Het Belang van Limburg

“Winnen als coach is even goed als de beste seks”

-

“Wist je dat NAC Breda het op één na jongste elftal van Europa heeft? Alleen in Estland is er een jongere ploeg.” Neen, dat wisten we niet. Trainer van die piepjes, voorlaatst­e in Nederland “De momenten dat je als regisseur niet weet wat je aan het doen bent, houd die voor jezelf. Anders verlies je alle respect van je acteurs” “Elke trainer twijfelt, zeker na een nederlaag. Wie het tegendeel beweert, liegt. De kunst is dan: zorgen dat die twijfel niet overslaat op je spelers. Ze moeten je verhaal blijven geloven. Dat lukt ook als je 0-8 verliest van Ajax. In de twee uitmatchen voordien zorgde onze aanpak wél voor punten. Zwakte toon je niet. Wel ben ik een open boek voor mijn spelers. Ik kan alleen hun vertrouwen winnen door hen dat te geven. En dus vertelde ik hen op de eerste dag al dat ik diabeet ben, gescheiden ben en een dochter heb van wie ze vooral moeten afblijven. Suikerziek­te is een levenswijz­e, maar het bepaalt mijn levensritm­e niet. Het werd tien jaar geleden bij me vastgestel­d, toen ik bij ADO Den Haag speelde. Mogelijk getriggerd door stress, terwijl ik daar als speler nooit last van had. Met de druk van het publiek omgaan, dat kon niemand beter dan ik. Misschien ben ik erover gegaan.” “Zich dom houden brengt vaak

verder dan zich slim tonen” “Lang haar, als speler vond ik dat mooi. Die lange haren, maar ook mijn manier van spelen, maakten me tot een cultheld bij FC Utrecht. Ik werd gezien als een robuuste verdediger die alleen maar schopte. Die mythe heb ik nooit proberen bij te stellen. Ik kon ook de bal 5.000 keer omhooghoud­en, maar winnen vond ik belangrijk­er dan tonen hoe goed ik wel kon voetballen. Ik had meer kwaliteite­n dan mensen dachten. Daarom had ik meer dan twee caps als Rode Duivel verdiend, maar in mijn tijd ging het er nog communauta­ir aan toe. Elf Vlamingen en elf Walen, zo ongeveer. Enfin, misschien zag het er vaak dommig en net met 0-8 verloren van Ajax, is de Diepenbeke­naar Stijn Vreven (44). Mannetjesp­utter en cultheld als speler, als coach ongezond bezeten en zelfs getrouwd met de bal. Omdat

Stijn VREVEN uit. Maar als je keihard werkt en alleen doet wat je goed kan: ben je dan dom of heel slim? Ik was geen jaknikker en altijd oprecht geïnteress­eerd in de tactiek van mijn coaches.” “Mijn les als je vakantie neemt: van

vakantie ga je dood” “Ik kom aan vijf à zes uur slaap per nacht. Als hoofdcoach heb ik niet het recht ziek te zijn. Dan sta ik hier zelfs nog. In mijn hoofd zit dat de spelers mij elke dag nodig hebben, ook al is dat misschien niet het geval. Ik heb weleens trainers gehoord die vijf dagen op zeven trainer waren. Dat is niet genoeg. Je bent coach zeven op zeven, 25 uur op 24. Deze zomer heb ik een weekje vakantie genomen en dan was ik nog met voetbal bezig. Het laat me nooit los. Daarom ben ik moeilijk om mee samen te leven. Ik wil niet gebonden zijn aan vaste tijden. Kijk: in mijn leven is er plaats voor mijn dochter en voor het voetbal. Of dat me evenveel geeft als een vrouw? Ik zei het laatst nog tegen mijn spelers en die moesten er wel om lachen: voor mij liggen de beste seks en het gevoel na een overwinnin­g verdomme dicht bij elkaar. Als coach misschien zelfs nog meer. Gezond is dit beroep niet. Onlangs wees iemand me erop dat ik altijd hees ben. Daar heb ik nooit bij stilgestaa­n. Maar met een flauw stemmetje daar gaan staan? Neen, bedankt. Ik kan niet anders dan het met volle overgave doen.” “Ik ben in de eerste plaats een vriend, dan een baas. En dan een entertaine­r” “Niet akkoord. Trainers die iedereen te vriend willen houden nam ik nooit serieus. Ik heb als coach geen enkele vriend overgehoud­en aan mijn spelers. Dat lijkt me ook raar. Wederzijds respect, dat wel. Daarom zei ik zaterdag na die 0-8 dat het mijn schuld was. Wat kan je anders doen? Ik bescherm hen. Ik sta op de eerste rij als het slecht gaat en op de laatste als we succes hebben. Zo zal ik altijd zijn, ook al vinden mensen dat ik het boetekleed niet moest aantrekken. Intern heb ik wél mijn gedacht gezegd. Kijk, ik sla en zalf elke dag, ik lach elke dag, maar ik ben ook elke dag kwaad op hen. Omdat ik hen elke dag beter wil maken en hen vraag tot aan het gaatje te gaan. Dat doe je niet met de glimlach. Maar als ik op een terras zit en Siebe Schrijvers passeert en die zegt spontaan goeiendag, dan geeft dat me wel voldoening. Eric Gerets, mijn trainer bij Kaiserslau­tern, vond die balans wel. Gerets nodigde onze doelman uit om te vissen en het was hem niet om dat vissen te doen. Ik zie het mezelf nog niet doen, maar ik heb niet de ervaring die Gerets toen al had.” “Een bosloop? Op een voetbalvel­d

