“Hier gaat het leven écht voor op het werk”
Dertig jaar lang werkte hij in de reiswereld in België. Dat smaakte naar meer van de wereld. Eerder reisde Opglabbekenaar Theo Maesen ons eigen land al een beetje rond. Van Opglabbeek naar Brussel, dan naar Antwerpen en Lier om uiteindelijk het land te verlaten voor Catalonië. Daar baat hij nu samen met zijn vrouw Myriam al vier jaar een B&B uit in Prenafeta, vlakbij Montblanc, in de provincie Tarragona. “We wilden naar het buitenland. Niet omdat we in België niet gelukkig waren, maar na zovele landen bezocht te hebben, wilden we ook gewoon leven buiten België.” Of ze nu naar Catalonië verhuisd waren, of pakweg naar Brazilië of Sri Lanka, dat maakte voor Theo Maesen en zijn vrouw niet uit. Ze wilden simpelweg van het leven buiten België proeven. Ze waren gelukkig in ons land, maar wilden ook elders eens van het geluk proeven. Waarom kiest iemand in de reiswereld, die al zoveel verschillende landen heeft gezien, dan juist voor die ene specifieke regio in Spanje?
Theo: “Omdat we binnen Europa wilden blijven. Onze twee oudste dochters en mijn schoonmoeder verhuisden niet mee. Vanuit het toerisme wist ik dat Spanje nog de meeste groeimogelijkheden heeft. Catalonië is de sterkst groeiende regio van het land. Ook is het hier aangenaam wonen en spreekt de levensstijl ons erg aan. Catalanen zijn enorm energiek, ze willen vooruit. Er is heel veel vernieuwing en creativiteit. Dat maakt de omgeving leuk om er te wonen.”
De keuze voor Catalonië is u dan goed bevallen?
“Toen we hier toekwamen, waren we meteen aangenaam verrast. Door de manier waarop we hier ontvangen werden, hoe onze dochter Lise werd opgevangen op school... We hebben er bewust voor gekozen om haar naar een Catalaanse school te sturen. Ze kreeg meteen een buddy die haar hielp met de taal. Ook mengden we onszelf tussen de mensen, tussen de Catalanen. Als je je wilt integreren in een bepaalde streek, dan moet je ook dingen doen. En dat hebben we zo veel mogelijk gedaan.”
In Catalonië zijn er drie officiële talen. Spreken jullie die ook allemaal?
“De meesten spreken hier Spaans en Catalaans. Het Aranees wordt enkel gesproken in een vallei in het Noorden, dat hoor je verder niet. Onder elkaar spreken we gewoon Nederlands. Maar als we buiten komen, spreken we met de ene Spaans en met de andere Catalaans. Een taal leren in Spanje is wel heel moeilijk. Zelf spreken de Catalanen enkel hun eigen taal. Daardoor snappen ze ook niet hoe moeilijk het voor ons is om een nieuwe taal te leren. Catalaans heb ik geleerd in het Spaans. Dat is dus niet evident. Daarnaast heeft het, net zoals in België, zijn eigen dialecten. Dat maak het er ook niet makkelijker op.”
Hoe zijn Catalanen in de omgang?
“Mensen in het zuiden van Spanje noemen Catalanen gesloten. Vanuit ons standpunt zijn ze net heel open. Als we uitgenodigd worden op een feestje, of we zitten op een terrasje met mensen die we nog nooit gezien hebben, dan weet je binnen het uur hoeveel ze verdienen, op welke politieke partij ze stemmen, of ze voor dictator Franco waren of ertegen, welke medische ingrepen ze hebben ondergaan… Eigenlijk doen ze meteen hun hele leven uit de doeken.”
Dus aangename mensen om mee samen te leven?
