Geen ambtenarenpensioen voor niet-vastbenoemden
Om de pensioenen van het overheidspersoneel betaalbaar te houden, zullen ambtenaren niet langer een overheidspensioen krijgen voor de jaren dat ze niet vastbenoemd waren. Dat staat in een wetsontwerp van Pensioenminister Bacquelaine. De Kamercommissie Sociale Zaken besprak dinsdag het wetsontwerp over de hervorming van de pensioenen bij de lokale overheden. De omstreden tekst van minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine (foto) moet vermijden dat de kosten de komende jaren exploderen. Het aandeel contractuelen zit al jaren in de lift. In 1995 vertegenwoordigden ze 46 procent van het personeel, in 2014 was dat al 61 procent. De bijdragen zijn dus onvoldoende om de statutaire pensioenen te dekken. Zes jaar geleden werden er al maatregelen genomen om de toenemende kosten in te dijken, maar die bleken onvoldoende. Ook deze legislatuur zijn stappen gezet, maar de factuur blijft aanzienlijk: 2,95 miljard euro in 2021.
Tot nu toe kregen ambtenaren een overheidspensioen voor hun hele loopbaan, ook voor de jaren dat ze contractueel in dienst waren. De hervorming stelt nu een “gemengd pensioen” in. De prestaties onder een contractueel regime worden in rekening gebracht volgens de regels van het werknemerspensioen, voor de jaren als vastbenoemde geldt een overheidspensioen. De hervorming is niet van toepassing op ambtenaren die benoemd werden/ worden voor 1 december
2017.