Leger heeft nu eigen mini-drones
Minister van Defensie Steven Vandeput showde gisteren met enige trots een nieuw wapen voor het Belgische leger: mini-drone ‘Raven’. “Hiermee hebben we tijdens operaties in het buitenland ogen in de lucht. Veel veiliger dan verkenners op pad sturen.”
HEVERLEE -
Het leger had al drones, maar deze minidrones werken in een kleinere context en met een kleiner bereik dan de B-Hunter die volgend decennium wordt vervangen. Ravens kunnen met hun hooggevoelige camera dag en nacht de nabije omgeving scannen. Met dit tuigje, twee kilo zwaar, kan een leidinggevend officier van een compagnie op hetzelfde moment op een laptop volgen wat zich maximum 10 km verderop afspeelt. Met concrete informatie van wat zich achter die muren of achter dat bos afspeelt, kan hij of zij de tactiek aanpassen. Belgische grondtroepen gebruiken op dit moment al dergelijke wapens tegen IS in Irak. Die zogeheten Puma’s leaset België van een Amerikaanse producent. “Nu hebben we dergelijke drones zelf”, zegt Vandeput. “Bijkomend voordeel is dat deze tuigjes met hun toebehoren in een rugzak passen. We kunnen ze dus heel mobiel inzetten.”
België heeft er 24 gekocht. Het Heverleese bataljon Istar, het verkennersbataljon voor tactische inlichtingen, zal ermee werken. “De Ravens zijn deze maand gearriveerd. Onze instructeurs zijn opgeleid, maar de militairen die ermee moeten werken, moeten we nog opleiden”, zegt korpscommandant Bruno Van Loo. Vanaf begin 2018 kunnen Istar-teams met hun mini-drones mee op buitenlandse operaties. Voor Defensie een investering van 4,5 miljoen euro.