Vijf voor twaalf
Het is een hallucinant cijfer. Uit een studie van het Planbureau blijkt dat alle Belgische werknemers, ambtenaren en zelfstandigen voor 1.557 miljard euro aan pensioenrechten hebben opgebouwd. Voor de volledigheid dient vermeld dat het gaat over cijfers uit 2015. Sindsdien is het bedrag uiteraard nog gestegen. De pensioenschuld bedraagt maar liefst 379 procent van het Belgische bruto binnenlands product, met andere woorden: bijna vier keer het bedrag van alle door ons land geproduceerde goederen en diensten in één jaar. Zoveel moet ons nooddruftige koninkrijk dus de komende decennia betalen aan zijn gepensioneerden.
Het Planbureau nuanceert de cijfers. Ze geven geen uitzicht op de betaalbaarheid van de pensioenen. De houdbaarheid van ons pensioenstelsel is immers afhankelijk van de bijdragen die worden betaald. Toch is er allerminst reden tot optimisme. Uit een berekening van het kabinet van minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine (MR), geciteerd door De Tijd, blijkt dat ons land dit jaar een recordaantal van 3,4 miljoen pensioenen uitkeert. Met andere woorden: ruim één op de vijf Belgen geniet vandaag van een pensioen. Die 3,4 miljoen pensioenen geven weliswaar niet helemaal het aantal gepensioneerden weer, omdat gepensioneerden met een dubbele loopbaan meerdere keren in de statistieken voorkomen, maar het blijft een hallucinant cijfer.
Dit jaar geeft ons land 44 miljard euro uit aan pensioenen, een stijging met maar liefst 20 procent in vijf jaar, anderhalf miljard per jaar. Op termijn is die situatie onhoudbaar. De pensioenen worden immers betaald door de mensen die werken en bijdragen betalen. Vandaag zijn er voor elke gepensioneerde amper twee werkenden. Steeds meer pensioenen worden dus betaald door steeds minder werkenden. Door de stijgende kosten van de vergrijzing is er bovendien steeds minder geld over om te investeren.
Om de pensioenen ook de komende decennia betaalbaar te houden, zijn doortastende maatregelen nodig. En snel, er is geen tijd voor geruzie over futiliteiten. De regering heeft een eerste stap gezet met de verhoging van de pensioenleeftijd, maar wat is daarvan de zin als bedrijven hun oudere werknemers tegen betaling laten thuis zitten? Ook het ambtenarenpensioen komt steeds meer in het visier. Goed voor 19 procent van de gepensioneerden gaan ambtenaren aan de haal met 35 procent van het budget. Dat druist in tegen ons rechtvaardigheidsgevoel. Verhoog de pensioenen van loontrekkenden en zelfstandigen, is dan de logische redenering, maar ook voor ons koninkrijk, dat zijn welvaart al grotendeels op de poef heeft gekocht, geldt de regel dat men een euro geen twee keer kan uitgeven.
Dit jaar geeft ons land 44 miljard euro uit aan pensioenen, een stijging met maar liefst 20 procent in vijf jaar of anderhalf miljard euro per jaar. Op termijn is die situatie onhoudbaar