Wat wil Rijser?
Maaslandse Gordel
Een telkens nieuwe Oudheid?
De Oude Grieken waren goed in oorlogsvoering en strategie. De Amerikaanse president Trump ziet de wereld als een schaakbord. Hoe zit dat met Noord-Korea, het snel rijzende China, en India, Pakistan en Afghanistan? Ook in internationale betrekkingen deelt hij elke week hier of daar een klap uit (“Pakistan doet te weinig tegen terreur; wat doen die met ons geld?” “Het handelsoverschot van China maakt Amerika arm”) of prijst hij een land (“India zal ons helpen met Afghanistan”).
Trump is omringd door gepensioneerde generaals (strategos = bevelvoerder). Tijd om, zoals een paar weken geleden, een Harvard-professor naar het Witte huis te roepen, zijnde Graham Allison, die zopas in zijn ‘Thucydides Project’ zestien landenconfrontaties heeft bestudeerd, gevallen waarbij een nieuwkomer een heersende macht heeft uitgedaagd. Twaalf van de zestien keer ging het mis. Ze trapten in een val, ‘de val van Thucydides’, en vernietigden zichzelf. De VS is de heersende macht en China de uitdager. Wat doen we nu?
Wie is Thucydides?
Een Atheense legeraanvoerder (460 tot 400 voor Christus) die vanwege een blunder in de strijd met Sparta voor twintig jaar werd verbannen en vervolgens veel tijd had om een ooggetuigeverslag van ‘zijn’ oorlog, de Peloponnesische oorlog, uit de doeken te doen. Dit boek geldt algemeen als het eerste echte geschiedenisboek van onze cultuur: superieur geschreven, nuchter, inclusief adviezen. Vandaar dat zijn werk nooit op militaire academies ontbreekt. Grote standbeelden van de man staan voor het Oostenrijkse parlement in Wenen, voor de Beierse staatsbibliotheek in Munchen, borstbeelden van hem vind je van Toronto tot Moskou. Kern van zijn strategisch verhaal: naties handelen altijd uit eigenbelang, zonder veel oog voor ideologie, waarden of moraal. Vergeet dat nooit. ‘Thucydides en onze opvoeding’ is een van de 21 hoofd- stukken in het onlangs verschenen boek ‘Een telkens nieuwe Oudheid’ van de Nederlandse cultuurhistoricus David Rijser. Zijn vak heet receptiegeschiedenis. Hij kijkt hoe in de voorbije 25 eeuwen de cultuur van de Oudheid ononderbroken opnieuws is ‘gebruikt’. Hij maakt van de oude cultuur geen hard pakket dat een student in zijn hoofd moet proppen, maar benadert het ‘onthaal’ van ‘de klassieken’ als een proces, iets dat beweegt, altijd weer anders wordt ingevuld en wezenlijk toch hetzelfde blijft.
Hij opent met het beroemde fresco ‘School van Athene’ van Raphaël in het Vaticaan waarin alle groten van de Oudheid staan afgebeeld, maar heeft tegelijk op de cover ‘Hipster in Stone I’ van Léo Caillard staan. Daarmee is de toon gezet.
We leven in een tijd van grote fragmentatie, onze wereld valt in stukjes uiteen en Rijser laat zien hoe uitgerekend de klassieken onze cultuur samenhang geven. Rijser kent ook geen verschil tussen de zogenaamd hoge en lage cultuur. Dit boek gaat dus evenzeer over Aristoteles en Thucydides als over Polanski, The Soprano’s of James Bond. Om even bij Thucydides te blijven: onze democratie komt wel degelijk uit Athene. Citaat: “Onze vorm van samenleven is geen navolging van de gebruiken van buurlanden - veeleer zijn wij zelf een voorbeeld voor anderen dan dat wij hen imiteren. Haar naam luidt democratie - (demos=volk en kratein=heerschappij) - omdat het bestuur niet neerkomt op een klein aantal, maar bij de meerderheid berust. Voor de wet is bij geschillen tussen privépersonen ieder gelijkberechtigd. In onze onderlinge verhoudingen zijn wij verdraagzaam …”
Laten we hopen dat in het Witte Huis zowel de generaal als de politicus Thucydides indruk maken.
Vandaag dan?
Met een permanente stroom van publicaties worden de klassieken ook vandaag hernieuwd. Bijzonder zijn: Toon van Houdt , classicus KU Leuven: “Mietjes, monsters en barbaren. Hoe we de klassieke oudheid gebruiken om onszelf te begrijpen.” Vert. Johan Boonen: ‘De Grieken. Oorlog.’ De vroegste theaterstukken. (Uitg. Bebuquin). Cicero: ‘De kunst van het oud worden’ (Uitg. Atheneum).