Het Belang van Limburg

“Het is een mooie afsluiter”

Marijn Devalck blikt terug op de 27 jaar waarin Boma met hem aan de haal ging

- Raymond DE CONDÉ

In ‘FC De Kampioenen 3 - Forever’ belandt Balthasar Boma in de gevangenis en wordt hij naar Afrika gesmokkeld in een kist voor dierentran­sport. Marijn Devalck (66) heeft zich al laten ontvallen dat deze film zijn definitiev­e afscheid wordt van Boma.

ANTWERPEN -

“Ik heb in deze film minder te doen dan in de vorige twee,” zegt Devalck. “Ik heb daar geen probleem mee. De zon schijnt voor iedereen. Ik heb tegen An Swartenbro­ekx gezegd: ‘Schrijf eens iets waar je zelf goed aan bod komt.’”

Hoe kijk je terug op de 27 jaar waarin je Boma hebt gespeeld?

“Boma was oorspronke­lijk geen hoofdperso­nage. Zijn popularite­it is door de jaren heen gegroeid. Hij is nochtans niet direct sympathiek. Hij is een blagueur, een stoefer, een foefelaar met vrouwen. Ik heb via Boma altijd een beetje willen afrekenen met dat soort machomense­n die geen respect hebben voor vrouwen en, omdat ze veel geld hebben, denken dat ze mogen pakken wat ze willen. Het lukt hen nog ook, want er is een bepaald soort vrouwen dat daar maar al te graag van profiteert. De keerzijde van de popularite­it van Boma is dat veel mensen mij met mijn personage zijn gaan identifice­ren. Dat heeft mijn zangcarriè­re flink gehypothek­eerd en mijn geloofwaar­digheid als acteur gedetermin­eerd. Ik had een liedjespro­gramma, ‘Art Bécaud’ Maar de mensen kwamen om Boma te zien, niet om Marijn Devalck te horen zingen.”

Hoe is Boma destijds aan dat Brussels accent geraakt?

“Ik wilde hem eerst West-Vlaams laten spreken. Tot ik op de persconfer­entie bij de opening van VTM in 1989 Carlo Gepts hoorde: die Brusselse klanken, de gutturale R, dat hautaine stemmetje. Toen wist ik: ik heb mijnen Boma.”

Boma heeft mijn geloofwaar­digheid als acteur gedetermin­eerd

Vanwaar komt zijn stopwoord ‘mijn gedacht’?

“Dat mocht ik eerst niet gebruiken van Willy Vanduren, onze eerste regisseur, aan wie we trouwens veel te danken hebben. Willy vond dat nergens op slaan. Volgens mij was dat juist de reden waarom het zo aansloeg. Ik had het gehoord van een jeugdvrien­d die postbode was in Brakel. Die zei dat te pas en te onpas: ‘Geef me een pakje sigaretten mijn gedacht.’ Het sloeg nergens op maar na verloop van tijd nam zijn omgeving dat over. Het is een fenomeen dat ik

altijd heb onthouden.”

Op het einde van de film maken we een sprong in de tijd. De oudere Kampioenen zitten dan in een rusthuis.

“Ik heb vroeger het idee gelanceerd om de tv-serie rond de Kampioenen af te sluiten met zo’n sprong in de tijd, de Kampioenen in een rusthuis. Ik zag het als een einde dat alles wat voorafging zou

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium