Trukendoos blijft toe
Medailledroom Seppe Smits spat uit elkaar in tiende plek
Is het nu goed of slecht, een tiende plaats op de slopestyle voor de snowboarder Seppe Smits, iemand die vooraf mikte op een medaille? “Als ik naar het olympische niveau kijk en als ik mijn oefening perfect had uitgevoerd, was ik in de top vijf beland. Maar ik heb niet kunnen tonen wat ik waard was.” Er zijn enkele redenen waarom hij zijn volledige trukendoos niet kon bovenhalen. De moeilijke weersomstandigheden, een niet-constante wind. “Na een superzware windstoot miste ik wat vertrouwen om mijn oefening neer te zetten. Het is deels door mezelf, en deels door de wind.”
Hebben de anderen daar dan ook geen last van? Jean-Valère Demard, zijn Franse coach: “Seppe heeft een groot gabarit (lichaamslengte, nvdr.), vangt veel wind, meer dan heel wat anderen. Dat is niet frustrerend, we zijn een outdoorsport, we weten dat dit kan gebeuren.”
Onzeker
De olympische kampioen, Redmond Gerard, is inderdaad een ukje van 1,65 meter en 53 kilogram, bijna twintig kilo lichter dan Smits. De zilveren en bronzen jongens zijn van een soortgelijke gestalte van Smits, 1,80m voor 72 kilogram. Of het dan toch met durf te maken had. “Ik voelde mij wel iets onzekerder door die veranderende wind.”
De andere Belgen, Sebbe De Buck en Stef Vandeweyer, eindigen respectievelijk als 20ste en 31ste. De drie Belgische snowboarders – andere landen kijken jaloers dat het kleine België drie olympische snowboarders heeft – krijgen een nieuwe kans tijdens het olympische slotweekend op de big air, een reuzenschans waar één gigantische sprong moet worden afgeleverd terwijl slopestyle drie rails en drie schansen moeten worden
XXXafgewerkt. Ook deze discipline heeft Smits, net als in de slopestyle, medailles op prestigieuze wedstrijden en WK’s, verzameld. “Vooraf zei ik dat ik mijn kansen op slopestyle iets hoger waren. Nu heb ik geen keuze dan volledig voor big air te gaan.”