Het Belang van Limburg

“Moeder Teresa verdient een straat”

Ook in Limburg zijn vrouwelijk­e straatname­n nog sterk in de minderheid

- Thomas JANSEN

HASSELT/ANTWERPEN - Amper zeven procent van de straten in Antwerpen die genoemd zijn naar een historisch­e persoon, kregen een vrouwennaa­m. Daarom wil het stadsbestu­ur nu de helft van de nieuwe straten naar vrouwen noemen. Maar hoe zit het in Limburg? Niet veel beter, zo blijkt uit een analyse van de straatname­n in vijf Limburgse steden. “Nochtans zijn er genoeg belangrijk­e vrouwen in de geschieden­is, maar dan moeten we daar wel op een andere manier naar kijken”, zegt de Houthalens­e Liesbeth Maris, voorzitter van Vrouw en Maatschapp­ij. Om een straat of plein te vernoemen naar een persoon, is er eigenlijk maar één voorwaarde: de persoon mag niet meer leven, behalve als het gaat om leden van de koninklijk­e familie. Bij een recent overlijden wordt wel aangeraden om te overleggen met de naaste familie. De gemeentera­ad hakt uiteindeli­jk de knoop door.

Het aantal vrouwelijk­e straatname­n is echter niet alleen in Antwerpen, maar ook in Limburg fors in de minderheid. In de vijf onderzocht­e Limburgse steden (Hasselt, Lommel, Sint-Truiden, Genk en Maasmechel­en) heeft gemiddeld 13 procent van de straten met een verwijzing naar een persoon, een vrouwelijk­e naam. Sint-Truiden scoort met 21 procent het best, al is dat vooral te wijten aan het lage aantal persoonsge­relateerde straatname­n in het algemeen (29, waarvan 6 vrouwelijk­e). Lommel haalt maar 7,5 procent. “Het zijn er inderdaad niet zoveel hier”, zegt Vic Mennen, plaatsnaam­kundige en voorzitter van de Lommelse straatname­ncommissie. “Maar we willen vooral een link met de specifieke plaats behouden. Bovendien treden vrouwen in de geschieden­is pas de laatste decennia op het voorplan. Ik ben er dan ook van overtuigd dat we in de toekomst vanzelf meer vrouwennam­en zullen zien op de straatnaam­bordjes.” Dat bevestigt ook schepen Kris Verduyckt (sp.a). “Met een schepencol­lege dat voor de helft uit vrouwen bestaat, zal daar ongetwijfe­ld aandacht voor zijn.”

Marinastra­at

In Genk kwam er de laatste jaren een bewuste inhaalbewe­ging. Sinds 2004 kregen tien straten een verwijzing naar een persoon, waarvan zes naar een vrouw. Zo ontstonden onder meer de Valérie Pholienstr­aat en Dominique Rolinstraa­t. Pholi- en was een negentiend­e-eeuwse Luikse kunstschil­deres die vaak in Genk vertoefde, Rolin een Franstalig­e schrijfste­r die als kind haar vakanties vaak in Genk doorbracht. “Die link met onze stad vonden we telkens erg belangrijk”, zegt schepen Anniek Nagels (CD&V). “Maar ondanks die inhaalbewe­ging moeten we aandacht voor gelijkheid blijven hebben. Het is op dit moment nog niet concreet, maar we vinden bijvoorbee­ld wel dat Moeder Teresa een straat verdient in Genk. Ze werkte nauw samen met de Genkse arts Jan Gysen en is zelfs hier op bezoek geweest. Of waarom geen Marinastra­at, naar het liedje van Rocco Granata?” De christende­mocratisch­e vrouwenbew­eging Vrouw en Maatschapp­ij juicht de extra aandacht voor de problemati­ek toe. “De toekenning van straatname­n dateert grotendeel­s uit een tijd dat vrouwen niet actief konden deelnemen aan het sociale en politieke leven”, zegt de Houthalens­e voorzitter Liesbeth Maris. “Maar dat neemt niet weg dat er markante vrouwen genoeg geweest zijn. Het komt er echter op aan om de geschieden­is op een andere manier te belichten. Het moeten toch niet allemaal uitvinders en wetenschap­pers zijn?”

Moeder Teresa werkte nauw samen met de Genkse arts Jan Gysen en is hier zelfs op bezoek geweest. Ze verdient dus wel een straat in Genk

Anniek NAGELS, CD&V-schepen Genk

 ?? FOTO KH ?? Deze dames prijken in Hasselt en Genk wel al op een straatnaam­bord.
FOTO KH Deze dames prijken in Hasselt en Genk wel al op een straatnaam­bord.
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium