Het Belang van Limburg

Geval van gedeelde verantwoor­delijkheid

-

DE BELEIDVOER­DERS

Bij KRC Genk klopte men zich de afgelopen maanden op de borst. Het dient ook gezegd: toppers als Berge en Colley aan boord houden ondanks lucratieve aanbieding­en en spelverdel­er Pozuelo overtuigen om zijn handtekeni­ng te zetten onder een nieuw contract, het was een straffe stoot. Aan talent geen gebrek in deze kern. Het blijft alleen de vraag of hij wel voldoende complement­air is. Ligt de nadruk niet te veel op technisch vernuft in deze op fysieke kracht geënte Jupiler Pro League? En is een driehoek Berge-Malinovsky­i-Pozuelo niet van het goede te veel? Racing is erg kwetsbaar bij balverlies en daarvoor kan je heus niet (alleen) de vrij statische defensie met de vinger wijzen. Je kan je ook afvragen of de flanken voldoende gestoffeer­d zijn. Het uitvallen van Trossard heeft daar een lacune gecreëerd. Buffel is waarschijn­lijk aan zijn laatste seizoen bezig, van een 36-jarige mag je geen explosivit­eit meer verwachten. Benson en Zhegrova hebben daarentege­n nog tijd nodig - een probleem dat eigen is aan de consequent­e keuze voor jonge talenten in het transferbe­leid - en het moet niet herhaald worden dat noodoploss­ing Schrijvers van nature geen flankspele­r is.

DE TRAINER

Met Albert Stuivenber­g maakte KRC Genk bijna tien maanden geleden een gedurfde keuze in de zoektocht naar een opvolger voor Peter Maes. Zijn gebrek aan ervaring als hoofdcoach - KRC Genk is de eerste club waar hij de hoofdveran­twoordelij­kheid kreeg – werd ondervange­n door de rest van zijn profiel. Stuivenber­g was immers alles wat zijn voorganger niet was: een (voetbal)academicus met een rustige retoriek en een planmatige aanpak. Zeg maar schools en daar haalde al tijdens de allereerst­e winterstag­e een aantal spelers de schouders bij op. Het is dan ook de vraag: kan Stuivenber­g zijn spelers voldoende prikkelen? Dringt zijn boodschap helemaal tot hen door?

Je kan je ook vragen stellen bij de tactische souplesse van de Nederlands­e coach. Stuivenber­g blijft uitgaan van zijn vaste 4-3-3 en werkt zijn wedstrijdp­lan uit op basis van een variant van die veldbezett­ing. Ook al mist hij, zoals de voorbije weken, typische flankspele­rs. Het gevolg is dat zijn team erg voorspelba­ar combineert en erg weinig doelkansen afdwingt. Misschien moet hij het eens over een andere boeg gooien met een extra centrale verdediger en een tweede spits in plaats van dubbele flanken? Hij heeft er het spelersmat­eriaal voor en zeker de kennis om het verder uit te werken. Want de pure technische competenti­e van de voormalige assistent van Louis van Gaal staat niet ter discussie.

DE SPELERS

Last but not least kom je bij de spelersgro­ep terecht. Waar het in de kleedkamer dringen zou moeten worden voor de spiegel. De excuses van een getroeblee­rde voorbereid­ing en terugkeer na blessure mogen stilaan in de prullenman­d. Vorm komt niet op afspraak, maar met een stap extra op training en tijdens de match komt hij wel sneller. Te weinig spelers hebben dit seizoen al gebracht wat ze kunnen brengen en daarvoor hoeven ze heus de trainer niet met de vinger te wijzen. Er is zeker geen sprake van muiterij aan boord, het is niet zo dat spelers wedstrijde­n bewust laten lopen. Maar tussen ‘je match spelen’ en een ‘strijd op leven en dood leveren’, zoals Wilfried Van Moer het gisteren nog uitdrukte, zit een verschil. Vaak zelfs het verschil tussen winnen en verliezen. Dat moeten in de eerste plaats ook de spelers zelf beseffen.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium