Basten Caerts maakt zijn debuut op het EK
Hij heeft al een Olympische Spelen achter de kiezen, maar toch maakt Basten Caerts vandaag pas zijn debuut op het EK. De 20-jarige Heppenaar moet in Kopenhagen meteen drie dagen na elkaar aan de slag. “Ik ben anderhalve week ziek geweest. Het is afwachten hoe mijn lichaam daarop zal reageren”, zegt Caerts. Caerts gooide dit jaar hoge ogen in augustus, toen hij in de Wereldbekerwedstrijden in Moskou, Berlijn en Eindhoven een handvol Belgische records verbeterde. De Heppenaar heeft intussen vijf van de zes nationale records op de schoolslag in handen. Daarmee spoelde hij de ontgoocheling van het missen van het WK - het halen van de limieten werkte toen verlammend - in Boedapest door. Deze week maakt Caerts zijn debuut op het EK. Maar extra stress bezorgt hem dat niet. “Ik heb in Rio de Spelen al meegemaakt, dat is van een heel andere orde. Daarnaast heb ik al World Cups en bij de jeugd ook al ettelijke kampioenschappen gezwommen. Er is dus geen reden om zenuwachtig te worden.”
Wat de Heppenaar wel wat zorgen baart: de zware verkoudheid die hem anderhalve week parten speelde. “Het was de eerste keer dat ik voor een kampioenschap ziek werd”, vertelt hij. “Daardoor heb ik toch wel wat trainingen gemist. Niet het ideale moment. Ik heb daar helemaal geen ervaring mee. Het is nu afwachten hoe mijn lichaam daarop zal reageren.”
Met de tijden die hij in de Wereldbeker zwom, mag Caerts (halve) finales ambiëren. Toch wil hij, vooral door die verkoudheid, geen doelstellingen naar voor schuiven. “Ik zie wel wat er gebeurt. Niets moet, alles mag. Natuurlijk zal ik ontgoocheld zijn als ik de halve finale of finale niet haal, maar ik zal het wel kunnen plaatsen.”
Drie op een rij
Caerts begint het EK vandaag met de 50m schoolslag, daarna volgen nog de 200m en de 100m. Drie dagen op rij. Een zwaar programma dus. “Drie opeenvolgende dagen... Pff, wie verzint het? Waarom spreiden ze dat niet een beetje? Nu ja, op het BK is dat ook het geval. Ik ben dat dus gewoon. Al is de tegenstand nu wel een pak zwaarder.”