“Absoluut. Soms vragen mensen mij wat het verschil is tussen het leven in België en hier in Catalonië. Wel, Belgen zeggen wel altijd dat het leven voorgaat op het werken, maar ze gedragen zich daar niet echt naar. Hier gaat het leven écht voor. Het werk komt nadien. Als ik bijvoorbeeld in mijn tuin aan het werken ben en de buurman komt een babbeltje slaan, dan leg ik meteen mijn werk in de tuin neer. Dan doe ik een flesje wijn open en gaan we wat babbelen. Dat kan drie, vier of zeven uur zijn. Het werk in de tuin blijft dan liggen en dat is niet erg. In België was dat omgekeerd. Daar maakte ik eerst mijn tuin in orde en dan pas ging ik kijken of mijn buurman thuis was.”
Zijn er nog zo’n verschillen?
“Dit is een gemeenschap met veel tradities en gewoontes. Een gewoonte die ik hier heel mooi vind, is dat de hele familie altijd meedoet met alles. Als iemand bijvoorbeeld een barbecue houdt, dan is de hele familie erbij. Van het oudste omaatje tot de nonkels waar niemand mee overweg kan. Het verenigingsleven is ook heel anders. In België voelde ik mij binnen een vereniging een beetje in een cocon. In de sportclub zat ik bijvoorbeeld enkel bij mannen van mijn leeftijd. Terwijl hier alle soorten mensen van alle verschillende leeftijden bij elkaar zitten. Dat vind ik knap.”
De Catalaanse onafhankelijkheidskwesti e leeft hier. In onze streek zijn de meeste mensen ervoor gewonnen. Als ik aan zo’n voorstander zeg dat wij uit Vlaanderen in België komen, reageren ze meteen: ‘O, dan begrijpen jullie wel hoe wij ons voelen.’
Theo Maesen
Bij Catalanen denken we ook aan hun onafhankelijkheidsdrang. Hoe ervaart u dat? Merkt u daar veel van?
“Ja. Wij zitten op het platteland en dat is iets wat hier heel erg leeft. Aan het gemeentehuis hangt bijvoorbeeld de vlag van de onafhankelijkheid. Als je met mensen
praat, merk je ook meteen of ze voor of tegen de onafhankelijkheid zijn. Hier in het zuiden van de deelstaat is de meerderheid ervoor. Als ik aan zo’n voorstander zeg dat wij uit Vlaanderen in België komen, reageren ze meteen: O, dan begrijpen jullie wel hoe wij ons voelen. Dat doe ik ook deels. Je zit natuurlijk met verschillende entiteiten die zich erkend willen voelen.” “Persoonlijk vind ik dat het vooral een emotionele kwestie is. Ook zijn de Catalanen volgens mij helemaal nog niet klaar voor onafhankelijkheid. Als ik voor een regering zou moeten stemmen, doe ik dat op basis van realisaties. Van wat ze verwezenlijkt heeft. Hier is helemaal nog niets gerealiseerd. Ik heb het eens met een Catalaan gehad over het prijskaartje van die onafhankelijkheid en vroeg hem of hij de extra kosten ervoor over had. Maar daarover hebben ze hier helemaal nog niet nagedacht.”
Kan u overigens goed leven van uw B&B?
“Momenteel draaien we breakeven. Alles wat we binnen krijgen, geven we ook uit. Om in Spanje rond te komen met een B&B, moet je jobs erbij doen. Zo gids ik soms toeristen in een wijnhuis of spring ik bij in een restaurant.”
Mist u België?
“Neen. Totaal niet. Ik mis mijn dochters en de rest van mijn familie en vrienden. Maar België zelf niet.”
Dan bent u ook niet van plan om nog terug komen?
“Dat zeker wel! We zijn destijds vertrokken zonder termijn. We leggen onszelf regelmatig de vraag voor: Voelen we ons hier nog gelukkig? Momenteel is het antwoord daarop nog volmondig ja. We hadden het geluk al gevonden in België, maar hier zijn we dat ook. Maar als er zich een bepaalde mogelijkheid voordoet, of als er bijvoorbeeld kleinkinderen komen, zijn we zeker van plan om terug te keren.”