Stad en provincie willen mee betalen aan duurder begijnhof
Stad en provincie akkoord om ambitieuze restauratie mee te financieren met UHasselt
HASSELT - Geen nieuwbouw, geen private partners, wel een meer ambitieuze - en dus duurdere - restauratie en herbestemming van het Hasseltse begijnhof. Dat is de conclusie na overleg tussen universiteit, stad en provincie met Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck als bemiddelaar. “Voor een optimale restauratie is de 3,75 miljoen euro die de universiteit inbrengt krap. Provincie en stad willen hun deel bijdragen”, zegt Van Broeck. Ramingen gaan uit van 6,5 miljoen tot zelfs 8 à 10 miljoen euro om de site weer in haar volle glorie te laten herrijzen.
Er komt geen nieuwbouw in het gevoelige dossier van het Hasseltse begijnhof. “De 3,75 miljoen die de universiteit wil spenderen aan de restauratie, is krap. De lat mag hoger voor zo’n mooie Hasseltse plek met zoveel potentieel. Stad en provincie zullen hun deel bijdragen”, zegt de Vlaamse Bouwmeester. Geen nieuwbouw dus. En ook geen private partners. Daarmee halen vele Hasseltse burgers en het complete socioculturele verenigingsleven hun slag thuis. Wie uiteindelijk eigenaar, dan wel erfpachthouder, wordt van het nog altijd provinciale begijnhof (ondanks de door Philtjens geïnitieerde en ook stopgezette verkoopprocedure) is nog niet bepaald. Een antwoord op die vraag was belangrijk voor de unief: “Geen geld zonder bouwheerschap”, klonk het daar regelmatig. “Het hoe is niet zo belangrijk. Daar zoeken we oplossingen voor. Belangrijk is dat de drie partners hetzelfde willen”, zegt een optimistische Vlaamse Bouwmeester Leo Van Broeck.
Geheime locatie
Woensdagavond van 6 tot 10 was er dan dat topoverleg over het Hasseltse begijnhof. Intussen een symbooldossier in de provinciehoofdstad en bij uitbreiding voor Limburg. Het overleg vond plaats op een geheime locatie (een Italiaans restaurant langs de Genkersteenweg in Hasselt). Alsof het regeringsonderhandelingen betrof. Gastheer Leo Van Broeck had de drie hoofdrolspelers uitgenodigd: rector Luc De Schepper van UHasselt versus tegenspeler gedeputeerde Igor Philtjens (Open Vld) en uiteraard zat ook Nadja Vananroye (CD&V) als burgemeester mee aan tafel.
Los van ego’s en wederzijds wantrouwen moest de Bouwmeester, die vooraf de site nog eens was gaan bezoeken, twee kwesties ontmijnen. Komt er nieuwbouw of niet? En wie wordt eigenaar/erfpachthouder van het begijnhof? Wie zal met andere woorden bouwheer zijn? Om te beginnen rondde Igor Philtjens zijn U-bocht volledig door te bevestigen dat er geen nieuwbouw hoefde te komen. Daar waren UHasselt en stad vooraf dan ook heel duidelijk over geweest in een gezamenlijk Njet. Ook het nog toegevoegde zinnetje aan de laatste versie van de projectdefinitie - dat ‘nieuwe subtiele en in omvang beperkte elementen’ konden - sneuvelde.
“De nieuwbouw is begraven”, bevestigt Van Broeck. “Dat was een idee van de kwaliteitskamer. In de zin van dat je het begijnhof niet in een bokaal op sterk water mag zetten, maar dat je het juist moet activeren. Maar geen van de drie partijen wil nieuwbouw. De bestaande gebouwen zijn meer dan groot genoeg voor de behoeften van de universiteit. Het enige nieuwe wat eventueel zou kunnen is pakweg een luifel of een kiosk in de parktuin. Zo zouden mensen bij regenweer hun boterhammen droog kunnen eten. Er komen ook geen projectontwikkelaars of commerciële partners bij.” Kortom, het begijnhof blijft publiek. Ook dat is een eis die de Hasseltse basis binnenhaalt en waar de stad niet ongevoelig voor was.
Meer ambitie, meer geld
De open oproep voor een ontwerp via de Vlaamse Bouwmeester wordt nu even in de frigo gezet tot maart 2018. Al zijn er intussen al vier geselecteerde finalisten-architectenbureaus. De haalbaarheidsstudie wordt eerst verfijnd. De bureaus moeten toch een idee hebben van het voorziene budget, is nu het idee. Een studie van het Brusselse bureau Idea Consult gaat uit van 6,5 miljoen voor de restauratie. Andere bronnen hebben het, inclusief heraanleg van de tuin, over 8 tot zelfs 10 miljoen. “De drie partners hebben uiteindelijk veel gemeen”, zegt Van Broeck. “Ze willen een optimale restauratie, inclusief kelders en zolders. Ze willen de kerkruïne tot haar recht laten komen. Ze willen dat de tuin een belangrijke en publieke groene long in het centrum van de stad wordt. En ze willen een hoogwaardig maatschappelijk project met doorsteekjes naar Z33, de bibliotheek, het jenevermuseum en een opengelegde Demer. Ik denk dat het budget van de universiteit van 3,75 miljoen voor zo’n optimale invulling te laag is. Dit is een toch verkommerde plek, met weliswaar bijzonder veel potentieel. Ik heb volgende vergelijking gemaakt: Het begijnhof is als een schat op de zeebodem. Alleen zit er niet genoeg zuurstof in de zuurstofflessen. Daarom gaan we eerst bijtanken. Als de stad en de provincie dit zo’n belangrijke plek vinden, dan moeten ze ook hun duit in het zakje doen. En dat engagement is ook toegezegd door de burgemeester en de gedeputeerde.” Een hoger ambitieniveau dus. Een punt waar Igor Philtjens dan weer op bleef hameren.
Niet alles opgelost
Everybody happy? Niet helemaal. Wie krijgt de eindregie? Wie is de baas? “Over wie eigenaar wordt, is het niet gegaan”, aldus Van Broeck. “Dat lossen we nog op. Daar bestaan boekhoudkundige methodes voor. Het is veel belangrijker dat het begijnhof in volle glorie kan herrijzen dan dat een te klein budget dat in de weg zou staan. Laten we nu niet over punten en komma’s struikelen. Nu is het ambitieniveau verlegd.” Nochtans moet rector De Schepper dit verdedigen bij zijn raad van bestuur. Die ziet uiteraard graag een balans in evenwicht. Als je iets uitgeeft, moet er aan actieve kant ook iets bijkomen. Een piste zou zijn dat voor het geld wat de universiteit inbrengt een deel van het vastgoed van de universiteit wordt.
De nieuwbouw is begraven. Het enige nieuwe wat eventueel zou kunnen is pakweg een luifel of een kiosk in de parktuin
Leo VAN BROECK Vlaamse Bouwmeester