Vanaken dirigeert Club naar overwinning Lommelaar heeft voet in drie Brugse goals
Medelijden kreeg Philippe Clement niet bij zijn terugkeer naar het Jan Breydelstadion. Na een 3-0-zege tegen zijn Waasland-Beveren kroonde Club Brugge zich tot herfstkampioen, weliswaar met enige arbitrale hulp. Aanvoerder Ruud Vormer brak de ban, maar de man die echt het verschil maakte, was Hans Vanaken. Op zijn 25ste even belangrijk als wisselvallig. Knap hoor, de volley van Ruud Vormer op voorzet van Anthony Limbombe. Cruciaal ook, zo vlak voor de rust na een bijzonder moeizame helft waarin Club Brugge werd vastgeschroefd door de manschappen van Philippe Clement. Waarin de herfstkampioen zelfs blij mocht zijn dat scheidsrechter Wim Smet geen hulp kreeg van een falende assistent bij minstens één strafschopfase. Clement schud- de het hoofd. Hier had hij zijn team voor gewaarschuwd. Niet die traptechniek van de Brugse captain. Die kent iedereen. Neen, de actie die eraan voorafging. Vanaken die Limbombe met een pass afzonderde aan de achterlijn.
De blikopener van Club Brugge had het weer gelapt. Hans Vanaken: belangrijk, maar bij supporters toch ook een tikje verguisd. Een betere voetballer dan Ruud Vormer. Als het echt snel gaat, komt de Nederlander wel eens een stapje te laat. Terwijl snelle denker Vanaken volgens Meunier zelfs bij PSG meekan. Misschien een tikje te veel lof van de Ardennees, maar toch. Was Diaby gisteren een beetje scherper geweest, dan had Vanaken er twee assists bij. Nu bleef het bij de pass op de 2-0 van Cools, en zelf de auteur van de 3-0. In alle drie goals eiste de Lommelaar zijn hoofdrol op. Toch heeft Vanaken niet de populariteit van diezelfde Vormer. Die loopstijl, altijd aan hetzelfde tempo. De matte, nuchtere toon waarmee hij praat. Dat tengere lijf van een langeafstandsloper. Het helpt niet. En het feit dat Vanaken, dit seizoen aan twee goals en vijf assists, niet elke week zo beslissend is. Op zijn 25ste oogt hij nog te wisselvallig. “Er zitten bij iedereen wel eens wedstrijden tussen die minder zijn. Wie heeft dat niet?”, klonk het. “Ik krijg vaak een mannetje op mij geplakt. Nu ook weer. Angban volgde mij zo vaak dat je niet meer van zoneverdediging kon spreken. Ik hou daar niet van. Maar doordat Angban me volgde als ik naar links ging, kwam de terugzakkende Vossen altijd weer vrij. Fijn is het niet om zo weinig aan de bal te komen, maar ik denk op zo’n moment aan de ploeg, niet aan mezelf. En ach, mijn loopstijl, die verander ik niet meer.”
Nog gevarieerder
Vanaken is een ploegspeler, maar hij heeft ook de schijn tegen. In België zijn er slechts vier spelers die zo vaak een doorsteekpass proberen in een match als Vanaken. Morioka, Berrier, Hanni en Ajagun van Kortrijk. Een blikopener, jawel, al zette Ivan Leko hem in de seizoensaanvang op de bank. Vandaag blijft zijn trainer kritisch. “Hans is erg belangrijk, maar hij heeft nog werkpunten. Hij moet nog meer variatie in zijn spel brengen. Zowel in balcirculatie als -bezit is hij heel sterk, maar vandaag zag ik ook een speler die graag liep en de ruimtes zocht.” Bondscoach Roberto Martinez gaf al aan dat hij een boon heeft voor Vanaken, maar een volwaardige kandidaat-Rode Duivel lijkt hij niet. “Ik zit vaak wel in de voorselectie, maar hoeveel zijn dat er niet? Ik vind wel dat ik er eens bij kan zijn, maar eigenlijk weet je pas of je dat niveau aankan eens je die kans krijgt.”