“Tijdelijk gehuwd met Virga Jesse”
Gilbert Govaerts ontwerpt al acht edities wagens
Zeven jaar was Gilbert Govaerts toen hij de eerste keer meestapte in de ommegang. Zevenenzeventig is hij nu en dit wordt zijn laatste editie. Zegt de ontwerper van alle wagens van de Virga Jesse, de drijvende kracht achter een handvol rotten en al jarenlang (mét eeuwige sigaar) vaste waarde in het Virga Jessecomité. Tijd om te stoppen, vindt de Hasselaar. Zoals hij dat ook vorige keer overtuigd meldde. “En veertien jaar geleden...”, lacht Govaerts, ongetwijfeld opnieuw één van de mannen achter de feesten van 2024. “Mijn vrouw zegt altijd dat ik tijdelijk getrouwd ben met de Virga Jesse.” “Ik was een jonge page, die eerste keer in 1947. Met de groep van Runkst, toen de betere coté van Hasselt. Wij waren de hoofdstad, Hasselt was de voorstad”, grinnikt Gilbert Govaerts. Met deze editie van de Virga Jessefeesten heeft de 77jarige Hasseltse architect intussen acht keer mee de schouders gezet onder de ommegangen. “Dat is eigenlijk toevallig begonnen. De vrouw van de huisarts was in die tijd Guido en Annemarie samen (het koppel dat instaat voor de ommegangen, als voorzitter en regisseur, nvdr). Zij zorgde voor de inhoud, de regie, de praktische regelingen,... Maar ze zocht nog een wagen waarop het kindje Jezus kon komen. De deken wist dat ik nogal handig was en tipte mij aan haar. Dat was mijn eerste wagen: we hebben een boomstam genomen en daarin werd kindje Jezus gezet.”
Heel modern voor die tijd. “Zoals de wagen met de deksels van platenspelers die ze hier bij de Philips maakten. Voor de groep van Maria Lichtmis. Zoiets hadden ze ook nog nooit gezien. Die eerste keer heb ik aan een wagen of zes gewerkt, vandaag zijn ze al jaren allemaal van mijn hand. Ik mag er al mijn creativiteit op loslaten, een voorbeeld heb ik nooit gehad.”
Draaien
Wel opvallend: sinds die allereerste keer heeft Govaerts nooit meer een ommegang van de VJfeesten gezien. Behalve hier en daar een hoek en een kantje. “Ik ben er bij als de wagens hier aan de loods vertrekken en blijf staan tot ze veilig terug zijn. Onderweg probeer ik wel even een overzicht mee te pikken, op een plek waar ze iets moeilijker kunnen draaien. Dan zie ik meteen ook of het goed lukt.”
Lekstok
Dit wordt de laatste keer dat hij de wagens heeft ontworpen, klinkt Gilbert. Of dat ook zo zal zijn, laten we in het midden. Een favoriet in die ‘laatste’? “Ja, de lekstok. De groep van Kerstmis. Telkens probeer ik iets nieuws toe te voegen. Vorige keer was dat muziek, nu is het verlichting. Met die staven en cirkels op de wagen lijkt het in mijn ogen op een lolly. Ik wilde vooral de toeschouwers duidelijk maken dat dit de geboorte van Christus voorstelt. Maria die haar zoon aan de bevolking toont. Afgelopen editie had niet iedereen dat door. Daarom zijn er nu kerstbomen aan de wagen toegevoegd. Niemand die zich nu nog gaat vergissen.”
Nachtmerrie
Gilbert Govaerts
De laatste weken voor de ommegangen slaap ik slecht. Ik droom van alles wat kan misgaan, terwijl er ooit hooguit twee platte banden zijn geweest
Slapen heeft hij de voorbije weken beduidend minder gedaan. Met hier en daar een nachtmerrie over alles wat er maar fout kan gaan. “Terwijl er nog nooit echt iets is misgelopen. Op twee platte banden na. En uiteraard het weer dat roet in het eten heeft gestuurd. Maar toch, een paar nachten geleden droomde ik nog dat de wagen met Jezus nooit uit de loods zou raken. Drie meter hoog is die in totaal. Het is gelukt, hoor. Maar de droom was heel realistisch (lacht). Het is toch elke keer spannend: wat gaan de mensen ervan vinden, hoe gaat het bevallen?”
Minderbroeders
Eén wagen minder heeft hij dit jaar moeten ontwerpen. “In de plaats is er een draagstoel geko- men. Destijds ben ik het geweest die de Virga Jesse op een wagen heeft gezet: voordien werd ze door de minderbroeders gedragen. Maar ja, die waren er niet meer genoeg. En dus kreeg ze een wagen. Nu halen we haar er weer af: de Virga Jesse wordt voortaan gedragen door een nieuwe Dragersgilde. Een mooi symbool voor de toeschouwers. Zoals ik hoopte zijn ze zondag uit respect opgestaan, zodra ze nu passeerde.” Drie maanden voor de feesten zet hij zijn werk als architect stil, vakantie hebben ze de laatste tien jaar zelfs niet meer genomen.
“Als de eerste ommegang helemaal uitgetrokken is en weer in de loods arriveert... Dan ben ik een gelukkig man. En als het aanslaat, natuurlijk. Mijn vrouw komt uiteraard kijken. Kritiek geeft ze niet, nee. Als het slecht is, zegt ze niets. Maar dat is nog nooit voorgekomen. Ik heb heel veel geluk gehad...”