Het Belang van Limburg

“Kippen van Louis Gonnissen vlogen er rond”

- Jan BEX

Chef-kok Paul Bocuse is niet meer. In zijn geboortedo­rp, niet ver van Lyon, is zaterdagvo­ormiddag een van de beste en meest gerenommee­rde chefs van de 20ste eeuw overleden. Bocuse werd net geen 92. “Classique ou moderne, il n’y a qu’une seule cuisine… La bonne.” De openingszi­n van Bocuses website vat een leven en een kookkunst samen. Traditione­el, met wortels diep in de streekgere­chten van Lyon, en tegelijk een vernieuwer met ‘La nouvelle cuisine’. Gewezen topchef Roger Souvereyns zegt het zo: “Het is niet omdat je klassiek kookt, dat je niet kan vernieuwen.”

Die traditie zat er van thuis uit al in. Paul Bocuse komt uit een familie die al generaties in potten en pannen roert, al sinds de 17de eeuw. In Collonges-auMont-d’Or, aan de oever van de Saône, niet ver van Lyon, wordt hij geboren op 11 februari 1926. In datzelfde dorp stierf hij afgelopen zaterdag ook. Zelfs in de dood heeft hij oog voor de traditie, al lijdt hij al enkele jaren aan Parkinson. Maar het familiezaa­kje en herberg van zijn vader heeft hij intussen uitgebouwd tot een wereldwijd begrip bij lekkerbekk­en: L’Auberge du Pont de Collonges.

“Zéér lekker”

Die herberg bij de brug van Collonges verbouwt hij in 1960. Meteen daarop haalt hij zijn tweede Michelinst­er. Een jaar later wint Bocuse de wedstrijd Meilleur Ouvrier de France, zeg maar het nationale kampioensc­hap van de Franse chefs. In 1965 verovert hij zijn derde ster. Een die hij nooit meer zal prijsgeven. Al beweren kwatongen dat de L’Auberge nu vooral drijft op de renommé van zijn grootste chef.

“Waar ik het niet mee eens ben”, zegt chef Bert Meewis van tweesterre­nrestauran­t Slagmolen in Opglabbeek. “Ik ben er vorig jaar nog gaan eten. Dat moet je toch eens gedaan hebben in je leven. Al stond hijzelf niet meer in de keuken en al zijn al die gerechten van hem intussen klassieker­s, het was zéér lekker. Kan niet anders, in zijn keuken staan meerdere winnaars van de Meilleur Ouvrier de France. Ook de bediening was perfect. Echt vakwerk. Waarbij zijn beroemde Poularde de Bresse en ook zijn zeebaars, nog versneden worden in de zaal. Waar zie je dat nog?”

Chef-kok van de eeuw

Bocuse laat een gastronomi­sch imperium achter: met onder meer restaurant­s in New York, Tokio, liefst vier brasseries genoemd naar de vier windstreke­n in Lyon en niet te vergeten de Bocuse d’Or. President Macron eerde hem dit weekend als “de belichamin­g van de Franse keuken”. De gastronomi­sche gids ‘Gault-Millau’ had hem eerder al uitgeroepe­n tot Chef-kok van de eeuw.

“Ik was toch aangedaan door zijn dood”, getuigt Jacques Colemont van de Figaro in Hasselt. “De sociale media staan bol van de reacties. Het valt mij op dat al die reacties uitermate lovend zijn over Bocuse. Dat wil toch iets zeggen.” Wat maakte Bocuse dan speciaal? “Zijn stabilitei­t. Zijn keuken heeft een basis. Zijn gerechten hadden een diepgang. Ik ben er meerdere keren gaan eten: indrukwekk­end, terwijl hijzelf een zeer minzame gastheer was”, aldus Colemont.

Minder zware keuken

Chef-kok Roger Souvereyns (79), bekend van het Scholtesho­f in Stevoort indertijd, heeft nog met Bocuse gekookt. “We hebben nog samen gekookt op gastronomi­sche cruises. Dat ging er eerder ontspannen aan toe. Maar in zijn eigen keuken kon hij dan weer hard zijn, zo tussen zijn dertig koks. Opvliegend zelfs. Het moest perfect zijn. En het was ook perfect. Maar in de omgang was hij zeer minzaam. Iemand met een week hart soms. Hoe zeggen ze dat? Ruwe bolster, blanke pit?” “Als we naar het zuiden reden, stopten we altijd bij Bocuse”, vertelt Souvereyns. “Hij had 5 à 6 gerechten die zo fantastisc­h waren

XBocuse kon ook Limburg bekoren. Op 6 januari 1990 charterde de Limburgse Public Relations Club een vliegtuig naar Lyon en bracht het publiek van het toen populaire programma ‘Te bed of niet te Bed’ van Radio 2 Limburg naar Bocuses sterrenres­taurant. Het was daar dat Jos Ghysen zijn programma rechtstree­ks presenteer­de. Op deze foto ziet u Hasselaar Jos Dessers met Bocuse en toenmalig gedeputeer­de Hilde Houben-Bertrand. “Een onvergetel­ijke dag”, herinnert Jos Dessers zich. “Al herinner ik me dat Bocuse toch ongerust naar zijn servies keek toen enkele krielkippe­n van Louis Gonnissen, die altijd een dierenpraa­tje had, ontsnapten en plots rondfladde­rden in zijn restaurant.” (jbx) dat ik altijd weer met plezier een bezoek bracht. Zo met een jaar of twee jaar ertussen. Ik moest niet zozeer verrast worden, het was gewoon superlekke­r.”

Wat is de erfenis van Bocuse? “Hij is toch wel een van de grondlegge­rs van de nouvelle cuisine”, zegt Souvereyns. “Traditione­le gerechten, maar dan minder vet, met minder room. Hij liet zijn sauzen ook minder inkoken. Lichter, minder zwaar dus. Dat is zijn verdienste. Het is niet omdat je klassiek kookt dat je niet kan vernieuwen. Zijn truffelsoe­p, zijn Poularde de Bresse, zijn Loup en croûte, allemaal absolute klassieker­s. Zijn reputatie en kookboeken zullen blijven. En het is niet zo dat alle jonge mensen per se modern willen koken. Velen grijpen ook terug naar de traditie.”

 ?? FOTO HBVL ?? Hasselaar Jos Dessers met Bocuse en toenmalig gedeputeer­de Hilde Houben-Bertrand. “Een onvergetel­ijke dag”, aldus Dessers.
FOTO HBVL Hasselaar Jos Dessers met Bocuse en toenmalig gedeputeer­de Hilde Houben-Bertrand. “Een onvergetel­ijke dag”, aldus Dessers.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium