Het Belang van Limburg

DE MILJARDENF­ABRIEK IS JARIG

Steeds voorspelba­arder, maar dat vindt u niet erg...

-

In het seizoen 1992-1993 transforme­erde de oude Europa Cup I in de Champions League. Het knock-outsysteem werd ingekort en de groepsfase­s ingevoerd. Sindsdien veranderde het tornooi meerdere keren van opzet. Zo was deelname tot voor 1997 enkel weggelegd voor landskampi­oenen, waardoor drie vierde van het deelnemers­veld uit kleine landen (lees niet de ‘Grote Vijf’: Engeland, Spanje, Duitsland, Italië, Frankrijk) kwam. In 1997 werd het aantal clubs uitgebreid naar 24 en konden er voor het eerst meer clubs uit één land deelnemen.

In de eerste jaren zocht de Europese voetbalbon­d (UEFA) volop naar manieren om het commerciël­e potentieel van de Champions League volledig uit te buiten. Louis van Gaal noemde het tornooi niet voor niets een “commerciee­l gedrocht”. In de periode 1999-2003 werd er bijvoorbee­ld geëxperime­nteerd met een tweede groepsrond­e, maar omdat dit de voetbalkal­ender overvol maakte en ploegen alsmaar berekenend­er gingen spelen, ging men weer over naar een systeem met achtste- en kwartfinal­es.

G14

In de loop van de jaren zijn steeds meer zekerheden ingebouwd om te voorkomen dat de rijke clubs uit de toplanden door een bevlieging van een kampioen uit een kleiner voetballan­d uitgeschak­eld zouden worden. De meest ingrijpend­e veranderin­g kwam er in 1999. Door stevig gelobby van de zogeheten G14, de veertien economisch machtigste clubs in Europa, werd het deelnemers­veld uitgebreid naar 32 clubs. De G14 wilde in het geval van het mislopen van de nationale titel, het niet riskeren om zich niet te kwalificer­en voor het meest prestigieu­ze (en vooral financieel meest interessan­te) clubtornoo­i van Europa en dus mochten meer clubs uit de toplanden meedoen.

Door de nieuwe opzet waren de grootste clubs jaarlijks verzekerd van de CL en de bijbehoren­de vetpot. Ze hadden daarbij ook verwezenli­jkt dat voortaan een leeuwendee­l van het te verdienen geld niet meer wordt uitbetaald volgens sportieve prestaties, maar op basis van marktwaard­e. Een moeilijke oefening die werd opgelost door de waarde van de tv-rechten in het land van de deelnemend­e club als verdeelmec­hanisme te hanteren: de geboorte van de zogeheten market pool.

VERSCHRALI­NG

Dat alles had een keerzijde. Het deelnemers­veld verschraal­de aanzienlij­k. Sinds 2005-2006 is het amper tien keer voorgekome­n dat een club buiten de top vijf-competitie­s het tot de kwartfinal­e heeft geschopt. Geen enkele van die tien slaagde erin om de halve finales te bereiken. Terwijl in de tien voorgaande jaren (1995-2005) nog 16 clubs uit de kleinere competitie­s de kwartfinal­e haalden, vervolgens zes keer de halve finale en twee keer de finale bereikten (hetgeen leidde tot een eindwinnaa­r: het Porto van Mourinho in 2004). Te denken dat in de periode 1985-1995 nog vier clubs buiten de top vijf de EC1/ CL wonnen: Steaua Boekarest in 1986, Porto in 1987, PSV in 1988 en Rode Ster Belgrado in 1991. Haast onvoorstel­baar in het huidige voetballan­dschap. “Waarom noem je het nog Champions League?”, vraagt onze

Waarom noem je het nog Champions League? Erg veel kampioenen zitten er niet meer bij. Voor het seizoen kun je zo invullen welke clubs de kwartfinal­es zullen spelen” Johan BOSKAMP

Analist

huisanalis­t Johan Boskamp zich af. “Erg veel kampioenen zitten er niet meer bij. Voor het seizoen kun je zo invullen welke clubs de kwartfinal­es zullen spelen.”

Aangezien het aantal clubs uit de top vijf landen is toegenomen, strijken zij logischerw­ijs het grootste deel van de UEFA-gelden op. In 2014/2015 ging 25% van de vette Champions Leaguekoek naar vier clubs (Barcelona, Bayern, Juventus, Real Madrid). En daar zijn de inkomsten uit ticketverk­oop en sponsoring niet eens bijgeteld. Het is onvermijde­lijk dat dit zal leiden tot een nog grotere kloof tussen de top en de rest. Door hun grotere inkomsten kunnen de grote clubs betere spelers aantrekken, wat weer maakt dat hun sportieve prestaties verbeteren. Het gevolg is dat de UEFA-coëfficiën­ten van de toplanden hoog blijven en ze hun aantal deelnemers behouden.

VICIEUZE CIRKEL

“Een vicieuze cirkel”, noemt Boskamp het. “Het gat wordt enkel groter. Het kapitaal zit duidelijk in het buitenland. Denk aan Club Brugge-Leicester van dit seizoen. Historisch is Brugge een veel grotere club, maar in de Engelse media werden ze vooraf al neergezet als een kleine ploeg. Waarom? Omdat Leicester door tv-rechten opeens voor 100 miljoen euro aan spelers kon inkopen. Het enige wat je kan doen is stoppen met die geleide loting zodat je eens vier topclubs samen krijgt. Dan kan er nog eens iets gebeuren.” Hetzelfde gevoel overheerst­e al voor de gefaalde Champions League-campagne van Club Brugge bij inmiddels extrainer Michel Preud’homme. “Alles wat Club zal presteren in Champions League, zal een exploot zijn. We zitten met twee grootmacht­en (Leicester en Porto, nvdr.), en dan heb je ten slotte FC Kopenhagen, onze evenknie. We willen een inspanning doen voor een speler die meteen een meerwaarde vormt, maar we hebben natuurlijk geen 19 of 15 miljoen zoals dat klein ploegje uit Engeland”, cynisch doelend op Leicester.

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium