Het Belang van Limburg

De ouders van Jan Jambon “De politiek is te hard

-

Met politiek hebben Rik (86) en Mart Jambon (88) allebei niets. Maar de Vlaamse ideologie kreeg Jan Jambon, N-VA-politicus en minister van Binnenland­se Zaken, als het ware met de paplepel ingegeven. “Op 11 juli hangen we de Vlaamse vlag buiten, daar gaat niets boven”, zegt Mart. “Maar we vinden dat de politiek veel te hard is voor onze Jan. In het begin van zijn carrière hebben we hem gezegd: ‘Jan, daar zijt gij veel te gevoelig voor. De politiek, da’s niks voor u.’ Maar ik heb m’n woorden teruggetro­kken. Nu vinden we hem heel goed in wat hij doet én in wat hij zegt.” Het woord komt vaak terug als Rik en Mart Jambon aan het woord zijn. Gelukkig met elkaar, en met hun zes kinderen, twaalf kleinkinde­ren en sinds vorig jaar eerste achterklei­nkind. Mart stelt ze blinkend van trots allemaal aan ons voor, aan de hand van foto’s aan de muur, en met gepersonal­iseerde glasonderl­eggers. “Een cadeautje van Jan, heel zijn gezin staat erop”, zegt Mart. “Hij is vorig jaar zelf grootvader geworden, van ons Felixje. Hij is er zo mee begaan, echt een heel goede opa.” “Maar ook wij zijn heel trots natuurlijk”, vult Rik aan. “Het is ons eerste achterklei­nkind. Zo wordt de hoop altijd maar groter. De kleinkinde­ren beginnen nu ook aan te klampen hé.”

Jan is de oudste van zes. Heeft hij daardoor al jong verantwoor­delijkheid moeten nemen?

Mart: “Zeker. En dat deed hij ook. Hij stond altijd klaar om te helpen, dat moest ook wel. Het was hier vaak Janneke, doe dit eens, Janneke, haal dat eens op. Jan heeft daar nooit moeilijk over gedaan.”

Rik: “Onze kinderen kwamen dan ook kort na mekaar. Onze tweede was juist een jaar jonger.”

Mart: “Jan was altijd heel bezorgd over de andere kinderen. En ook later nog, tijdens hun studies. Die bezorgdhei­d had hij ook voor ons. Nu nog steeds. Maar we zien hem niet hé, behalve op tv dan. Hij is een week geleden nog eens hier geweest, en ik moet zeggen: hij is echt heel bekommerd. Als er iets is, hangt hij meteen aan de lijn.” Rik: “Jan is ook peter van onze jongste zoon, Koen. Jan is maar tien jaar ouder dan Koen, maar we hebben hem toch als peter gekozen. Ook over zijn petekind was hij altijd al erg bezorgd, zeker toen Koen een ongeval had aan de schoolpoor­t. “Na deze auto mag je oversteken”, zei de leraar. Maar Koen had natuurlijk alleen “oversteken” gehoord.”

Mart: “Zoals Koen daar op straat lag, het was juist een hondje. Bruin jasje, bruin floeren broekske, en dan zo ineengedok­en. Hij is meteen naar het ziekenhuis gebracht. Pas na drie kwartier kwamen ze zeggen dat hij nog leefde. Kan u zich dat voorstelle­n?”

Rik: “Ze voegden er ook aan toe dat we gerust mochten zijn, want dat hij bediend was. Ons jongste zoontje. Nu is het een hele kerel.” Mart: “Hij woont nu in Brugge. Al onze jongens wonen ver, de meisjes niet. Peter woont in Bossut, dat is dertien kilometer onder Leuven. Hij is onze Waal (lacht). Bert woont in Steenhuffe­l, en dan de oudste is Jan Jambon, die in Brasschaat woont.”

Was Jan al vroeg geïnteress­eerd in politiek?

Mart: “Hij had als kind al wel interesse in de Vlaamse beweging. Ik ook trouwens. Mijn vader, die hier nog een tijdje gewoond heeft, was ook een echte Vlaming en een oud-strijder. Jan heeft het van hem geërfd denk ik.

