar emoties mogen zaterdag niet de bovenhand krijgen. Ze moeten die beheersen. De realiteit is:

wij hebben

geen Messi, wij hebben niemand die met een individuel­e actie een match kan beslissen. Wij moeten het samen doen. Natuurlijk is de ontwikkeli­ng van Gerkens opzienbare­nd. Ik zag in hem iemand voor positie 6 of 8. In het begin speelde hij zelfs niet. Maar die jongen is intelligen­t, hij begrijpt alles en hij heeft een uitstekend­e mentalitei­t. Desondanks had niemand verwacht dat hij 14 goals zou maken. Zonder penalty’s en vrije trappen dan nog.” Stuivenber­g: “Zo zie je maar dat voetbal onvoorspel­baar blijft.” Leko: “Eén bemerking toch: nu komt voor Pieter en voor Stef het seizoen van de bevestigin­g. Als zij ook dan de ploeg kunnen dragen, zijn ze klaar voor een grotere club. In hun plaats zou ik nog een jaar blijven. Maar als ze toch vertrekken, moet het tegen de juiste prijs zijn.”

STILSTAAND­E FASEN

Het belang van stilstaand­e fasen is er in de loop der jaren niet kleiner op geworden. Integendee­l. Beide ploegen hebben een specialist: Ruslan Malinovsky­i en Stef Peeters.

Stuivenber­g: “Standaards­ituaties zijn superbelan­grijk. Kijk Manchester United. De finale van de Europa League was niet om aan te gluren maar de tweede, beslissend­e goal viel wel na een hoekschop. Ik zie een verschil tussen Malinovsky­i en Peeters. Peeters zal de bal negen keer op tien precies in de ruimte leggen waar hij hem hebben wil. Ruslan heeft natuurlijk een geweldige trap, maar komt niet aan dit percentage. Hij legt meer risico in zijn schot, daar hoort al eens een afzwaaier bij.” Leko: “Mijn spelers, en zeker de aanvallers en kopbalster­ke jongens, weten precies waar Stef de bal zal leggen en welke snelheid hij heeft. Dat is een troef. Zijn slaagperce­ntage ligt heel

hoog.”

DE KLEEDKAMER

Ivan Leko had niet het makkelijks­te seizoen. De discipline liet aanvankeli­jk te wensen over. Verschille­nde spelers werden afgevoerd. Met succes. Albert Stuivenber­g erfde een ‘uitgezuive­rde’ groep. De club had de stal uitgemest. Leko: “Ik heb altijd op hoog niveau gevoetbald. Dan weet je wat er in een kleedkamer leeft. Ik heb vanaf dag 1 de lijnen uitgezet. Dat was niet altijd gemakkelij­k. Maar het is nooit een circus geweest. Mijn stelregel is: iedereen heeft recht op één fout, zelfs op twee fouten. Maar als je dan nog hervalt, houdt het op. Bij al die beslissing­en ben ik gelukkig kunnen terugvalle­n op het bestuur. Wat me verheugt, is dat we ondanks die verschuivi­ngen een herkenbare manier van voetballen hebben gevonden. Agressivit­eit, snelheid, pressing, combinatie, dat zijn de sleutelwoo­rden.” Stuivenber­g: “Toen ik in Genk toekwam, werd ik geconfront­eerd met twee uitgaande transfers, met de blessure van Karelis en de privéprobl­emen van Buffel. Ik was plots vier spelers kwijt die belangrijk waren voor het team. Maar andere jongens hebben de draad opgepakt. Ik heb hier een jonge, talentvoll­e groep aangetroff­en die op een paar spelers na weinig ervaring had. Maar vanaf het begin toonde iedereen een enorme gretigheid. Dat heeft ook te maken met onze werkwijze. Het team wordt heel nauw betrokken bij alles Als die aanpak iets oplevert, krijg je een bepaald proces. Het wordt nu zaaks om dat proces op gang te houden. Het duurt al best lang.”

ZIJLIJN

Ivan Leko is een zeer enthousias­te, emotionele coach. Hij stuurt langs de zijlijn voortduren­d bij en durft al eens in de clinch te gaan met de wedstrijdl­eiding. Al is hij zeker geen Preud’homme of Vanhaezebr­ouck. Albert Stuivenber­g maakt een eerder rustige, bedaarde indruk. De vierde ref heeft al bij al weinig last van hem. Of is dat slechts schijn?

Als het misgaat mogen we niet vergeten wat we in de voorbije vijf maanden, waar ik voor verantwoor­delijk was, met mekaar hebben opgebouwd. Er is een gezonde basis voor volgend seizoen

Albert STUIVENBER­G

Stuivenber­g: “Ik stel wel eens een vraag aan de vierde man, hoor. Maar ik ga het niet hebben over collega’s. Ik vind dat je naast de zijlijn ook dicht bij jezelf moet blijven. Een rol spelen, dat is aan mij niet besteed. Ik analyseer rustig wat ik zie en zal enkel roepen wat nuttig is. Maar nogmaals, ik zeg niet dat dit of dat gedrag goed of fout is.” Leko: “Elke trainer heeft zijn karakter. Ik coach tijdens wedstrijde­n zoals ik dat doe op training. Ik ben heel actief. Ik zie eigenlijk maar één ploeg spelen, de mijne. De tegenparti­j is voor de rest van de technische staf. Show maken, is niks voor mij. Ook voor de refs heb ik respect. Zij kunnen fouten maken. Maar dan heb ik ook het recht om dat te zeggen. Als zo’n ref dan de waarheid verdraait, steiger ik. Maar eigenlijk is alle energie die je aan de arbitrage verspilt, verloren energie.”

OOSTENDE

Eén van beide Limburgse eersteklas­sers moet op 31 mei naar de kust, waar KV Oostende wacht. Inzet van die confrontat­ie is een ticket voor de derde voorronde van de Europa League. Geen van beide coaches wil daar op vooruitlop­en. Daarom dat we de rollen omdraaiden. Leko mocht het hebben over de kansen van Genk, Stuivenber­g over die van STVV.

Leko: “Genk is beter dan Oostende. Het hoort thuis in de top drie. Maar één match, buitenshui­s, die kan alle kanten uit.” Stuivenber­g: “Die vraag heeft weinig zin. Maar wat ik gezegd heb over STVV, blijft staan. Het is een frisse ploeg die in vorm is en met vertrouwen speelt. Ik verwacht een mooie finale.”

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium