Bij de keuringsarts
Een jonge vrachtwagenchauffeur komt op de militaire keuring en wil graag afgekeurd worden. Hij komt bij de keuringsarts en moet zich uitkleden. “Beroep?”, vraagt de arts. “Vrachtwagenchauffeur.”
“Wat zijn de gebreken?”, vraagt de arts. “Mijn koplampen werken niet”, zegt de jongen lollig.
“Hoe bedoel je?”, vraagt de arts. “Ik bedoel dat ik slechte ogen heb.”
“We zullen eens zien”, zegt de arts en hij loopt naar de kaart met de kleine en grote letters.
De arts wijst naar de kleine letters: “Kun je dit lezen?”
“Neen, sorry”, zegt de jongen. De arts wijst naar de grotere “Kun je dit dan lezen?”
“Neen, sorry”, zegt de jongen.
De arts wijst naar de allergrootste letters: “Kun je dit dan lezen?” “Helemaal niet”, zegt de jongen. “Dat is inderdaad niet zo best”, zegt de dokter. “Maar ik heb nog een ultieme en laatste test.” Nu laat de dokter een schaarsgeklede blonde schoonheid voor het bord staan.
“Zie je wat?”, vraagt de dokter. “Niets”, zegt de jongeman.
“Nou, misschien werken je koplampen niet zo goed, maar je richtingaanwijzer doet het wel”, besluit de dokter. “Goedgekeurd!”
letters: