Een 14 als eindexamen, een Emmy in New York
En of hij er extatisch om was. ‘Sorry Voor alles’-bedenker Kamiel De Bruyne (25) sprong bij zijn Emmy-winst gisteren een gat in de lucht zo hoog dat hij zijn speech vergat. Even later vond hij zijn woorden terug op Twitter en herinnerde hij de jury die zijn masterproef beoordeelde fijntjes aan hun score destijds. “Die 14 op 20, weten jullie dat nog?” Uit de verrassing bij de VRT-delegatie leek het wel alsof ze in hun eigen programma waren beland. Presentator Adriaan Van den Hoof (foto links) maakte een knieval, de piepjonge bedenker Kamiel De Bruyne (foto rechts) verslikte zich op het podium in de helft van zijn dankspeech. “Dag en nacht hebben we gewerkt aan dit programma. Dit is ongelooflijk. Sorry, mama, dat ik geen ingenieur werd, maar ik krijg er een mooi beeldje voor in ruil.” Na de uitreiking vond De Bruyne z’n woorden terug. “Gelukkig heb ik toch mijn moeder bedankt (lacht). Dit is fantastisch, natuurlijk. Je hoopt erop, maar verwacht het niet.” Ook op Twitter was Kamiel De Bruyne na de ceremonie een pak mondiger. De opvallendste tweet was er eentje aan het adres van zijn oude school, het RITCS in Brussel. De Bruyne bedacht ‘Sorry Voor alles’ als project voor zijn eindwerk en kreeg dankzij die proefaflevering een kans bij de VRT. “Die keer dat ik een 14 op 20 voor mijn eindwerk haalde. Weten we dat eigenlijk nog allemaal, jury van het RITCS?” tweette De Bruyne.
“Een grapje”, nuanceert hij achteraf. “Destijds had ik inderdaad een hogere score verwacht. Maar zonder het RITCS stond ik hier niet.”
Zijn vroegere docenten tillen niet zwaar aan de tweet. “Kamiel leefde als student ook al met het hart op de tong”, zegt ex-docent en regisseur Vincent Rouffaer. “We zagen wel degelijk het enorme potentieel van zijn idee. Ik heb hem zelf doorverwezen naar twee productiehuizen en een contactpersoon bij de VRT. Op zijn masterproef haalde hij inderdaad een 14. Er waren wat twijfels bij de haalbaarheid en de deontologie van het programma. Maar Kamiel geeft ons vandaag ongelijk. Bovendien, 14 op 20 is onderscheiding, hé.”