De ruimtelijke ordening van de toekomst
Woensdag nog werd er zeer heftig gedebatteerd in het Vlaams parlement over de Vlaamse bouwmeester Leo Van Broeck. “Hij moet ophouden de vrijstaande woningen te viseren”, zo klonk het bij de CD&V. Als het op “mijn huis” aankomt, reageert de Vlaming emotioneel en overgevoelig. “My home is my castle”, en daar blijf je met je handen vanaf. Sommigen vinden Van Broeck een provocateur. Hij heeft in elk geval een uitgesproken visie en daar windt hij geen doekjes om: “Ons land heeft het record in uren file per werknemer, het hoogst aantal kilometers nutsvoorzieningen per woning en slecht openbaar vervoer, want als je zo versnipperd woont is goed openbaar vervoer onmogelijk. Het is vijf voor twaalf om er iets aan te doen.”
De Vlaamse
bouwmeester trekt wekelijks de boer op om de Vlaming duidelijk te maken dat er dringend iets gedaan moet worden aan ons ruimtegebruik. Wij legden hem een aantal stellingen voor.
LLeo Van Broeck: “Zo’n zeventig procent van de Vlamingen slaapt niet waar hij leeft. We wonen waar er geen openbaar vervoer is en van waaruit we dagelijks met de auto richting de crèche, school, het werk moeten rijden. In het weekend nog eens naar het voetbal en de scouts. De Lijn en de NMBS kunnen niet tot in elke straat in de verkaveling rijden om daar twee man op te pikken en met lege bussen doorheen ons versnipperd landschap te rijden. We moeten gaan naar verdichting, naar ministeden waar de crèche, school en de tram- en bushalte op wandelof fietsafstand liggen. Waar om de tien minuten een bus vertrekt in plaats van om de twee uur. De bus vandaag rijdt langs te veel haltes waar te weinig mensen opstappen.”
L“Het is zeker niet zo dat we allemaal naar de stad moeten verhuizen. Maar we moeten op het platteland wel mini-stadjes creëren en ook daar gaan voor verdichting. Een dorp van 100 woningen verdichten naar 150 woningen zal niet helpen, De Lijn komt nog altijd niet, de middenstand gaat nog steeds failliet. We moeten voldoende grote dorpen kiezen en enkel daar verdichten waar restaurants en cafés, samen met de crèches enz. kunnen overleven, met een school en een bushalte om de hoek.”
L“Het platteland bestaat niet meer, het moet opnieuw gemaakt worden. Wie op echt platteland wil wonen, moet na tien minuten stappen in het bos zitten. Vandaag zit je na tien minuten stappen bij de zoveelste villa in de verkaveling. We moeten kilometers wandelen door de verkaveling om een plukje van honderd meter bos te vinden. Daarna beginnen de verkavelingen van het volgende dorp al. Het platteland is op.” “Als we voortdoen zoals we nu bezig zijn, kunnen we binnenkort niet meer doen wat we graag doen. De Vlaming is zot van Toscane, maar in Toscane vind je geen enkele verkaveling. Daar liggen kleine stadjes en dorpen met een grote dichtheid en een enkele grote stad als Firenze. Daartussen liggen bossen, heuvels, velden en wijn-
We moeten op het platteland mini-stadjes creëren en ook daar gaan voor verdichting.