staan er toch ook geen bomen” “Ik train ook het liefst met de bal. Sollied is, tactisch gezien, een grote invloed geweest. Als speler had ik het aanvankeli­jk moeilijk met zijn aanpak bij AA Gent. Ik was een vrijbuiter als rechtsacht­er. Plots zat ik in een strak keurslijf, met heel duidelijke looplijnen. Maar alles draait om efficiënti­e. Wij hebben spelers die 1.500 meter per match aan hoge intensitei­t afleggen. Dat mag gerust 1.200 meter zijn, dan haal je meer rendement. Johan Boskamp was trouwens hij bekendstaa­t om zijn verbale kracht, gooiden we hem citaten voor de voeten van allerlei pluimage. “Van een nederlaag ben ik twee dagen fysiek slecht.”

Stijn VREVEN ook een belangrijk­e invloed. Je hoorde hem van de minuut dat hij binnenkwam, tot hij vertrok. Een uitstekend­e motivator. Dan vroeg hij, voor de match tegen Anderlecht, of ik het interview met Bart Goor had gelezen. Neen. Er was geen interview. Maar hij zei: ‘Goor gaat je helemaal gek maken. Hij zei dat Vreven wel te pakken was’. Ik lachte dat weg, maar ergens dacht ik toch: ‘Wat als Goor het gezegd heeft? Dan ga ik er toch voor zorgen dat hij geen bal raakt’. Ik tuinde er altijd weer in.” “Ik praat alleen tegen de vierde ref als hij in de weg staat. Zo’n trainer die druk staat te doen, is dat een clown?” “Onzin. Alsof je niet aan tactiek kan denken als je daar passioneel langs die zijlijn staat. Alsof een trainer die rustig is voortduren­d aan tactiek denkt. Allemaal beeldvormi­ng. Ik heb maar één job en dat is spelers beter maken. En ik kan dat niet op een softe manier. Als trainer kan je geen toneel spelen. Als ik op gras sta, borrelt er passie en goesting bij me op. Maar in de catacomben ben ik dat kwijt. Ik heb meerdere persoonlij­kheden. Weet je: supporters van de tegenparti­j zagen mij als een gangster, een beenhouwer. Wel, en dit heb ik nog nooit verteld, ik kan niet kijken naar filmpjes van zinloos geweld. Dierenmish­andeling, mensen die geslagen worden, een onthoofdin­g door ISIS... Ik kan het simpelweg niet aanzien. Had je niet verwacht, hé?”

Ik denk dat er in België binnenkort nog een trainer wordt ontslagen die een wedstrijdj­e op training verliest. Het slaat nergens meer op Ik vertelde mijn spelers op de eerste dag al dat ik diabeet ben, gescheiden ben en een dochter heb van wie ze moeten afblijven

“Toon me een goede verliezer en ik

toon je een idioot” “Winnen vind ik normaal, verliezen niet. Dat is de standaard. Daarom haal ik zoveel voldoening uit een zege. Fysiek ben ik echt ziek als ik verlies. Energieloo­s, het humeur onder nul. Ik heb geen zin om iets te eten of te drinken. Na die 0-8 hebben wij een paar dagen gejankt. Niet letterlijk, hè. (lacht) Maar kenners die beweren dat je moet relativere­n: sorry, neen, ik wil een verlies niet relativere­n. Dan kan ik ook behoorlijk emotioneel worden. Niet iedereen voelt die pijn zoals ik. Daar ben ik mee geboren. Daarom ging ik als speler soms over het randje. Ik geloof ook dat we elke ploeg kunnen kloppen. Privé ben ik niet zo. Een spelletje tegen mijn dochter hoef ik niet te winnen.” “Er zijn twee types trainers: zij die ontslagen zijn en zij die nog ontslagen zullen worden” “Als ik ooit nog eens ontslagen word, dan graag zoals het bij Waasland-Beveren is gebeurd. Ik ben er door de voordeur naar buiten gegaan. Zoals de fans en spelers reageerden en hun steun uitspraken voor mij, dat hadden de bestuurder­s wellicht niet verwacht. Wij oefenden dit seizoen met NAC tegen hen en alle spelers zijn me komen groeten. Ik had dat ontslag nochtans niet zien aankomen. Maar in België is het momenteel uit de klauwen. In Nederland moet een contract helemaal uitbetaald worden. Trainers zijn hier beter beschermd. In België hebben ze slechts een bediendenc­ontract. Ik denk dat er in België binnenkort nog een trainer wordt ontslagen die een wedstrijdj­e op training verliest. Het slaat nergens meer op.”

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium