“TIMMERS KAN NOG SNELLER DAN IN RIO”
COACH RONALD GAASTRA
Beter dan verwacht op de 4x50m en een persoonlijke besttijd op de 50m. Pieter Timmers groeit in het tornooi. Een ideale timing met de 100m vrij - zijn favoriete nummer - dit weekend op het programma. Hoewel hij al vijf EK-medailles in klein bad verzameld heeft, blijft de Beringenaar eerder voorzichtig. Coach Ronald Gaastra durft zich, zoals het een echte Nederlander betaamt, wél aan een voorspelling wagen. “Een medaille kan. Maar dan moet Pieter wel het niveau van twee jaar geleden in Netanya halen.” Voor ons is Ronald Gaastra een ingeweken Nederlander. Voor de Nederlanders een halve Belg. Dat blijkt wanneer we in de mixed zone een babbeltje met hem slaan. “Amai Ronald, zowaar drie journalisten rond jou”, schatert de Nederlandse teammanager. Of een Nederlandse journaliste: “Heb je gezien hoe goed de Nederlanders het hier doen?” Gaastra neemt die plaagstootjes er graag bij. De coach van Timmers is wel meer gewoon. Niet zelden is hij degene die de speldenprikjes uitdeelt. “Ik geef inderdaad graag mijn mening. Of dat typisch Hollands is? Misschien. Al denk ik dat het vooral typisch Gaastra is. Ik zeg wat ik denk.” Kortom, de ideale man om vijf stellingen over Pieter Timmers voor te schotelen.
TIMMERS HAD EEN NIEUWE TRAININGSAANPAK NODIG OM HEM GEMOTIVEERD TE HOUDEN?
“Onze nieuwe aanpak heeft niks met scherpte of motivatie te maken. Wel met de ambitie om nóg sneller te worden op de 100 meter. En dat kan. Ik denk dat Pieter vooral op de eerste 50 meter nog marge heeft. Die moet hij makkelijker en dus ook sneller leren zwemmen. Als Pieter op 47.50 wil uitkomen, moet hij de eerste 50 in 22.9, 23.0 kunnen afleggen. Daarom focussen we nu meer op explosiviteit en kracht. Gevolg: Pieter zwemt minder kilometers op training, maar doet dat wel veel intensiever. Of dat zijn vruchten zal afwerpen, moet nog blijken. Maar niet geschoten, is altijd mis.”
TIMMERS IS HET AAN ZIJN STAND VERPLICHT OM OP DIT EK EEN MEDAILLE TE PAKKEN?
“Onzin! Pieter is niets verplicht, aan niemand. Wat hij op de Olympische Spelen in Rio gepresteerd heeft, was fantastisch. Maar dat was een op zichzelf staande race. Natuurlijk heeft die zilveren medaille van Rio een verwachtingspatroon gecreeerd bij het grote publiek. Maar dat wil niet zeggen dat hij overal móét scoren. Als Club Brugge de titel pakt, wil dat toch ook niet auto- matisch zeggen dat ze het seizoen nadien opnieuw kampioen moeten en zullen worden. Natuurlijk zal Club dat wel proberen. Net als Pieter dat ook doet. Als hij het niveau van twee jaar geleden in Netanya haalt (daar pakte hij zilver op de 100m en 200m vrij, nvdr), dan zit er hier zondag een medaille in.”
TIMMERS MOET VERDERDOEN TOT DE OLYMPISCHE SPELEN VAN TOKIO IN 2020?
“Natuurlijk. Dat heb ik meteen na de Spelen in Rio al gezegd. Puur fysiologisch heeft Pieter nog ruimte voor vooruitgang. Hij zit nog niet aan het maximum van zijn kunnen. Volgens mij kan Pieter nog sneller dan in Rio (toen zwom hij de 100m in 47.80, nvdr). Ik zie hem richting 47.40, 47.50 evolueren. Maar het is natuurlijk niet zo simpel als het klinkt om voort te doen en om nog beter te worden. Je moet je opnieuw vier jaar opladen richting Spelen. geloof me, dat heeft een grote impact op je sociale leven. Hoe ouder, hoe moeilijker dat ook wordt. Zeker nu Pieter papa is geworden.”
TIMMERS KAN DE (NIEUWE) ESTAFETTEPLOEG NAAR MOOIE SUCCESSEN STUWEN?
“Hangt ervan af wat je onder successen verstaat. Medailles? Goh, dat weet ik niet. Maar Pieter kan het aflossingsteam wel naar finales leiden op grote kampioenschappen. Hij trekt graag met jonge, leergierige gasten op. Hij neemt die mannen op sleeptouw. Zeker binnen onze eigen club. Neem nu een Dries Vangoetsenhoven. Die trekt zich echt aan Timmers op. Wat Pieter wel meer moet doen in die aflossingsploeg, is af en toe eens met de vuist op tafel durven slaan. Nu ja, als hij dat niet doet, zal ik het wel doen (lacht).”
DE GEBOORTE VAN JUTTA HEEFT TIMMERS VERANDERD ALS ZWEMMER?
“Vind ik niet. Zijn ambitie en zijn drive zijn nog altijd even groot als vroeger. Natuurlijk is zijn dochtertje nu het allerbelangrijkste. Logisch. Maar dat hoeft geen belemmering te zijn voor zijn carrière. Vaderschap en topsport kunnen perfect samengaan. Al had Pieter wel een aanpassingsperiode nodig. Zijn dochtertje is onlangs voor het eerst naar de crèche gegaan. Iedereen weet dat een kind de eerste weken de ene ziekte na de andere mee naar huis brengt. Pieter bleef dus niet gespaard: buikgriep, bronchitis... Dat is een proces waar iedere ouder door moet. Afgelopen zomer gold het prille vaderschap nog als een geldig excuus. Nu niet meer.”