Paars-wit redt play-off 1
ANDERLECHT-CLUB BRUGGE 1-0 KV OOSTENDE-STVV 2-2
Hein Vanhaezebrouck, waarvan Devroe bevestigde dat hij ook volgend seizoen nog T1 is van Anderlecht, deed na de zege tegen Club Brugge ontroerend zijn best om alle euforie te temperen. “Nooit eerder hebben mijn spelers zo goed uitgevoerd wat we hadden afgesproken. Maar ik ga geen hallelujah roepen.”
Het hing al voor de match in de lucht, zoals de Anderlecht-fans tekeergingen: RSCA zou rechtstaan. Weer eens. En dat deed paars-wit ook. Met plots wél uitstekend en dominant voetbal. “Het was misschien wel onze beste eerste helft van het seizoen”, zei Hein Vanhaezebrouck. “Nooit eerder hebben mijn spelers zo goed uitgevoerd wat we hadden afgesproken. Dit konden we ook al in een paar Europese matchen, maar nu kwam het er helemaal uit. En tegen een heel sterke ploeg als Club Brugge, chapeau. We creeerden zoveel kansen: uit combinaties, uit dominantie, uit de counter. En dan nog een goal uit een vrijstaande fase. Het was ook vooral door een gebrek aan maturiteit dat we de match niet eerder konden afmaken. Uiteindelijk moesten we wel wat inzakken, maar we gaven toch nauwelijks wat weg. En dan hadden we bij die goal van Diaby het geluk dat hij een heel klein beetje buitenspel stond én dat er een videoref was.” Vanhaezebrouck zag ook dat zijn sterkhouders (eindelijk) waren opgestaan. “Dendoncker, Obradovic, Teodorczyk en Markovic… Ze hebben heel hard gewerkt. En Saelemaekers wordt stilaan een fenomeen. Die is nog maar 18 jaar, hé! Jammer dat we hem door een blessure misschien even kwijt zullen zijn.”
Oerschreeuw
De explosie van vreugde toen Vertenten affloot, het was lang geleden in het Vanden Stockstadion. De oerschreeuw van Sels, hoe Dendoncker blééf dansen, Trebel die wild zwaaide naar alle tribunes. Ze wisten het: Club is nog niet af van Anderlecht. Al mocht dat achteraf niet al te luid worden gezegd.
Vooral coach Hein Vanhaezebrouck ontkende in alle toonaarden dat de titelkansen van Anderlecht fors zijn gestegen. “Club moet zich niet te veel zorgen maken, denk ik. Ik ga geen hallelujah roepen.”
Alsof hij zich had voorbereid, volgden daarna vijf redenen waarom Club toch dé grote favoriet blijft. “Ten eerste: wij moeten woensdag naar Standard en dan zaterdag naar Genk, twee zware verplaatsingen met telkens maar twee rustdagen ertussen. Dat is te weinig, dat is wetenschappelijk bewezen.”
“Ten tweede: Club Brugge speelt nu twee keer na elkaar thuis. En heeft voor zijn volgende match drie dagen recuperatie.” Reden nummer drie. Vorige vrijdag zei Hein Vanhaezebrouck nog dat er pas vanaf speeldag 7 écht duidelijkheid kon komen over de titel. Maar nu Anderlecht genaderd is tot op drie punten – Hein roept: “Vier!” – zou dat nu plots al na speeldag 5 kunnen, volgens Vanhaezebroucks berekeningen dan. “Als Club nu 6 op 6 haalt en Gent of wij laten in de komende twee matchen iets liggen, is het gespeeld.”
En hij had er nog eentje – reden nummer vier dus. “Misschien zijn we Saelemaekers, die na de botsing met Denswil vervangen moest worden, een tijdje kwijt. En misschien gaan we met zo’n korte recuperatie woensdag op Standard nog een paar jongens moeten missen. Bovenop de andere afwezigen.”
Ten slotte – puntje vijf dus – had hij het bijna liever over de strijd om de tweede plaats. dan om de titelstrijd. “Want die willen Gent en Standard ook. Dat wordt nog een hevige strijd.”
Dat Club nu misschien toch wel een beetje nerveus kan worden, lachte hij weg. “Het is nooit slecht, een beetje zenuwachtig zijn. Als de kloof na volgend weekend nog steeds dezelfde is, zou dat al fantastisch zijn. En dan gaan we nog een paar uitzonderlijke prestaties moeten neerzetten. Maar… Anderlecht heeft nóg gewonnen op Club, hé.”
Dan toch een béétje geloof. In de verte, in de catacomben, stonden nog supporters te zingen van Champion, Champion. Zij geloven hun coach niet.