Fiscale duw in de rug voor logistieke sector in Limburg
Minister Kris Peeters: “Lagere huur voor opslagruimten dankzij soepeler btw-regeling”
BRUSSEL - De btw-regeling voor logistieke bedrijven wordt versoepeld zodat de huurprijzen van opslagruimten kunnen zakken tot het niveau van onze buurlanden. Dat is een nieuwe maatregel die CD&V-vicepremier Kris Peeters in het groot zomerakkoord heeft laten opnemen.
Er raken steeds meer details bekend over het zomerakkoord dat de regering-Michel deze week heeft bereikt. Eén daarvan is de versoepeling van de btw-regelgeving voor de logistieke sector, die in Vlaanderen 150.000 en in Limburg 15.000 mensen te werk stelt. In Nederland zijn die regels makkelijker waardoor de huurprijzen er doorgaans ook lager liggen. “Voor Limburg is dit een belangrijke maatregel. Denk maar aan de ontwikkeling van de Fordsite die sterk gaat focussen op logistiek. Ik hoop dat deze stimulans zich zal vertalen in investeringen en nieuwe jobs”, zegt minister van Werk Kris Peeters.
BRUSSEL - De btw-regeling voor logistieke bedrijven wordt versoepeld, zodat de huurprijzen kunnen zakken en het concurrentienadeel ten opzichte van onze buurlanden wordt weggewerkt. Dat is één van de maatregelen in het zomerakkoord van de federale regering die minister van Werk Kris Peeters (CD&V) heeft binnengehaald. “Voor Limburg is dit erg belangrijk, omdat die regio zware logistieke concurrentie ondervindt van Nederland. Denk maar aan de ontwikkeling van de Fordsite die sterk gaat focussen op logistiek. Ik hoop dat deze stimulans zich zal vertalen in investeringen en nieuwe jobs”, zegt Peeters.
Na enkele weken hard onderhandelen stelde de regering-Michel woensdag haar groot zomerakkoord voor, waarin meerderheidspartijen N-VA, CD&V, Open Vld en MR een compromis bereikten over de begroting 2018 en een hele rist fiscale en socio-economische maatregelen.
Een beslissing die tot nog toe niet werd gecommuniceerd is de versoepeling van de btw-regelgeving voor de logistieke sector. Die stelt in Vlaanderen 150.000 mensen te werk. In Limburg is logistiek een absolute speerpuntsector waarin 15.000 mensen werken. Het soortelijk gewicht van deze sector zal de komende maanden en jaren in Limburg alleen maar toenemen, met de ontwikkeling van de Fordsite tot een groot logistiek park.
Concurrentienadeel
Op enkele specifieke uitzonderingen na wordt de verhuur van onroerende goederen in ons land vrijgesteld van btw. In de logistieke sector leidt dit al te vaak tot problemen: de verhuurder kan de btw op de oprichtings- of aankoopkosten van zijn te verhuren gebouw(en) niet recupereren waardoor die btw-kosten zich opstapelen en hij die enkel als onderdeel van de huurprijs aan de huurder kan doorrekenen. In Nederland is dat niet het geval, waardoor de huurprijzen van dit soort opslagruimten er lager liggen en ons land dus concurrentieel nadeel ondervindt. In de e-commerce bijvoorbeeld zijn heel wat nieuwe distributiecentra niet voor niets in de buurt van Venlo ingeplant.
Om dat nadelige effect te temperen voorzien de Europese en Belgische btw-wetgeving enkele specifieke uitzonderingen. Het probleem is dat de btw-administratie een zeer strikte invulling aan die uitzondering heeft gegeven: wie bergruimten voor de opslag van goederen verhuurt, wordt wél onderworpen aan btw. De voorwaarden zijn ook streng: het moet gaan om afzonderlijke gebouwen, en die gebouwen mogen voor niet meer dan 10 procent worden gebruikt voor andere doeleinden dan het opslaan van goederen, zoals kantoorruimte, vergaderlokalen, kantine, sanitair, enz. Er mag ook geen maatschappelijke zetel worden gevestigd.
Versoepeling
Om dit concurrentieel nadeel weg te werken heeft minister van Werk Kris Peeters een versoepeling van de btw-regelgeving in het zomerakkoord laten opnemen.
➜ De 10%-regel wordt nu vervangen door een ‘hoofdzakelijkheidstoets’: voortaan moet maar de helft van een gebouw voor opslag dienen om onder het btw-stelsel te vallen.
➜ Om het gedeelte opslag van het gebouw te bepalen, wordt geen rekening meer gehouden met oppervlaktes buiten het gebouw, zoals parkings, opritten, onverhard terrein, enzovoort.
➜ Ook de aanverwante ruimten die specifiek toebehoren aan de opslagruimte worden meegenomen om het gedeelte opslag te bepalen. Het gaat dan om sanitaire ruimtes, kantine, sociale ruimtes, enz. die door het personeel worden gebruikt.
➜ Een bijkomstig gebruik van het gebouw voor andere doeleinden dan opslag (verkoop, administratie, maatschappelijke zetel, enz) leidt er niet meer toe dat de btw-regeling niet meer van toepassing is.
“Goed voor Limburg”
Volgens de regering-Michel is dit voorstel verenigbaar met de btwrichtlijn en de rechtspraak van het Europees Hof. Het voorstel zou ook niet leiden tot een budgettaire kost omdat er met de nieuwe regels andere btw-technieken gaan spelen.
“De strenge interpretatie van de btw-regeling voor logistieke bedrijven zorgt vandaag nog altijd voor een concurrentieel nadeel ten opzichte van de buurlanden. Dat pakken we nu met het zomerakkoord aan, waardoor bedrijven van hier en bedrijven die zich in ons land vestigen dat nadeel zien verdwijnen”, zegt Kris Peeters. “Zeker voor streken die aan onze buurlanden grenzen kan dit een belangrijke stimulans zijn die hopelijk vertaald wordt in groei en nieuwe jobs. Ik denk dan aan Limburg, dat traditioneel logistieke concurrentie ondervindt van Nederland. Zeker in het kader van de ontwikkeling van de Fordsite in Genk, die sterk focust op logistiek, kan deze maatregel erg belangrijk zijn.”