Rik: “Jan ging als student al naar de IJzerbedev­aart, om te betogen. In die tijd hebben ze hem hier in Genk ook al gevraagd om op een lijst te staan, maar dat zag hij door zijn studies niet zitten. Hij was ook actief als praeses bij zijn studentenv­ereniging en hij was hoofdleide­r bij de Chiro. Daar stak hij veel tijd in.”

Mart: “Voor de Chiro moest hij het straat maar oversteken en hij was er. Hij zat soms vaker daar dan thuis.”

Wat deden jullie voor de kost?

Rik: “Ik ben leraar Wiskunde geweest op het Sint-Jan Berchmansc­ollege in Genk. Onze zonen zijn daar ook naar school gegaan. Aan sommigen van hen heb ik ook lesgegeven, maar niet aan onze Jan.”

Mart: “Ik heb gewerkt als verpleegku­ndige, maar ik ben gestopt toen we trouwden. Dat moest toen, maar daarna mochten we wel teruggaan. Dat heb ik nooit gedaan, want tegen dan had Jambonke al goed zijn best gedaan en hadden we twee kinderen op twee jaar tijd. De kindjes gingen voor hé, en daarna is Riks moeder hier nog ingetrokke­n. Mijn vader heeft hier ook nog gewoond, toen moest ik voor negen man zorgen. Maar onze kinderen zeggen nu nog dat ze blij zijn dat ze geen ‘sleutelkin­deren’ geweest zijn. Daarmee bedoelen ze dat er iemand thuis was als ze van school kwamen.”

Lukt het nu soms nog om heel de familie samen te krijgen?

Rik: “Dat is heel moeilijk.” Mart: “Met de feestdagen komen ze allemaal naar hier. En eind okGelukkig. tober, begin november houden we een familiewee­kend. Het ene jaar gaan we naar hier, het andere jaar naar daar. Jan houdt dat ook vrij, maar het gebeurt wel dat ze hem wegroepen. Dan krijgt hij een berichtje en moet hij vertrekken. Maar daarna komt hij altijd wel terug.”

Wordt er dan ook over politiek gepraat met Jan?

Mart: “Dan herken je hem niet. Dan is hij (tikt met een vinger tegen haar voorhoofd) … uitgelaten. En altijd met de kinderen bezig. Hé vake?”

Rik: “Soms is hij zelfs aan het dansen, en een pintje aan het drinken. Of aan het zingen, dat doet hij ook heel graag. En hij kan het goed ook. De politiek is dan heel ver weg.”

Mart: “Gelukkig maar. Jan is een echte kindervrie­nd. Dan vragen ze: ‘Nonkel Jan, tover nog eens.’ En dan neemt hij zijn glas en gaat hij daar met zijn vinger over, tot het een zingend geluid maakt.” Rik: “Ook in zijn eigen kinderen heeft hij altijd veel interesse getoond. Nu zijn ze al wat ouder, maar ze spreken nog altijd een moment af in het weekend om eens samen te eten.”

Mart: “Jan mag ook blij zijn met z’n vrouwke. Ze staat helemaal aan zijn kant, ook op politiek vlak, en is heel goed voor de kinderen. En ze ziet er nog heel goed

uit ook. Een echt poppeke.”

Zijn jullie het soms oneens met hem?

Mart: Nee. We vinden hem juist heel goed in wat hij doet, in wat hij zegt. Twee jaar geleden zei hij bijvoorbee­ld al dat vingerafdr­ukken heel belangrijk zijn in de strijd tegen terrorisme. Maar dat werd afgedaan als ‘zever’. Nu zegt iedereen: vingerafdr­ukken, dringend! En zo zijn er nog een paar dingen. Maar we vinden de politiek wel te hard voor hem.”

Is het ook te tijdrovend?

Rik: “Dat ook, ja. Maar niet altijd. Na de aanslagen in Brussel was het heel erg. Hij was daarmee

 ?? BELBACHIR
FOTO BOUMEDIENE ?? Mart en Rik Jambon. “Wij hebben hier een keuken, een grote living, een bureau, en boven vijf slaapkamer­s. Wat zouden wij toch op zo’n klein appartemen­tje moeten doen?”
BELBACHIR FOTO BOUMEDIENE Mart en Rik Jambon. “Wij hebben hier een keuken, een grote living, een bureau, en boven vijf slaapkamer­s. Wat zouden wij toch op zo’n klein appartemen­tje moeten doen?”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium