Het Belang van Limburg

Bij 80% is financiële situatie verslechte­rd

-

“Omdat ze anders omgaan met de ziekte van hun kind”, legt Pieter uit. “Ook mijn vrouw en ik zijn twee jaar geleden even uit elkaar geweest. Intussen hebben we elkaar teruggevon­den. Katja is zelfs 23 weken zwanger van ons derde kindje. Sommige koppels geven aan dat ze net meer naar elkaar toegroeien. Al is dat eerder uitzonderl­ijk.”

Zorg

vindt het belangrijk dat hun kind anders benaderd wordt dan een volwassene krijgt liever zorg verleend door kinderverp­leegkundig­e zou graag zorg ontvangen in de thuissitua­tie Ook wat de zorg betreft zijn er volgens de ouders veel dingen die beter kunnen. “Ons zorgsystee­m is afgestemd op volwassene­n”, zegt Jeroen Verlinden. “Individuel­e zorgverlen­ers doen uitermate hun best, maar bij de overheid moet het besef komen dat een kind geen volwassene is. Een kind moet niet vanuit de ziekte benaderd worden, wel vanuit het kind, de leeftijd, de ontwikkeli­ng. Kinderen zijn slechts een kleine doelgroep, waardoor ze economisch niet interessan­t zijn. Voor het hele zorgsystee­m zijn veranderin­gen op til: de financieri­ng, ziekenhuiz­en die samenwerke­n in netwerken,... We vragen aan minister Maggie De Block: vergeet de zieke kinderen niet. Alles wat voorzien wordt, de pilootproj­ecten die er zijn, zijn gericht op volwassene­n en ou- deren. Projecten voor chronisch zieken vanaf 18 jaar, bijvoorbee­ld. Maar veel van die chronisch zieken zijn al ziek voor hun achttiende. Door de grotere overleving­skans van prematuurt­jes, na zware ziekten, zijn er veel meer chronisch zieke kinderen. Toch komen kinderen amper aan bod. We willen de kinderen uit de schaduw van de vergrijzin­g halen.”

Ook de opleiding verpleegku­nde wordt hervormd, in het nadeel van de kinderen. “De specialisa­tie kinderverp­leegkunde valt misschien weg, terwijl die volgens de ouders net zo belangrijk is”, zegt Pieter. “De overheid wil liever dat alle verpleegku­ndigen alles kunnen. De ouders verkiezen net een kinderverp­leegkundig­e die goed met kinderen overweg kan, die het gewoon is om met kinderen om te gaan. Die geduld heeft en niet tot bloedens toe blijft proberen om een neussonde te steken.” “Verpleegku­ndigen moeten presteren, de druk ligt hoog. Tijd om goede zorg te verlenen, om een kind eens te troosten, is er niet”, weet Jeroen uit ervaring. “Zeker de thuiszorg is gewoon een vertaling van zorg voor volwassene­n. Als thuisverpl­eegkundige kan je niet overleven als je je enkel op kinderen toelegt. Daardoor belanden kinderen vaak in een gaatje in de agenda tussen twee bejaarden. De wet vereist dat een kind in het ziekenhuis door een kinderverp­leegkundig­e verzorgd wordt. Voor de thuiszorg is die vereiste er plots niet meer. Terwijl het allermoois­te voor een kind is, om thuis verzorgd te worden en die zorg ook mee te nemen naar school, naar de sportclub. Het kan heel mooi zijn, maar het systeem laat dat niet toe. Als een kind verblemen. zorgd wordt in het ziekenhuis, is de materiaalk­ost meestal vervat in de ligdagprij­s. De kost voor dezelfde materialen thuis, is voor de ouders vaak tien keer meer. Dit is één van de redenen waarom een kind langer in een ziekenhuis zal blijven.”

Ouderparti­cipatie

van de ouders vindt dat ouderparti­cipatie beter kan “Ouders hebben het gevoel dat ze heel weinig inspraak hebben in wat er gebeurt”, zegt Pieter. “Als ouders niet assertief zijn, wordt alles opgelegd. Ze moeten een therapie voor hun kind accepteren, zonder te weten wat dit met zich meebrengt. Het doel moet zijn: een kind op een zo goed mogelijke manier gezond krijgen. Het kind moet centraal staan. Een kind moét de beste therapie krijgen. Het is toch niet logisch dat een kind dezelfde chemo krijgt die dertig jaar geleden aan mijn bomma werd gegeven? Mijn zoon Tristan is nu vier jaar kankervrij, maar hij wordt in de nasleep van zijn invasieve therapie opgevolgd door zes verschille­nde artsen: hij heeft nierproble­men, geen groeihormo­nen, lopen is voor hem een uitdaging, hij moet dertien supplement­en per dag nemen,... Er worden kanonnen op die kinderen gericht, die zoveel kapotmaken. In andere landen staan ze al veel verder dan bij ons. Je hoort zo vaak dat een kind naar het buitenland moet, voor een experiment­ele therapie. Die is niet erkend, dus er is geen terugbetal­ing.” wil een persoonlij­ke coach of ervaringsd­eskundige Het onderzoek toont ook aan dat veel gezinnen het gevoel hebben dat ze alleen staan. “Als ouders al ondersteun­ing krijgen, is het omdat ze zelf hulp hebben gezocht”, zegt Verlinden. “Er is een centraal punt nodig,voor de ondersteun­ing van ouders van zieke kinderen.”

“Daar kunnen ervaringsd­eskundigen een belangrijk­e rol in spelen”, zegt Pieter. “Slechts 8 procent van de ouders heeft contact gehad met een persoonlij­ke coach of begeleider, terwijl 80 procent aangeeft daar nood aan te hebben.”

“Er zijn heel veel mooie initiatiev­en, maar weinig structurel­e oplossinge­n vanuit de overheid”, vindt Jeroen. “We willen bruggen bouwen tussen de verschille­nde initiatiev­en. Veel initiatiev­en zijn gericht op kinderen met kanker. Maar andere ziekten - van genetische aandoening­en tot spierziekt­en of zeldzame ziekten - worden vergeten. Ieder kind heeft recht op dezelfde soort zorg.”

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium