Stapt Italië volgend jaar uit de eurozone?
Op 4 maart kiezen de Italianen een nieuw parlement. Hoewel dat geen vervroegde verkiezingen zijn en Italië er veel beter aan toe is dan bij de vorige verkiezingen van vijf jaar geleden, zijn er niet zoveel redenen om gerust te zijn over de derde economie van de eurozone. Italië mag dan wel de vijfjarige legislatuur rondgemaakt hebben met dezelfde regeringscoalitie, op die tijd zijn er wel drie eerste ministers gepasseerd. Premier Enrico Letta werd na nog geen jaar niet zo elegant opzij geduwd door zijn partijvoorzitter Matteo Renzi. Maar die ruimde vorig jaar de baan nadat hij een referendum had verloren waaraan hij zelf zijn lot als premier gekoppeld had. Van december 2016 tot nu was Paolo Gentiloni eerste minister.
Migratiecrisis
Toch heeft de centrumlinkse PD het niet slecht gedaan. Gentiloni kon donderdag met enige trots zeggen dat Italië de rode lantaarn in Europa heeft doorgegeven. De economie groeit en de rente op de overheidsschuld is flink gedaald. Op een jaar tijd is Gentiloni trouwens populairder geworden dan zijn voorganger Matteo Renzi. Maar die is nog altijd partijleider en wordt de lijsttrekker en kandidaatpremier voor de PD. Italië heeft nog steeds een overheidsschuld van 130 procent van het bnp, en een werkloosheidsgraad van meer dan 11 procent (met een jeugdwerkloosheid van bijna 35 procent). De migratiecrisis, en de 620.000 vluchtelingen die de voorbije vier jaar het land zijn binnengekomen, worden ook een hoofdthema in de kiescampagne. En de PD doet het met 23 procent niet zo best in de peilingen. Die worden aangevoerd door M5S, de vijfsterrenbeweging van de eurokritische komiek Beppe Grillo, goed voor 27 procent van de kiesintenties. De kandidaat-premier van M5S, de pas 31-jarige Luigi Di Maio, wil Italië uit de eurozone. Maar omdat M5S principieel tegen coalitieregeringen is, is de kans klein dat hij ooit premier wordt.
Krokodil Silvio
Een realistischer scenario is dat drie partijen aan de rechterzijde elkaar vinden. De xenofobe en anti-Europese Lega Nord heeft onder leiding van Matteo Salvini wat scherpe kantjes afgeveild en zou goed zijn voor 14 procent van de stemmen. Het kleine rechtse Fratelli d’Italia zou 5 procent halen. En dan is er nog de oude krokodil Silvio Berlusconi, 81 ondertussen, maar nog steeds goed voor 14 procent, al kan hij na een reeks veroordelingen wel zelf geen kandidaat meer zijn. Samen halen die drie een eind boven de 30 procent. Sommigen sluiten niet uit dat die drie partijen toch M5S zouden kunnen overhalen samen een regering te vormen. In dat geval komt er in Italië vrijwel zeker een referendum over het opgeven van de euro.