Europese werkgevers pleiten tegen harde Brexit
VBO uit zijn ongerustheid bij wankelende premier May
De Brexitonderhandelingen hebben na zes rondes alleen maar méér onzekerheid over de afloop opgeleverd. Terwijl de Britse voorstanders van een harde breuk, desnoods zonder akkoord, steeds zekerder van hun zaak lijken, ging het in stijgende mate bezorgde Europese bedrijfsleven gisteren bij premier Theresa May pleiten tégen dat ‘doemscenario’. Het is maar de vraag of ze bij de wankelende premier aan het goede adres waren. Een reeks Europese werkgeversorganisaties, waaronder het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) in de persoon van gedelegeerd bestuurder Pieter Timmermans, mocht gisteren in Downing Street 10 op bezoek bij de Britse premier Theresa May. De uitnodiging kwam overigens van de Britse regering zelf, op voorstel van de CBI, de Britse werkgeversclub. Volgens Timmermans zijn de Britse werkgevers immers even ongerust over wat er komen gaat, als GrootBrittannië eind maart 2019 hoe dan ook niet langer tot de Europese Unie hoort.
Harde Brexit
De onderhandelingen hebben tot nog toe geen enkele doorbraak gebracht op de aan de Europese kant essentiële thema’s: hoe het straks verder moet aan de Ierse grens met het Verenigd Koninkrijk, met de rechten van EU-burgers en – vooral – hoeveel miljarden euro’s de Britten bij de scheiding moeten betalen. Vorige vrijdag liep de zesde onderhandelingsronde af zonder uitzicht op een akkoord. Dat is nochtans noodzakelijk om volgende maand over te kunnen gaan naar fase twee, waarin de toekomstige relatie aan de orde komt. De twee kopstukken van het Brexitkamp – minister van Buitenlandse Zaken Boris Johnson en milieuminister Michael Gove – hebben premier May dit weekend per ‘geheime’ (en dus meteen uitgelekte) memo laten weten dat ze een harde Brexit eisen, een complete breuk met de EU. De brief is een oorlogsverklaring aan de zwakke premier die in haar eigen achterban steeds minder steun geniet. Veertig van May’s partijgenoten bij de Conservatieven tekenden (ook volgens een perslek) een brief waarin ze hun vertrouwen opzegden – acht te weinig om een verkiezing van een nieuwe leider uit te lokken. Wie dat dan zou moeten worden is overigens totaal onduidelijk, misschien wel de enige reden waarom May nog altijd in Downing Street zit.
No deal
De Europese werkgeversdelegatie was gisteren dus aan het pleiten bij een wankelende premier, die in de peilingen ook nog eens achter de radicaal-linkse Labourleider Jeremy Corbyn aanhinkt. De Europeanen hadden als belangrijkste boodschap voor May: maak een einde aan de onzekerheid. En zorg ervoor dat de Brexit geen ‘lose-lose-scenario’ wordt, waarin Britten en EU zonder een deal over de klippen storten. Ook dat scenario is in de ogen van radicale Brexiteers geen taboe meer.
Een ‘no deal’-afloop zou voor ons land enorme belangen op het spel zetten. Als er geen akkoord komt, kunnen de douanekosten (tarieven van de Wereldhandelsorganisatie) oplopen tot 2,2 miljard euro. Zo’n scenario kan 42.000 (vooral Vlaamse) jobs kosten. In Duitsland rekent alleen de autoindustrie met zo’n 2,3 miljard euro aan douanekosten. De Europese werkgevers pleitten bij premier May dan ook voor een tijdelijke status quo, een overgangsperiode waarin de regels hetzelfde blijven. Maar dat klinkt de steeds brutalere voorstanders van een harde Brexit dan weer als een vloek in de oren.