Een besparing van 30 miljoen per jaar
Op vraag van de krant heeft professor economie en beleidsmanagement Lode Vereeck (UHasselt) de financiële impact van de afschaffing van de Senaat en de voorgestelde afslanking van Kamer en Vlaams Parlement berekend. Die bedraagt 30 miljoen euro per jaar: Een Kamerlid of Vlaams Parlementslid krijgt een bruto basisvergoeding van 87.790 euro. Daar komen nog 6.730 euro vakantiegeld en een forfaitaire vergoeding voor beroepskosten van 24.580 euro bij. Dat geeft een totaal van 119.100 euro op jaarbasis. Daarnaast heeft elke verkozene een parlementaire medewerker die bruto 59.800 euro op jaarbasis kost. Daarnaast zijn er ook fractiemedewerkers: één per vijf verkozenen. Omgerekend heeft elke verkozene dus recht op 1/5de fractiemedewerker (kostprijs: 15.000 euro/jaar/verkozene).
“Een verkozene plus zijn omkadering kost de belastingbetaler circa dus 193.900 euro per jaar aan vergoedingen. Als we het met 94 verkozenen minder zouden doen, betekent dit een besparing van 18,2 miljoen euro per jaar of 91 miljoen euro voor een legislatuur van vijf jaar”, zegt Vereeck. “Let wel: dat is niet de totaalkost, want de kost voor gebouwen en kantoren zit hier niet in. Minder volksvertegenwoordigers impliceert immers dat je minder ruimte nodig hebt.”
Senaat
Stel dat men ook nog eens de Senaat afschaft, een vraag die al meermaals is gesteld? “De Senaat kost 47,7 miljoen euro per jaar. Ruim de helft van die kosten gaat naar lonen van statutair personeel. Dat kan je niet zomaar schrappen”, zegt Vereeck. “Enkel tien gecoöpteerde Senatoren moeten worden vergoed, samen goed voor 600.000 euro per jaar.
Tel daarbij de vergoedingen voor de functies in de Senaat (400.000 euro) en de vergoedingen voor fractiemedewerkers (10,8 miljoen euro per jaar) en de besparing bij afschaffing bedraagt 11,8 miljoen euro per jaar of 59 miljoen euro voor een legislatuur van vijf jaar.”