“Ik geniet nu meer dan in Sochi”
Schaatser begint dit weekend aan tweede olympiade
DE ATLEET 2018 WINT
Bart Swings is een betere atleet dan vier jaar geleden, daarover bestaat geen twijfel. Meer nog: in het schaatsmilieu behoort hij tot de allerbesten… als het over zijn fysieke capaciteiten gaat. “Op de fiets ben ik beter en sterker geworden, daar kan ik zowat elke schaatser aan”, zegt hij daarover. “Ik ben tegenover vier jaar geleden ook twee kilo bijgekomen. Aan spieren, welteverstaan. Dat is voordelig op de 1.500m, maar heel zeker ook een voordeel in de massastart.”
DE SCHAATSER
IN EVENWICHT
De beste atleet schaatst niet per definitie naar goud: snelschaatsen is hoe je dat atletisch vermogen overbrengt op het ijs, de schaatstechniek dus. En daar loopt het nog altijd niet optimaal. Wat icoon Sven Kramer zo sterk maakt, is dat hij altijd zijn ideale schaatstechniek benadert, ook al heeft hij een mindere dag. Swings, die pas na zijn achttiende het snelschaatsen instapte, heeft die achterstand met zevenmijlslaarzen verkleind. Hij heeft inmiddels meer schaatservaring maar, net zoals in Sochi 2014, is zijn schaatstechniek nog steeds niet constant. “Met die ups en downs moet ik leren leven dit jaar, met de wetenschap dat mijn technische stabiliteit niet constant is.” Wat wel in zijn voordeel pleit: Swings gaat de laatste maanden in stijgende lijn. “Een mindere dag deze week was al een superdag vergeleken met twee maanden geleden. En ik had ook al goede dagen op dit ijs, en in die flow kan veel.”
DE SOCIALE AANLOOP
2018 WINT
Wat weinigen weten: Swings kende in de olympische aanloop naar Sochi 2014 een breuk met zijn toenmalige vriendin, niet ideaal dus. Op privévlak gaat het hem voor deze Spelen meer voor de wind, hij heeft al een tijdje een andere vriendin. Hij werkt ook weer met Jelle Spruyt als enige hoofdcoach. Spruyt begeleidt hem als van kindsbeen af, terwijl Swings vlak na Sochi andere coaches als hoofdcoach had en Spruyt niet het volledige zeggenschap had. Net zoals in Sochi is zijn opbouw in het voordeel tegenover grote schaatsnaties als Nederland. Die hadden hun kwalificatiewedstrijden enkele weken geleden, waardoor ze al moesten pieken. “Ik kon rustig opbouwen naar mijn top”, zegt Swings. “Vergeet niet: ik moet twee weken in topvorm zijn. Dit weekend al voor de 5 kilometer, tussendoor voor de 1.500m en op het einde voor de massastart. Ik geniet nu ook meer van mijn Spelen. In Sochi kwam alles op mij af en onderging ik het, nu weet ik wat er op mij afkomt.”
DE TRAININGSGROEP
2018 WINT
De voorbije vier jaar Swings trainingsgroep af. Tegen haspelde na trainingsgroep zijn wil, want de ploegen (Team Stressless, Team Victorie) stopten omdat de sponsors niet meer geïnteresseerd waren. Bovendien morrelde zijn Nederlandse hoofdcoach van enkele jaren geleden aan zijn techniek, die uiteindelijk minder goed uitpakte en dus moest hij weer omschakelen. Niet de ideale olympiade. En toch staat hij er beter voor, want dit jaar kon hij aansluiten bij de Noorse nationale ploeg. “Nooit had ik betere trainingspartners”, klinkt het. Goede sparringpartners op het ijs is voor iemand die laat begon met snelschaatsen belangrijk om op een hoger niveau te raken.
DE CONCURRENTIE
2014 WINT
Bart SWINGS
Bart Swings is op alle afstanden (behalve op de niet-olympische 3.000m) sneller dan in Sochi, maar dit seizoen verbeterde hij enkel zijn 5 kilometer (6.11.54). Zijn andere records dateren van in 2015. “Ik snap, zeker met het seizoen dat ik heb gekend, dat de Nederlanders nu minder schrik van mij hebben en dat ze zeggen dat ik niet de stappen heb gezet die ze hadden verwacht. Dat is leuk, ik wil graag de olympische verrassing zijn.”
Omdat hij met zijn chrono’s en prestaties minder hoog op de wereldranglijst prijkt dan in Sochi de concurrentie is toegenomen moet hij op de 5.000m en 1.500m niet meer als een van de laatsten, maar vroeg in de wedstrijd schaatsen. Hij mist dus een referentiepunt. “Ik zal er vol invliegen. Ik zal mijn wedstrijd moeten rijden, in Sochi wist ik wat ik moest schaatsen. Op de 5 km mik ik bijvoorbeeld op mijn Belgisch record, dat zal ook nodig zijn voor het podium.”
Ik snap dat de Nederlanders nu minder schrik van mij hebben. Mooi zo, laat mij maar de verrassing zijn
DE MEDAILLEKANSEN
2014 WINT
Op de individuele afstanden (de 5.000m en 1.500m) heeft Swings, in theorie, minder medaillekansen dan vier jaar geleden wegens de toegenomen concurrentie. “Maar mijn testwedstrijden gaan in stijgende lijn. Ik vind het wel leuk om outsider te zijn.” Geen loze praat, want net op de Spelen staan altijd verrassingen op. Kijk bijvoorbeeld naar de Pool Zbigniew Brodka, de olympisch kampioen 1.500m van vier jaar geleden. Bovendien mogen op de Spelen maar drie schaatsers per land deelnemen, ook al heeft Nederland meer olympische toppers die medaillewaardig zouden zijn. En vooral: voor de eerste keer staat de massastart, een soort puntenkoers maar dan op het ijs, op het olympische programma. En laat Swings, door zijn skeelerachtergrond, net daarin een specialist zijn. Sowieso is PyeongChang niet zijn olympische afscheid. “Ik wil nog zeker vier jaar doorgaan tot de volgende Olympische Spelen. Ik heb het gevoel dat ik nog altijd veel kan leren in het schaatsen.”
XXX