Liesbeth Homans
Het was de afgelopen weken weer zo ver. Liesbeth Homans (N-VA) lag voor de zoveelste keer deze legislatuur onder vuur. De afbouw van het Agentschap Integratie en Inburgering roept veel vragen op, maar zelf zou de Vlaamse superminister na 2019 haar werk graag voortzetten. “En dan graag mét de afschaffing
van de provincies.”
Met een levensechte doodskist en een ingetogen plechtigheid in het Hasseltse provinciehuis werd anderhalve week geleden het Limburgse integratiebeleid symbolisch begraven. Aanleiding is de afbouw van het Agentschap Integratie en Inburgering, waarvoor Homans nu al weken onder vuur ligt. Het Agentschap, uitgedacht door haar voorganger Geert Bourgeois, moest de integratie in Vlaanderen stroomlijnen. Dat is zeker gezien de asielcrisis een helse taak. Dat net daar nu 170 van de 700 werknemers moeten vertrekken, roept dan ook veel vragen op.
“Ik heb daar begrip voor”, zegt Homans, terwijl ze ons ontvangt op haar kabinet tegenover de Brusselse Sint-Michiels en SintGoedelekathedraal. “Het Agentschap Integratie en Inburgering is ontstaan in 2015, door de inkanteling van 20 organisaties van over heel Vlaanderen. Antwerpen en Gent hebben hun eigen agentschap gehouden, de rest is samengegaan. Ik weet dat Limburg ook erg vragende partij was voor een eigen agentschap, maar dat is uiteindelijk niet toegestaan. Destijds zijn er wel duidelijke afspraken gemaakt en die wil ik nu ook honoreren.”
“Limburg is een speciaal geval. Ik mag dat zeggen, want ik heb roots in Brustem (lacht). Het geld dat bij de creatie van het agentschap naar Brussel is gevloeid, komt terug naar Limburg. Naar de CAW’s, niet naar de satellietkantoren van het Agentschap. Zij moeten focussen op het ondersteunen van steden en gemeenten, niet van individuen. Die taak zit bij het CAW, dat daar ook veel meer ervaring mee heeft.”
Maar hoe kan het dat er bij een agentschap dat zo’n belangrijke bevoegdheid heeft als integratie nu plots zoveel mensen moeten afvloeien? Er zijn toch nog altijd grote noden?
“Bij de samenvoeging van alle vzw’s is beslist dat ze zouden bekijken hoe ze zo efficient mogelijk kunnen werken, maar daar is in 2015 de asielcrisis tussengekomen. Het agentschap heeft toen alles op alles gezet om die crisis te beredderen. De efficiëntieoefening is daardoor verschoven. Ik heb daar alle begrip voor. Ik had het ook niet anders gewild. Er is trouwens ook altijd gezegd dat de middelen die we toen hebben bijgekregen om de asielcrisis aan te pakken van tijdelijke aard waren. De mensen die werden aangeworven, wisten dat heel goed. Nu is de instroom gedaald, en moeten we afbouwen. In 2016 waren er 18.000 inburgeraars, in 2017 nog 15.000. Nu is er ruimte om die efficiëntiewinst op te starten.”
De realiteit is wel dat het budget van het agentschap de afgelopen jaren fors is gestegen. Hoe valt dat te rijmen met het ontslag van 170 mensen?