“Eerst de papieren en dan pas het kind”
Elke ochtend van een schooldag is Anja Lemmens, schooljuf van een eerste klasje met 24 kinderen en moeder van twee opgroeiende jongens, stipt om 8 uur op school: “Om te kopiëren, materiaal klaar te zetten of om te overleggen met collega’s. Na school blijf ik tot 16 uur: spullen klaarleggen en de klas opruimen. De poetsvrouw komt maar één keer per week. Dan borstel ik de klas ook.”
De dinsdag- (avondles) en de vrijdagavond (quality time voor de kinderen) werkt Anja niet voor school. Alle andere avonden wel. “Soms sta ik al te verbeteren terwijl de aardappelen nog aan het koken zijn”, lacht ze. In het weekend, meestal op zaterdag, stelt ze vooral de agenda van de volgende schoolweek op, al zijn taken, werkblaadjes, verbeteringen en punten ingeven nooit ver weg.
Anja is een ervaren juf: “Maar op louter routine kan een leerkracht niet werken. Daarvoor verandert er te veel: nieuwe methodieken, nieuwe rapporten, nieuwe agenda’s, nu via de computer. Dat vergt wel wat, zeker als je een jaartje ouder wordt.”
Al doet Anja haar werk nog altijd doodgraag. Het onderzoek vindt ze prima: “Maar wat ermee gebeurt, is belangrijker. Ik hoop dat we onze effectieve tijd meer in het kind zullen kunnen steken. Het kind moet vooropstaan. Het mag niet andersom worden: eerst de papieren en dan pas het kind.”