164.000 miljard
164.000 miljard dollar, omgerekend 132.000 miljard euro. Zoveel schulden zijn er in de wereld. Pardon: zoveel schulden waren er. Het cijfer dat gisteren vermeld werd in het halfjaarlijkse rapport van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) betreft de schulden die er einde 2016 waren. Inmiddels zijn we bijna zestien maanden later en in die periode zijn er ongetwijfeld nog een pak schulden bijgekomen. Bent u al bekomen? Het wordt nog erger. De wereldwijde schuldenberg of schuldenput is nog veel groter. In het bovenstaande cijfer zijn immers de schulden van banken en andere financiële instellingen niet eens opgenomen. Tellen we die er bij, dan zou de wereldwijde schuldenberg nog een 60.000 miljard dollar stijgen. Het zijn echter niet de schulden van banken maar wel de overheidsschulden die het IMF zorgen baren. In het Westen bedraagt de overheidsschuld gemiddeld 105 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Dat is het hoogste niveau sinds de Tweede Wereldoorlog. In de groeilanden is de schuldgraad weliswaar lager, gemiddeld 50 procent van het bbp, maar dat is wel het hoogste peil sinds de jaren ’80, toen er nog een schuldencrisis was. De schulden van opkomende economieën stijgen ook fors. In de VS is de situatie zo mogelijk nog slechter. De staatsschuld bedroeg er vorig jaar al 107,8 procent van het bbp, maar zal de komende vijf jaar allicht oplopen tot 116,9 procent. Dat is dan vooral een gevolg van de belastingverlaging die president Trump heeft doorgevoerd. Er is dus een wereldwijd schuldenprobleem. Maar geen crisis, toch? Dat klopt. Nog geen crisis. De vraag is niet of maar wanneer we een volgende economische crisis of schuldencrisis krijgen. In een goed economisch klimaat (nu dus) zouden overheden in staat moeten zijn om hun schulden af te bouwen. Ze dienen reserves aan te leggen voor wanneer het nog eens zal misgaan. Daar heb je echter karakter voor nodig. Financiële discipline! Die ontbreekt helaas vaak. Heeft u het ook gehoord? Bij een begrotingscontrole bleek de Vlaamse overheid af te stevenen op een overschot van 100 miljoen euro. Knap? Jawel! Maar vervolgens haastten ministers zich om het spaarpotje toe te wijzen aan allerlei projecten waarvan sommige later ongetwijfeld nutteloos zullen blijken. Jammer! Zijn er misschien verkiezingen op komst? Het IMF meent dat de risico’s voor een bedreiging van de financiële stabiliteit zijn toegenomen. De financiële kwetsbaarheid is gestegen tijdens een lange periode van lage rente. De organisatie roept de centrale banken dan ook op om de rente geleidelijk weer te verhogen. Een hogere rente! Ik heet die welkom. Maar ik vrees dat u daar nog lang op zal kunnen wachten. Van doping geraak je niet zo snel af.
De vraag is niet of maar wanneer we een volgende crisis krijgen