“Ik hou van folklore in de duivensport”
Fiel Haldermans wist dat hij rond acht uur een vroege duif moest klokken. Even na acht arriveerde een duivin die… vijf minuten nodig had om de spoetnik te vinden. “Thieuke Bussers had de tijd in het oog gehouden. Ik heb van alles geprobeerd om ze over de antenne te krijgen, niks hielp”, kan Fiel er na zijn zege uit Agen toch om lachen. “Die duivin doet alles wat haar vader niet doet”, zegt hij. “Ze had zich gekoppeld met een andere duivin. Opeens waren er vier eieren. Ik heb haar voor de inkorving een jong onder gestoken.” Fiel klokte zeven duiven op Agen. “Zes daarvan stammen uit mijn oude duiven”, pronkt de Maaslander. “Mijn duiven moeten zwaar weer hebben. Bij 1.000 meter of minder vliegen ze hard. Vorig jaar stond ik 105de en 145ste nationaal geklasseerd op Barcelona. Nu heb ik er eentje voor de vijfde keer mee. Daarna mag hij met pensioen. Vorig jaar eindigde ik steevast in de top tien provinciaal, maar een zege zat er toen niet in. In 2016 eindigde ik ook zesde nationaal halve fond en eerste bij de Limburgse Fondmarathon. Ik ben nochtans geen kampioenschapsspeler”, geeft Fiel toe. “Ik loer graag lang naar de duiven. Samen met een paar vrienden of familie bij een biertje, een glaasje wijn en een stuk pizza. Ik hou van de folklore in de duivensport.” Half november biedt de man uit de Stokkemse Boyen een deel van zijn vliegers te koop aan via Pitts. “Ik wil geen grote kolonie. Ik had er zeventien mee op Agen en dat is al veel voor mijn doen. Mijn vier eerst getekenden staan allemaal op het resultaat. Hier telt alleen de zware fond. Ik leer mijn jonge duiven pas op in augustus. Daarna vliegen ze twee tot vier keer Chimay. Het jaar nadien moeten ze zich bewijzen.”